Bending "Gender" (najaar 2023)
Wat verschillende wetenschappelijke disciplines ons kunnen leren over genderdiversiteit
Queer, trans, non-binair, cis: tegenwoordig worden er verschillende aanduidingen gebruikt om genderidentiteit uit te drukken. Maar wat houdt gender nu eigenlijk in? Hoe hangt het samen met sekse en het lichaam? Het binaire onderscheid man/vrouw lijkt voor steeds meer mensen een probleem te worden. Wat gebeurt er als we de standaard tweedeling loslaten en ruimte maken voor andere genderidentiteiten? Hoe moeten we omgaan met ethische dilemma’s in transgenderzorg zonder daarbij de verscheidenheid aan genderervaringen teniet te doen? In deze lezingenserie verkennen deskundigen deze vragen vanuit diverse disciplinaire perspectieven: filosofisch, historisch, psychologisch, medisch en cultureel. De reeks wordt afgesloten met de theatervoorstelling Narrow Spaces, waarin een verhaal verteld wordt over mannen die niet kunnen voldoen aan heteroseksuele en mannelijke normen.
Opnames
17 oktober: Sekse, gender, geslacht? Aan cis versus trans voorbij
31 oktober: De sekse van het zelf
14 november: Ethische uitdagingen in de zorg voor kinderen en jongeren met genderdysforie
28 november: Aan man en vrouw voorbij
12 december: Gendertrammelant in de geneeskunde?
19 december: Kleren maken de ‘man’ - Drag en genderexpressie
Prof.dr. Annemie Halsema, Socrates hoogleraar, Instituut voor Wijsbegeerte, Universiteit Leiden en Vrije Universiteit Amsterdam
In deze lezing ga ik allereerst in op de veelheid van termen die mensen gebruiken om de eigen genderidentiteit aan te duiden. In tegenstelling tot sommige feministen (Trans Exclusionary Radical Feminists, TERFs), pleit ik er vervolgens voor om identiteit als wezenlijk onderdeel van “geslacht” te beschouwen. Dat betekent dat het al te eenvoudige onderscheid tussen sekse (lichaam, natuur) en gender (cultuur) moet worden bijgesteld. Op basis van de ervaringen van trans mensen, betoog ik dat cis en trans gender filosofisch gezien dezelfde componenten bevatten: beide zijn complexe interacties tussen lichaam, persoonlijke identiteit en sociale omgeving. Ik besluit de lezing met een analyse van de gevolgen die dit heeft voor de discussie over de transgenderwet.
Prof.dr. Geertje Mak, hoogleraar Politieke geschiedenis van gender in Nederland, Universiteit van Amsterdam
De conceptualisering van gender als onafhankelijk van seksuele voorkeur of lichamelijke sekse is relatief nieuw. Sinds Robert Stoller in 1964 het concept "kern genderidentiteit" introduceerde, is het idee van een onomkeerbare psychologische identificatie met één van beide seksen steeds meer geaccepteerd als basis voor genderbehandelingen in het Westen. In deze lezing onderzoekt Geertje Mak de medische, psychiatrische en psychologische conceptualisering van een dergelijke "sekse van het zelf”. De opzettelijk gekozen uitdrukking "sekse van het zelf" brengt verschillende historische concepten samen onder één paraplu, zonder ze al te gemakkelijk gelijk te stellen aan "genderidentiteit" zoals we dat momenteel begrijpen. Hoe hebben artsen, psychiaters, seksuologen en psychologen geprobeerd om een "sekse van het zelf" vast te stellen?
Dr. Lieke Vrouenraets, kind- & jeugd psycholoog in opleiding tot GZ-psycholoog bij het WAKZ - LUMC, Universiteit Leiden
Genderdiversiteit bij kinderen en jongeren is steeds meer zichtbaar in de maatschappij. Steeds meer kinderen en jongeren hebben vragen en zorgen over hun genderidentiteit. Ook het aantal aanmeldingen bij gespecialiseerde jeugdgenderteams is de afgelopen jaren enorm gegroeid. Dit roept de vraag op wat de meest passende zorg voor deze kinderen en jongeren is.
Behandeling voor prepuberale kinderen is voornamelijk psychologisch. Bij jongeren bij wie de genderdysfore gevoelens langdurig aanwezig en diepgeworteld zijn, bij wie deze gevoelens gepaard gaan met onbehagen, en bij wie deze gevoelens persisteren wanneer zij in de puberteit komen, is naast psychologische ondersteuning ook medische behandeling mogelijk. Ondanks dat er steeds meer onderzoek naar de zorg voor transgender kinderen en jongeren wordt gedaan, blijkt deze zorg onderhevig te zijn aan ethische uitdagingen.
In deze lezing zal onder andere ingegaan worden op wat gender en genderdysforie zijn. Ook zullen het diagnostisch traject en de behandelmogelijkheden bij genderdysforie besproken worden. Voorts zal nader worden ingegaan op een aantal ethische uitdagingen die in de zorg voor kinderen en jongeren met genderdysforie spelen.
Prof.dr. Maaike Meijer, em. hoogleraar Genderstudies, Universiteit van Maastricht
In mijn laatste boek Radeloze helden – verschenen afgelopen juni - bestudeer ik de verbeelding van mannelijkheid in literatuur en film. Ik deel daarin ook mijn persoonlijke ervaring man te zijn of te willen zijn. Ik noem mezelf tegenwoordig non-binair, maar zie af van operatief ingrijpen. Welke plaats geeft mij dat in de transgenderbeweging? Maxim Februari pakte het anders aan en wérd man. Ik raadpleeg zijn openhartige documentaire De maakbare man (2019). Ik ga ook te rade bij denkers – Monique Wittig, Teresa de Lauretis, Robert Jensen – die geprobeerd hebben los te komen van de dwingende indeling van mensen in mannen en vrouwen. Volgens Judith Butler is gender veeleer dan biologische sekse bepalend in het systeem dat ons blijft definiëren. Waarom veranderen velen – nu dat kan – dan toch hun sekse? Blijft gender dan niet buiten schot?
Hoe komen we af van dit seksefundamentalisme dat evengoed een genderfundamentalisme is? Is gender een verslaving waar niemand meer buiten kan?
Dr. Annelies Kleinherenbrink, universitair docent Gender and Diversity, Radboud Universiteit Nijmegen
Diversiteit staat in toenemende mate centraal in de geneeskunde, en dat is maar goed ook. Medisch onderzoek is lange tijd uitgegaan van “de gemiddelde man” als model-patiënt, met alle schadelijke gevolgen van dien voor iedereen die daar al te veel van afwijkt. Helaas wordt diversiteit in deze context vaak benaderd op een manier die sekse en gender strikt gescheiden houdt, zich eenzijdig op sekse focust, en zelden voorbij het onderscheid tussen vrouw en man kijkt. Met andere woorden, de naald wordt verschoven van “one size fits all” naar “two sizes fit all”, en hoewel dit zeker praktische en strategische voordelen heeft, zijn er ook nadelen en risico’s aan verbonden. Daarom staat in deze lezing de vraag centraal: kan/moet feministische theorie voor meer gendertrammelant in de geneeskunde zorgen?
Dr. Looi van Kessel, universitair docent Leiden University Centre for the Arts in Society, Universiteit Leiden
Door de geschiedenis heen spelen kleren een belangrijke rol in het afbakenen van genderconventies. Wat mannen of vrouwen wel of niet mogen dragen wordt vaak bepaald door geschreven en ongeschreven sociale regels, en het overtreden daarvan leidt regelmatig tot maatschappelijke spanningen of sociale controle. Denk bijvoorbeeld aan vrouwen die in de eerste helft van de twintigste eeuw broeken wilden dragen. Of denk aan hoe er nog steeds gereageerd wordt op mannen die op straat een rok of een jurk willen dragen. Een kunstvorm die zulke kledingvoorschriften steevast aan de laars lapt, en om die reden ook regelmatig in opspraak komt, is drag. In deze lezing zal ik laten zien hoe drag artiesten de arbitraire regels rond gender en kleding aan de kaak stellen. Zulke artiesten, zo betoog ik, nodigen ons uit om te reflecteren op de vraag waarom we als samenleving zo heftig reageren op personen die kleding dragen die ‘horen’ bij een tegenovergestelde genderrol.
Concept/regie: Hendrik Aerts
Tekst: Nic Bruckman
Performance: Sander Plukaard, Marko Ivic, Benoît Couchot, Mika de Pee
Muziekcompositie: Marko Ivic
Choreografie: Manuel Paolini
Het begon toen ik in de tweede zat
En hij me verleid heeft
Met zijn lippen
Zijn ogen
Zijn spieren
Zijn adem
Zijn bloed
In de nieuwe voorstelling Narrow Spaces van moON productions en theatermaker Hendrik Aerts staat de liefde tussen mannen centraal. Een expressionistische voorstelling over de schoonheid en complexiteit van liefde, in tekst, beeld, dans en live muziek. Teder en gewelddadig, dramatisch en soms pijnlijk grappig. Met een nieuwe tekst van Nic Bruckman (Bleeding Love, Kogelvis), geïnspireerd op het werk van de roemruchte Amerikaanse schrijver James Purdy.
Vier jonge mannen wonen in een afgelegen dorp waar de tijd geen vat op lijkt te hebben. In deze beklemmende en religieuze wereld zijn ze tot elkaar veroordeeld. Allemaal hopen ze op iets groters dan wat de werkelijkheid ze te bieden heeft. Ze zijn op zoek naar intimiteit, liefde en bestaansrecht. De jongens hebben een lange historie en langzamerhand wordt duidelijk hoe hun levens met elkaar zijn verknoopt. In Narrow Spaces worden de scherpe en droogfeitelijke dialogen afgewisseld met ‘over the top’ barokke, theatrale en muzikale scènes.
Jij was zo lief voor me. Te lief. Ik ben erin gestikt.