Straffen in de publieke opinie
Vaak hoor of lees je dat burgers de straffen die door rechters worden uitgedeeld te laag vinden. Hoogleraar Jan de Keijser benadrukt dat deze kloof kleiner wordt als leken meer informatie krijgen over een zaak en de opgelegde straf.
Hoe meer informatie, hoe kleiner de kloof
Een simpele survey-stelling, 'er wordt te licht bestraft in Nederland', werd de afgelopen 30 jaar door een grote meerderheid van de respondenten met 'ja' beantwoord. Je zou dus zeggen dat er een behoorlijk verschil zit in de hoogte van straffen die rechters uitdelen en de wens van de burger. Hoogleraar Criminologie Jan de Keijser nuanceert dit beeld. 'Als je een ander soort onderzoek doet, namelijk door ondervraagden een specifieke casus voor te leggen, oordeelt de leek al wat milder. Hoe meer informatie een leek krijgt, hoe genuanceerder de straf. Met nog meer informatie en zelfs de mogelijkheid tot vragen stellen bij deskundigen en rechters, pakt de beoogde straf onder onderzochten nog lager uit. De straf die leken geven, blijft wel hoger dan de straf die rechters opleggen.'
Op basis van dat resultaat zou je denken: geef het publiek permanent meer informatie, en de kloof verdwijnt. De Keijser: 'Helaas werkt het in de praktijk niet zo. Beter informeren is moeilijk, en vaak hebben mensen daar ook geen behoefte aan. Ten eerste worden er in Nederland al diverse initiatieven genomen om het publiek te informeren, zoals rechtspraak.nl. Dat lijkt niet heel erg aan te slaan bij gewone burgers. Daarnaast blijkt uit internationaal onderzoek dat het effect van meer informatie heel tijdelijk is. Deelnemers hadden meer informatie over rechtszaken gekregen en dachten daardoor genuanceerder over straffen in het algemeen. Maar dat effect ebde weg en twee maanden later dachten ze alweer ongenuanceerder over straffen.'
Zouden de media dan misschien een rol kunnen spelen door uitgebreidere, meer genuanceerde berichtgeving over rechtszaken? Daar lijkt het niet op. De Keijser werkte in eerder onderzoek samen met het Brabants Dagblad, die een tijd lang meer informatie gaf over strafzittingen via de genuanceerde berichtgeving van een door het dagblad samengestelde lekenjury. Vervolgens werd gemeten of de lezers van deze krant anders over straffen dachten dan lezers van het Limburgs Dagblad, dat niet uitgebreider over strafzittingen schreef. Er bleek geen verschil te zijn.
De kloof vormt geen bedreiging voor het strafsysteem
De kloof tussen publiek en de rechtspraak lijkt hardnekkig te zijn, maar het is de vraag of daarmee de legitimiteit van het rechtssysteem in gevaar komt. De Keijser bracht door zijn onderzoek namelijk nog een opmerkelijk feit boven tafel: ook al vinden burgers dat er te licht wordt bestraft, ze zijn helemaal niet ontevreden over rechters of over het strafsysteem. 'Er kan dus een kloof bestaan, terwijl de legitimiteit van het systeem niet in het geding is. Er is ook onderzoek gedaan naar mogelijkheden om de kloof te dichten door de invoer van lekenrechtspraak, bijvoorbeeld door middel van een jury zoals we dat kennen uit Amerika. Uit dat onderzoek bleek dat een meerderheid in Nederland juist tegen zo'n vorm van rechtspraak is: rechtspraak moet worden overgelaten aan de professionals, vindt men.' De Keijser en zijn collega's blijven op allerlei manieren onderzoek doen naar de publieke opinie over straffen. 'De twee typen onderzoek die nu bestaan - enerzijds mensen een directe vraag of stelling voorleggen over straffen, anderzijds ze eerst meer informatie geven en ze dán naar hun mening over straffen vragen - hebben nadelen. In beide gevallen lijkt het antwoord van ondervraagden beïnvloed door de onderzoeksmethode. ‘Daarom bekijkt promovendus Lucas Noyon de beste methoden om de publieke opinie over straffen te meten. Hij gaat op zoek naar de merites van een derde poot van meten: een dialoog volgen tussen het publiek en het Openbaar Ministerie.’