‘Elke school moet zelf bedenken hoe ze met mobieltjes omgaan’
Nadira Saab, hoogleraar e-didactiek bij het ICLON en Kennisnet, nam deel aan een rondetafelgesprek met leden van de Tweede Kamer over het gebruik van mobieltjes op middelbare scholen. Conclusie: een algeheel verbod is niet wenselijk, scholen moeten zelf beleid maken op dit gebied.
Mobieltjes leiden af
Voor dit rondetafelgesprek had de Tweede Kamer wetenschappers, leraren, ouders en leerlingen uitgenodigd om te praten over het gebruik van de smartphone in het voortgezet onderwijs. Nadira: 'Iedereen was het erover eens dat mobieltjes in de zak van leerlingen van het voortgezet onderwijs kunnen afleiden. Als ze niet voor educatieve doeleinden worden gebruikt dan is het niet wenselijk dat ze binnen handbereik zijn. Maar je kunt ze ook gebruiken voor leeractiviteiten, en dan kan het gebruik juist een toegevoegde waarde hebben.' Daarvoor is het wel nodig dat het voor iedereen duidelijk is wat het beleid is rond smartphones, dit beleid ondersteund wordt door het lerarenteam en leraren kunnen omgaan met leerlingen die zich niet aan de regels houden.
Thuis TikTokken
Een algeheel verbod op mobieltjes op school, opgelegd door de overheid, komt er waarschijnlijk niet. Afgezien van de vraag of zo’n verbod voor elke school wenselijk is, is het erg moeilijk om zo’n verbod te handhaven. En hoe ziet zo’n verbod er dan uit? Moet alleen het gebruik in de klas worden verboden, of mogen leerlingen ook in de pauze niet op hun telefoon zitten? Bovendien is het probleem groter dan alleen op school, het gaat ook over het gebruik thuis, tijdens het huiswerk maken.
'Thuis kan de smartphone van invloed zijn op het maken van huiswerk, bijvoorbeeld als leerlingen het huiswerk uitstellen om een paar uur op social media te zitten', zegt Nadira hierover. 'Ook kan de smarthpone tijdens het huiswerk maken afleiden. Hier zou aandacht aan moeten worden besteed op school: hoe moeten leerlingen hiermee omgaan?'
Wat past bij de school?
Nadira ziet meer heil in een aanpak waarbij elke school zelf bepaalt hoe ze de smartphone in hun onderwijs willen integreren: 'Een school die bijvoorbeeld autonomie heel belangrijk vindt, kiest waarschijnlijk niet voor een geheel verbod. Er zijn meer smaken dan een geheel verbod of helemaal geen regulering. Schoolbeleid kan meer genuanceerd geformuleerd worden, waarbij gekeken wordt op welke momenten de mobiel wel en niet nuttig is voor het onderwijs op die school, en daar dan de regels op aanpassen.'
Ook kun je als school kijken welke leraren al gebruik maken van mobieltjes in de les, welke niet, en waarom en hoe ze dat doen. Zo kan de meerwaarde van het gebruik van mobieltjes voor de school worden bepaald. Vervolgens kan de school dan regels maken die passen bij de visie van de school en de behoeften en competenties van de leraren. Het is belangrijk om daarbij duidelijk een onderscheid te maken tussen educatief en niet-educatief gebruik. Als telefoon niet worden gebruikt voor educatie, dan hoeven leerlingen ze ook niet te hebben in de klas.
Bewustzijn en zelfregulatie
Leerlingen gaan op hun telefoon als ze les saai vinden, als ze moeten wachten en tussen de uitleggen door. Maar omdat mobieltjes verslavend kunnen werken is het belangrijk dat leerlingen bewust leren omgaan met hun smartphone. Dit is ook belangrijk voor als ze gaan studeren en later in het leven.
Wat weten we echt?
Nadira benadrukt dat in de discussie over mobieltjes in de klas duidelijk moet zijn wat meningen zijn, wat gevoelens zijn, en wat we hier nu eigenlijk echt over weten. Er is nog niet veel onderzoek gedaan naar de daadwerkelijke effecten van mobieltjes in de klas. Maar als het gebruik de les verstoort is het in ieder geval niet goed voor de leerprestaties.