Mariëlle Bruning
Hoogleraar Jeugdrecht
- Naam
- Prof.mr.drs. M.R. Bruning
- Telefoon
- +31 71 527 8913
- m.r.bruning@law.leidenuniv.nl
- ORCID iD
- 0000-0001-6490-0196
Prof. mr. drs. M.R.Bruning is sinds oktober 2004 als hoogleraar Jeugdrecht verbonden aan het Instituut voor Privaatrecht.
Meer informatie over Mariëlle Bruning
Nieuws
Uitgelichte Publicaties
Prof. mr. drs. Mariëlle R. Bruning is als hoogleraar Jeugdrecht sinds oktober 2004 verbonden aan het Instituut voor Privaatrecht. Zij is opleidingsdirecteur van de master Jeugdrecht en verzorgt onderwijs in de master Jeugdrecht, de Adv.LLM. International Children’s Rights en in de bachelorfase.
Achtergrond
Mariëlle Bruning studeerde Nederlands Recht en Cultuur- en Wetenschapsstudies aan de universiteit van Maastricht. Zij promoveerde aan de Vrije Universiteit Amsterdam (2001). Zij startte in 2004 als hoogleraar Jeugdrecht aan de universiteit Leiden. Daarvoor was zij onder meer werkzaam als universitair docent aan de Vrije Universiteit Amsterdam, als senior-jurist bij Bureau Jeugdzorg Noord-Holland en als programmaleider Jeugdzorg en Jeugdbescherming bij kinderrechtenorganisatie Defence for Children.
In september 2012 startte zij de juridische masteropleiding Jeugdrecht in Leiden, waar zij als opleidingsdirecteur aan verbonden is. Zij maakt deel uit van het docententeam van de Adv. LLM opleiding International Children’s Rights, die de afdeling Jeugdrecht in 2015 startte. Voorts is zij lid van de commissie Wetenschappelijke Integriteit van de Universiteit Leiden.
Onderzoek
Bruning publiceert op het terrein van jeugdhulp, kinderbescherming, kindermishandeling, kinderrechten en de positie van de minderjarige in juridische procedures. Recente publicaties stellen onder meer internationale verplichtingen in relatie tot de aanpak van kindermishandeling in Nederland, uit huis geplaatste minderjarigen en hun rechten en de invloed van de Jeugdwet en de herziene maatregelen van kinderbescherming op de rechten van minderjarigen centraal en gaan in op de invloed van internationale kinderrechten in Nederland.
Het onderzoek van Bruning richt zich - met als uitgangspunt internationale kinderrechten - op de juridische positie van de minderjarige en de driehoeksverhouding tussen kind, ouders en Staat, met bijzondere aandacht voor kinderbescherming, jeugdhulp, kinderen in alternatieve zorg (uithuisplaatsing), gegevensuitwisseling over minderjarigen, het participeren van kinderen in juridische procedures en juridische aspecten van kindermishandeling.
Op het brede terrein van het jeugdrecht heeft Bruning ervaring met het verrichten van contractonderzoek en -advisering. Zo was zij eindverantwoordelijk voor de Evaluatie van de Wet Kinderombudsman (ZonMW, 2017), nam zij deel aan de Eerste evaluatie Jeugdwet (2018, in opdracht van ZonMW) en voerde zijonderzoek uit naar het hoorrecht en de procespositie van minderjarigen in familie- en jeugdprocedures, waarbij o.m. centraal stond of de leeftijdsgrens voor het horen van minderjarigen van twaalf jaar moet worden verlaagd en minderjarigen meer mogelijkheden moeten krijgen om zelf procedures te initiëren ( WODC, 2020). Zij voert momenteel met collega’s in opdracht van het WODC de eindevaluatie wet herziening kinderbeschermingsmaatregelen uit.
Zij werkt mee aan Tekst & Commentaar Personen- en Familierecht en Burgerlijk Wetboek, aan de Groene Serie Personen- en Familierecht van Kluwer en aan het handboek Jeugdrecht en Jeugdhulp.
Postacademisch onderwijs
In het kader van het Juridisch PAO organiseert Bruning de specialisatiecursus Bijzondere Curator in Jeugdzaken. Tevens verzorgt zij voor groepen professionals in-company trainingen.
Nevenfuncties
Bruning is rechter-plaatsvervanger bij de Rechtbank Amsterdam (team familie- en jeugd). Zij is sinds 2018 lid van de Raad van Toezicht van SOS Kinderdorpen Nederland en sinds 2019 van Stichting De Thuisbasis Sociaal Werk. Namens Nederland was zij van 2018 tot 2019 lid van de Expert Group Responses to Violence against Children (CAHENF-VAC) van de Raad van Europa en was zij als consultant op het thema ‘melden bij kindermishandeling’ voor de working group 'Violence against Children', voor wie zij een ontwerp-recommendation over 'Strenghtening Reporting Systems on Violence against Children' voorbereidde. Zij was van 2015 tot 2019 lid van de commissie Geweld in de Jeugdzorg (Commissie De Winter) en is sinds 2022 lid van de commissie Afstand en Adoptie (commissie De Winter II). Zij was tot 2018 hoofdredacteur van het tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht.
Hoogleraar Jeugdrecht
- Faculteit Rechtsgeleerdheid
- Instituut voor Privaatrecht
- Jeugdrecht en Gezondheidsrecht
- lid Raad van Toezicht
- lid Raad van Toezicht
- lid commissie wetenschappelijke integriteit
- lid redactieraad
- Rechter-plaatsvervanger (team familie- en jeugd)