Religie: boeddhisme in Azië
Veel mensen, zowel in Azië als in het Westen, voelen zich (weer) aangetrokken tot het boeddhisme. Dat komt door het exotische en authentieke 'imago' van dit geloof.
Het boeddhisme komt uit India en verspreidde zich vanaf de 7e eeuw na Christus naar Tibet. Het Tibetaanse boeddhisme trok veel mensen aan, en doet dat nu nog steeds. Ook mensen in Westerse landen zijn erg geïnteresseerd in deze variant. "Het wordt gezien als exotisch en authentiek", legt hoogleraar Frank Pieke uit. "Voor China, maar ook andere landen in Azië geldt bovendien dat het boeddhisme extra aantrekkelijk is omdat het wordt onderdrukt door de regering." "Daarnaast is het boeddhisme voor westerlingen veilig", vult hoogleraar Jonathan Silk aan. "Het wordt namelijk niet zozeer gezien als een religie maar meer als een filosofie. Dat betekent dat boeddhisme ook aantrekkelijk is voor mensen die geen affiniteit met religie hebben. Maar ook mensen mét een religie voelen zich veilig bij het zich verdiepen in boeddhisme, omdat ze niet het gevoel hebben dat ze hun geloof afvallen."
Om meer te begrijpen over de aantrekkingskracht en betekenis van het boeddhisme in Azië, zowel in het verleden als het heden, bestudeert hoogleraar Jonathan Silk de geschriften en de verspreiding ervan. "Van de oorspronkelijke geschriften in het Sanskriet is heel erg weinig bewaard gebleven. De teksten die we nu bestuderen zijn voornamelijk Chinese en Tibetaanse vertalingen. Bovendien heeft het boeddhisme zich in de loop der tijd in al deze landen ontwikkeld."
Silk bestudeert op dit moment Tibetaanse vertalingen van Chinese boeddhistische geschriften. Na de verspreiding van het boeddhisme van India naar Tibet in de 7e en 8e eeuw werden de geschriften vertaald in het Tibetaans. Tegelijkertijd bereikte ook het Chinese boeddhisme Tibet. "Dit gebeurde in Dunhuang, aan de grens met China, en in Lhasa (voorheen hoofdstad van Tibet, tegenwoordig hoofdstad van de Tibetaanse Autonome Regio in China). In Dunhuang vond veel handel plaats met Chinezen, en er was een grote groep Tibetanen erg geïnteresseerd in het Chinese boeddhisme. In een grot in Dunhuang zijn talloze geschreven bronnen gevonden, namelijk Chinese vertalingen van het Sanskriet en Tibetaanse vertalingen van het Chinees. Die documenten geven een enorm inzicht in hoe het Chinese boeddhisme werd begrepen door de Tibetanen."