Afrikaans onderzoek voorkomt zorgkosten en welvaartsziekten
Van oudsher zoeken gezondheidswerkers naar manieren om ziektes onder kwetsbare bevolkingsgroepen te bestrijden. Inmiddels blijkt hoe dit onderzoek ook welvarender landen ten goede komt. Afrikaanse worminfecties en innovatieve thermometers leren Leidse onderzoekers hoe je welvaartsziekten kan bestrijden en de zorg betaalbaar kan houden.
Wormen tegen welvaartsziekten
Toen immunoparasitoloog Maria Yazdanbakhsh het bloed van plattelandskinderen in Gabon bekeek, zag ze iets onverwachts: zonder ooit symptomen vertoond te hebben, bleken de kinderen antistoffen tegen veel allergenen te hebben. Hun bescherming bleek voort te komen uit wormen waarmee een groot deel van 's werelds plattelandsbevolking besmet is. In Ghana, Indonesië en Siberië vond Yazdanbakhsh vergelijkbare resultaten. Infecties met 'parasitaire' gasten als mijnwormen blijken hun dragers te beschermen tegen welvaartsziekten als diabetes II, ontstekingsziekten als Crohn en allergische aandoeningen als astma en hooikoorts. Hoewel zware worminfecties schadelijk kunnen zijn, hebben de wormen dus ook positieve effecten, concludeert de hoogleraar. In het Leids Universitair Medisch Centrum onderzoekt haar team welke moleculen daar verantwoordelijk voor zijn, zodat die ingezet kunnen worden als vaccin om de ziektes te voorkomen of als medicijn om de ziektes te genezen. In het wetenschapsdossier Immuniteit, Infectie en Tolerantie wordt verder ingegaan op dit onderzoek.
Academische samenwerking
Als het aan Yazdanbakhsh ligt, verrichten de Leidse gezondheidsonderzoekers hun onderzoek in nauwe, gelijkwaardige samenwerking met academici in Afrika zelf. Zij werken in gebieden waar de verspreiding van ziektes extreem gepolariseerd is: terwijl de mensen op het platteland nog te kampen hebben met allerlei infectieziektes, hebben de mensen in de groeiende stadscentra te maken met welvaartsziektes. Het gezamenlijke onderzoek is daardoor interessant voor elk land dat nu of in de toekomst met die ziektes te maken krijgt.
Betaalbare gezondheidszorg
Ook in de alpha-, bèta- en gammawetenschappen wordt intensief samengewerkt. Zo is André Leliveld behalve ontwikkelingseconoom bij het Afrika Studie Centrum ook co-directeur voor het Centre for Frugal Innovation in Africa, waarin de universiteiten van Delft, Leiden en Rotterdam samen op zoek gaan naar hoogwaardige betaalbare innovaties voor Afrikaanse markten. Als voorbeeld noemt Leliveld de ontwikkeling van een betaalbare thermometer voor gemeenschappelijk gebruik in afgelegen gebieden. Dat klinkt simpel, maar voor zo'n omgeving moet die tegelijkertijd goedkoop, betrouwbaar, robuust en sociaal acceptabel zijn. Bovendien moet de thermometer aangeven hoe (on)gezond de aangetroffen temperatuur is en door een grote groep mensen gebruikt kunnen worden zonder infecties te verspreiden. Hoewel dergelijke oplossingen tot nu toe meestal voor ontwikkelingslanden worden ontworpen, genereren ze in toenemende mate vindingen die ook Westerse landen kunnen helpen – bijvoorbeeld om de zorg in Nederland betaalbaar te houden in een tijd dat de bevolking steeds verder vergrijst.
In Afrika zijn gezondheidsproblemen één van de belangrijkste redenen dat huishoudens terugvallen in armoede, constateert Leliveld; mensen moeten hun spaargeld gebruiken of hun vee, land of oogst verkopen en hebben dan geen buffer meer. Vaak gaat het om geld voor relatief simpele zaken als malariapillen, antibiotica, veilige bevallingen of kleine operaties. Hoewel veel mensen deel uitmaken van kleine informele netwerken waarin zulke onverwachte kosten gedeeld worden, dragen mensen het grootste deel van de kosten toch zelf. In Togo doet Leliveld samen met collega’s onderzoek of de invoering van ‘community based health insurance schemes’ mensen helpt om beter met de monetaire gevolgen van gezondheidsrisico’s om te kunnen gaan. Bovendien zoeken landen als Togo naar een manier om dit soort lokale initiatieven te koppelen aan een nationale gezondheidsverzekering.