Afval scheiden, en daarna...?
Wat gebeurt er met alle gescheiden afvalstromen?
Sinds 2018 staan er op de universiteit in alle gebouwen afvalbakken waarin afvalstromen worden gescheiden. De prullenbakken zijn uit de kamers van medewerkers verdwenen. Ook ander afval zoals papier, batterijen en printer-cartridges wordt gescheiden ingezameld. Wat gebeurt er eigenlijk met al die gescheiden afvalstromen? Een kijkje achter de schermen.
Vervoer en verwerking van afval zorgt voor uitstoot van CO2. En het verbranden van afval leidt tot verspilling van grondstoffen. Het belangrijkste doel van de universiteit is daarom om afval zo veel mogelijk te voorkomen.
De Universiteit Leiden volgt een driesporenbeleid om afval te beperken
- Het belangrijkste doel is afval voorkomen. Dat is de meest effectieve manier om de milieudruk van afval te verlagen.
- Het afval dat dan nog ontstaat, wil de universiteit duurzaam laten verwerken, waarbij grondstoffen worden herwonnen.
- Het restant aan afval wordt verbrand met energieterugwinning.
Hiermee draagt de universiteit bij aan de circulaire economie, waarin afval als grondstof weer in de keten wordt gebracht.
Medewerkers, studenten en bezoekers van de Universiteit Leiden produceren gezamenlijk zo’n 900 ton afval per jaar.
Inzamelen kan maar ten dele
De universiteit zamelt 40% van al het afval gescheiden in, zoals papier, gft (organisch afval en etensresten), afvalhout, bouw- en sloopafval, frituurvet, glas, hoogwaardig plastic, computers en andere apparatuur, batterijen en printer-cartridges. Oud meubilair wordt soms binnen de universiteit hergebruikt, maar hiervoor zijn er (nog) geen afspraken en regels. Een kwart van het afval is papier en karton.
Uit onderzoek blijkt dat we ons ‘persoonlijke’ afval beter scheiden zonder eigen prullenbak. Vandaar dat in alle gebouwen de prullenbakken uit de kamers zijn weggehaald. In plaats daarvan staan overal bakken voor gescheiden inzamelen.
Tweederde van het afval van de universiteit is niet-gescheiden bedrijfsafval. Dit restafval is het restant dat niet gescheiden en gerecycled kan worden. Het wordt met energiewinning verbrand.
Hoe wordt elke stroom verwerkt?
- Plastic verpakkingen, Metaal en Drinkpakken (PMD)
- GFT en etensresten
- Papier
- Koffiebekers
- Batterijen
- Inktcartridges en telefoon
- Overige afvalstromen
- Rest
Plastic verpakkingen, Metaal en Drinkpakken (PMD)
PMD is een samengestelde stroom van verpakkingsmateriaal. Denk aan plastic flesjes, blikjes en melkkartons. Naar een richtlijn van Rijkswaterstaat wordt PMD aangeduid met de kleur oranje.
Het PMD wordt fijnmazig ingezameld met een kraakperswagen. Op het overslagstation in Zoeterwoude wordt het ingezamelde PMD gelost, gecontroleerd op kwaliteit en maximaal gecomprimeerd. Met optimaal geladen transport wordt de stroom vervoerd naar een tussenstation. Daar wordt de kwaliteit van het PMD verder onder de loep genomen.
In de sorteerinstallatie wordt de samengeperste PMD-fractie geshredderd (versnipperd) en verspreid over een transportband. Vervolgens verdeelt de installatie de gemengde stroom in negen monostromen. De installatie onderscheidt niet alleen plastic, blik en drinkpakken, maar ook verschillende soorten plastic. Bijvoorbeeld HDPE (zoals shampooflessen), PP (margarinekuipjes) en PET (drinkflesjes).
In wasbaden wordt het plastic gewassen en vervolgens beoordeeld op kwaliteit. De kwaliteit van het plastic bepaalt hoe de stromen hun weg verder vinden. Het hoogwaardig plastic wordt gegranuleerd, dat wil zeggen, tot grondstof gemaakt, in de vorm van korrels. Het laagwaardig plastic wordt verwerkt tot agglomeraat, dat zijn korrels van samengeperst plastic. Het hoogwaardig plastic belandt in een extruder, een apparaat dat speciaal ontworpen is om plastic te smelten. Het gesmolten plastic wordt door een zeef geduwd om te laatste vervuilingen te verwijderen. Ook worden eigenschappen aan het plastic toegevoegd, zoals een kleur of krasbestendigheid. Aan het uiteinde van de extruder wordt het plastic door een tweede zeef geduwd. Een machine hakt de plastic slierten in hagelslagachtige stukjes. De kwaliteit van dit zogenaamde regranulaat is kwalitatief vergelijkbaar met nieuw materiaal, ook wel bekend als virgin materiaal. Dit regranulaat kan ingezet worden voor dezelfde doeleinden als nieuw plastic.
Van laagwaardig plastic, zoals de folies van vleeswaren, wordt agglomeraat gemaakt. De korrels worden gebruikt als grondstof voor de productie van bijvoorbeeld tuinbanken, pallets of speeltoestellen.
Blik en aluminium gaan na sortering zonder verdere bewerking naar gecertificeerde smelterijen. Na het smelten van deze twee stromen worden hiervan nieuwe blik- en aluminiumproducten gemaakt. Drinkverpakkingen gaan naar de papierverwerkingsindustrie, die van de papiervezels van melk- en yoghurtpakken weer papier maakt.
De sorteerinstallatie waarin het universitaire PMD verwerkt wordt, maakt gebruik van nieuwe technologie waardoor alle stappen van het verwerkingsproces in één installatie kunnen plaatsvinden. Dit bespaart niet alleen vervoersbewegingen en logistieke kosten, ook ligt het recyclerendement van 80 à 90% hoger dan bij andere installaties, waarvan het rendement rond de 50% schommelt. Daarnaast verwerkt deze installatie het laagwaardige plastic tot een agglomeraat dat gebruikt kan worden als hernieuwde grondstof.
Het deel dat niet gerecycled kan worden (10 à 20%) bestaat grotendeels uit water en hoogcalorisch afval. Het water wordt door waterzuivering op het terrein van de sorteerinstallatie gezuiverd. Hoogcalorisch afval is de niet-recyclebare restfractie. Dit wordt omgezet in zogenoemd Solid Recovered Fuel (SRF). SRF wordt ingezet als brandstof in de cementindustrie. Het kleine restant wat daarna nog overblijft, wordt verbrand in een restafvaloven.
GFT en etensresten
Groente-, Fruit- en Tuinafval (GFT) is de ingeburgerde benaming voor organisch afval, waaronder ook etensresten. Op de informatieborden van de universiteit staat deze stroom daarom aangegeven als Organic Er wordt gesproken over swill als het specifiek om gegaarde etensresten gaat. Volgens de richtlijn van Rijkswaterstaat wordt GFT en Etensresten aangeduid met de kleur groen.
GFT en etensresten wordt gebruikt om groene stroom op te wekken. Na inzameling gaan de groente-, fruit-, tuin- en etensresten naar een vergister. Daar wordt het microbiologische fermentatieproces van anaerobe vergisting in gang gezet. Dit proces wordt ook gebruikt voor het gisten van brood en bier, maar in dit geval voor het opwekken van biogas. Van het restant wordt hoogwaardige compost gemaakt. Ongeveer 94% van het GFT kan opnieuw gebruikt worden als grondstof.
Papier
In de stroom Papier zijn allerlei soorten papier welkom: brieven, enveloppen (ook met venster), kranten, tijdschriften en karton. Belangrijk is dat het papier en het karton schoon zijn. Vervuild papier, zoals gebruikte servetten of taartdozen, horen thuis bij het restafval. Volgens de richtlijn van Rijkswaterstaat wordt papier aangeduid met de kleur blauw.
Ongeveer 75% van het papier en karton in Nederland wordt ingezameld en gerecycled. Oud papier en karton zijn namelijk de belangrijkste grondstof om nieuw papier en karton mee te vervaardigen. Na inzameling worden het oud papier en karton gereinigd en gesorteerd en worden er balen van gemaakt. Daarna wordt het materiaal in een papierfabriek opgelost in water, zodat de papiervezels los van elkaar komen. Via zeeftechnieken wordt de vezelbrei ontdaan van vervuilingen zoals nietjes en paperclips.
Door middel van flotatie, een chemisch proces waarbij een mengsel van stoffen wordt gescheiden op basis van de bevochtigbaarheid door water, worden de inktresten uit de papiervezels gewassen. Om de schone vezelpulp klaar te maken voor papierproductie wordt deze gebleekt met waterstofperoxide of ozon. Het restant dat overblijft wordt gebruikt als grondstof in bouwmaterialen.
Koffiebekers
De kartonnen bekers waarin de universitaire cafés en automaten koffie serveren, bestaan voor 95% uit karton. De overige 5% bevat de plastic PE-coating aan de binnenkant van het bekertje. Elk koffiebekertje dat in de Paper Cups-stroom belandt, wordt volledig gerecycled. Paper Cups worden aangeduid met de kleur zwart.
Door middel van gespecialiseerde technieken worden de papiervezels van het karton losgemaakt van de plastic coating. De papiervezels worden ingezet als grondstof voor de productie van toiletpapier, het PE van de coating gaat een eigen recycleproces in.
Batterijen
Op elke locatie van de universiteit kunnen lege batterijen ingeleverd. Lege batterijen bevatten veel waardevolle stoffen, zoals zink, cadmium, ijzer, nikkel, mangaan, kwik, lithium en kobalt. Door het recyclen van batterijen kunnen fabrikanten deze stoffen hergebruiken. Ongeveer 70% van de batterijen wordt gerecycled. De stroom Batterijen wordt aangeduid met de kleur lichtblauw.
Ingezamelde batterijen worden naar een sorteercentrum gebracht. Daar worden de batterijen met een zeef op vorm gesorteerd. Daarna gebruikt een machine de resterende stroom in de batterij om op elektromagnetische wijze te bepalen tot welke fractie de batterij thuishoort. Lekkende, gezwollen of roestende batterijen worden handmatig gescheiden. Eenmaal gesorteerd gaan de batterijen naar verschillende smelterijen om de waardevolle stoffen terug te winnen.
Inktcartridges en telefoons
Op centrale plekken is het mogelijk om lege inktcartridges in te leveren. Deze stroom heeft de kleur paars. Op recyclelocaties worden de herbruikbare onderdelen, zoals de laadroller, huls en magnetische roller, gedemonteerd en schoongemaakt. Vervolgens wordt de kwaliteit van elk onderdeel beoordeeld: het moet voldoen aan de standaard die ook geldt voor nieuwe onderdelen. Goedgekeurde onderdelen wordt hergebruikt in nieuwe cartridges.
Op de paarsgekleurde aanleverpunten bij de universiteit is het ook mogelijk om oude telefoons in te leveren. In de praktijk gaat het afvoeren via medewerkers van gebouwbeheer. De chips in telefoons bevatten namelijk kleine hoeveelheden van verschillende mineralen, zoals goud, zilver en palladium. Het terugwinnen van deze mineralen via de recycling van telefoons zorgt voor een afnemende noodzaak van het winnen van deze edelmetalen in mijnen, waar vaak in barre omstandigheden gewerkt wordt.
Overige afvalstromen
Naast afvalstromen die hiervoor aan de orde zijn gekomen, voert de universiteit nog andere gespecialiseerde stromen af:
- Afvalhout wordt gecategoriseerd als A-hout of B-hout. A-hout is onbehandeld en ongelakt terwijl B-hout bewerkt is. Beide categorieën zijn geschikt als grondstof voor secundaire grondstof in houtvezel- en spaanplaatindustrie en als brandstof in bio-energiecentrales.
- Bouw- en sloopafval dat vrijkomt bij bouw-, renovatie- en sloopwerkzaamheden dient afgevoerd te worden in containers. Het zeefzand, afkomstig van bouw- en sloopafval, wordt verwerkt tot een zand- en grindvervanger voor beton. Van het brandbare residu wordt een secundaire brandstof gemaakt. Aannemersbedrijven voeren het bouw- en sloopafval in toenemende mate zelf af. Gevaarlijk of chemisch afval is de verzamelnaam voor afvalstoffen die belastend kunnen zijn voor mens en milieu. Deze stoffen worden op een door de overheid streng reguleerde wijze verwijderd, afgevoerd en vernietigd.
- Glas kan zonder kwaliteitsverlies gerecycled worden en is daarmee de perfecte grondstof voor de productie van nieuw glas. Voor laboratoriumglaswerk geldt een andere procedure: dit wordt apart ingezameld en op specialistische wijze verwerkt.
- Vertrouwelijke documenten kunnen weggegooid worden in speciale, blauwe papiercontainers met gleuf. Ze worden vernietigd volgens de strenge normen. Bedrijven moeten gecertificeerd zijn voor de verwerking van deze papierstroom.
Duurzame sloop van enkele laboratoria op de Science Campus
Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.
Bekijk de video op de oorspronkelijke website ofRest
Restafval – de stroom Rest - is de term voor afval dat niet gescheiden ingeleverd kan worden, zoals broodsleeves van papier en plastic of een chipszak. Ook vervuild papier, zoals gebruikte servetten en tissues, hoort thuis in het restafval, net als doordrukstrips.
De verwerking van restafval is de minst milieuvriendelijke manier. Daarom heeft de universiteit het streven om het aandeel restafval zo klein mogelijk te houden. Naast afvalscheiding werkt de universiteit ook aan preventie van restafval. Volgens de richtlijn van Rijkswaterstaat wordt Restafval aangeduid in de kleur grijs.
Restafval wordt verbrand in afvalenergiecentrales. Grondstoffen gaan daarmee verloren. De elektriciteit en warmte die opgewekt wordt in de verbranding wordt wel hergebruikt. De elektriciteit wordt aan het elektriciteitsnet geleverd. De warmte wordt gebruikt om fabrieken, woonwijken en tuinbouwkassen te voorzien van warmte. Hiermee wordt dan wel weer het gebruik van fossiele brandstof bespaard.
Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen
Ons afvalbeleid draagt bij aan deze Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties: