Vroeg ingrijpen bij gedragsproblemen op school
Maatwerk bij preventie loont, tonen Leidse pedagogen aan. Een nieuwe, op fundamenteel onderzoek gebaseerde aanpak van kinderen die dreigen te ontsporen levert spectaculaire resultaten op.
Ieder tweejarig kind vertoont wel eens regeloverschrijdend gedrag. Voor een peuter vinden we dat normaal. Van een ouder kind daarentegen verwachten we een zeker inlevingsvermogen, een vermogen om de sociale omgangsconventies te volgen.
Om de juiste omgangsvormen te hanteren moet een kind ontzettend veel vaardigheden ontwikkeld hebben. Het moet in staat zijn om sociale signalen op te vangen uit zijn omgeving, die informatie razendsnel verwerken en zijn eigen gedrag erop afstemmen. Het moet het effect van zijn gedrag op de ander kunnen voorspellen en zich in een ander kunnen verplaatsen. En het moet in staat zijn om zijn eigen emoties en gedrag te beheersen.
Signalen van een aankomende stoornis
Kinderen die daar niet voldoende toe in staat zijn en veel regeloverschrijdend gedrag, zoals schelden of spijbelen, vertonen, lopen risico om ernstige gedragsstoornissen te ontwikkelen of zelfs af te glijden naar de criminaliteit. Maar het duurt doorgaans lang voor voordat hulpverlening op gang komt, een diagnose gesteld wordt en de behandeling start. Het gedrag is dan al verergerd en het kind is dan vaak al in aanraking gekomen met de politie.
Leidse Sociale Wetenschappers en de gemeente Amsterdam werken samen in een Preventief Interventie Team (PIT) dat zich richt op kinderen die op school agressief gedrag vertonen. Met toestemming van de ouders wordt het kind op school uitgebreid geobserveerd en getest om de oorzaak van het gedrag te ontdekken. Zit het in de verwerking van sociale signalen? Kan een kind zich wel voldoende inleven in de ander? Of snapt hij het allemaal wel maar kan hij zijn eigen emoties niet de baas?
Geen labeltjes
Zij stellen geen diagnose, maar stellen binnen vier weken een plan van aanpak op dat is afgestemd op de situatie van dat individuele kind, maatwerk dus. Hoogleraar pedagogische wetenschappen Hanna Swaab: ’De reguliere zorg plakt vaak een etiketje op het kind op basis van zijn gedrag, wij kijken naar de factoren die dat gedrag bepalen en kiezen daar de meest succesvolle aanpak bij. Als iemand agressief is omdat hij zijn emoties niet kan beheersen is een heel andere aanpak nodig dan als iemand slecht gezichten kan lezen en denkt dat iedereen die hij tegen komt kwaad op hem is.’ Wij ondersteunen met onze kennis de gezonde ontwikkeling.
De resultaten van het PIT zijn verbazingwekkend. Van deze groep zeer kwetsbare kinderen die vaak onder minder prettige omstandigheden opgroeien vertoont maar liefst 75% na een half jaar veel minder regeloverschrijdend en agressief gedrag. Ter vergelijking: Swaab is ook betrokken bij een project dat op de reguliere manier agressief gedrag bij kinderen aanpakt. De ouders hebben de kinderen zelf aangemeld en zijn dus zeer gemotiveerd. Ook de omstandigheden waaronder de kinderen opgroeien zijn beter. Toch heeft dit project een succespercentage van ‘maar’ 50%. Volgens Swaab is dit vermoedelijk het gevolg van het minder op maat kunnen werken en het langere traject.
Interventie op maat
Het PIT team grijpt snel in en test het kind in de eigen omgeving, op school. Ouders hoeven niet zelf met het kind van hulpverlener naar hulpverlener te trekken en het kind komt nergens op een wachtlijst. De tests die het kind krijgt zijn gebaseerd op de nieuwste inzichten uit neuropedagogisch onderzoek van de Universiteit Leiden. Die snelheid en expertise dragen bij aan het succes van PIT, meent Swaab. Ook de maatwerk-aanpak draagt bij. Swaab: ’Het doel van een goede preventieve interventie is niet alleen om de risicofactoren omlaag te brengen en beschermende factoren te versterken, maar ook om een signaleringsstrategie af te spreken zodat tijdig ingegrepen kan worden als de gezonde ontwikkeling van een specifiek kind wel lijkt af te buigen.’
Maatwerk klinkt duur, maar de aanpak zal de maatschappij uiteindelijk winst opleveren, gelooft Swaab. Minder opnames, minder gevangenisstraffen. ’En het kind krijgt waar het kind recht op heeft.’
Gemeente Amsterdam - Preventief Interventie Team
Universiteit Leiden, Kind & ontwikkelingsstudies - Preventief Interventie Team