Je krijgt een diepgaande introductie in het vakgebied. Het hele jaar volg je het vak Inleiding in de Pedagogische en Onderwijswetenschappen. Daarnaast verdiep je je in verwante vakgebieden, zoals psychologie, filosofie en sociologie.

Na afloop van dit jaar weet je in grote lijnen met welke algemene onderwerpen pedagogen zich bezighouden en welke specifieke vragen orthopedagogiek, gezinspedagogiek, leerproblemen en onderwijsstudies onderzoeken. Je leert bovendien wetenschappelijke kennis te vertalen in bruikbare adviezen voor ouders, kinderen, scholen en andere organisaties.

Filosofie, (ontwikkelings-)psychologie en sociologie
Hoe werkt je geheugen, op welke manier ontwikkelt een mens zich van pasgeborene tot volwassene, hoe leven mensen samen en ontstaat sociale orde? Door kennis te maken met verwante wetenschapsgebieden zoals (ontwikkelings-)psychologie, sociologie en filosofie krijg je inzicht in de diverse onderwerpen waar pedagogen mee te maken hebben.

Onderzoek doen

Tijdens Onderzoekspracticum 1 verdiep je je in het formuleren van een goede onderzoeksvraag, het interpreteren van waarnemingen, het uitvoeren van berekeningen en het analyseren en verwerken van gegevens.

Practicum gesprekstechnieken

Hoe voer je een gesprek met een kind als je wilt achterhalen wat zijn probleem is? En hoe stel je ouders op de hoogte van slecht nieuws over hun kind? In je werk als pedagoog zul je vaak moeilijke gesprekken voeren. Tijdens dit practicum maak je kennis met gesprekstechnieken en oefen je deze tijdens rollenspellen met je medestudenten.

Praktijkoriëntatie

In de tweede helft van het eerste jaar neem je een kijkje in de keuken van een pedagoog of onderwijskundige. Je loopt
een korte stage bij bijvoorbeeld een kindertehuis, hulpverleningsorganisatie, voorlichtingsbureau of school. Zo maak je kennis met het werkveld.

Tutoraat

Samen met een groepje van ongeveer vijftien studenten krijg je een tutor die je wegwijs maakt in de studie en het studeren aan een universiteit. In het tutoraat oefen je ook allerlei academische vaardigheden: van correct verwijzen naar de literatuur tot het schrijven van een wetenschappelijk betoog.

Halverwege je tweede jaar kies je één van de drie specialisaties:

Gezinspedagogiek

Bij gezinspedagogiek staat het gezin centraal. Welke soorten gezinnen zijn er en wat kan er misgaan in de opvoeding? Je houdt je bezig met de normale en de afwijkende opvoeding van kinderen, met onderwerpen als gehechtheid, grenzen stellen maar ook kindermishandeling en pleegzorg.

Orthopedagogiek van opvoeding en onderwijs

Je richt je in deze specialisatie op ontstaan, behandeling en preventie van probleemgedrag bij kinderen en jongeren. Vind je het leuk om een ontwikkelingsprobleem te analyseren en vervolgens een passende behandeling te zoeken, dan past deze specialisatie bij jou. Je doet tijdens deze specialisatie tevens kennis op over de manier waarop kinderen leren, de invloed van de omgeving en waar het mis kan gaan bij bijvoorbeeld lezen en schrijven.

Onderwijswetenschappen

De specialisatie Onderwijswetenschappen bestudeert onderwijs en leren. Hoe leren kinderen (begrijpend) lezen en rekenen? Wat is de relatie tussen de ontwikkeling van je hersenen en leren? Ook is er aandacht voor de manier waarop leraren de ontwikkeling van hun leerlingen kunnen bevorderen.

Keuzeruimte

In je derde jaar is er ruimte om vakken te volgen bij een andere universitaire opleiding in binnen- of buitenland. Je sluit je bachelor af met een onderzoek naar een vraag uit de praktijk.

Het Instituut Pedagogische Wetenschappen biedt vijf keuzevakken aan, maar je kunt je keuzevakruimte ook vullen met een minor. Een minor is een samenhangend pakket van vakken met een omvang van 30 ects. Het Instituut Pedagogische Wetenschappen biedt, in samenwerking met enkele andere instituten van de Universiteit Leiden, de minor Kindermishandeling en Verwaarlozing: een levensloopperspectief aan.

En natuurlijk kun je je keuzevakruimte vullen met losse keuzevakken die aangeboden worden binnen de Universiteit Leiden of een andere nationale of internationale universiteit.

Doe alvast inspiratie op en verdiep je in de keuzevakkengids.

Afstuderen

De bachelor sluit je af met een bachelorproject. Tijdens dit project beantwoord je met een groep studenten een onderzoeksvraag van een instelling uit het pedagogische werkveld. Het resultaat hiervan is een adviesrapport dat wordt gepresenteerd aan de opdrachtgever en een individuele rapportage waarin je reflecteert op je eigen wetenschappelijke ontwikkeling tijdens het bachelorproject. Als je dit alles met succes hebt afgerond ontvang je je bul en mag je jezelf pedagoog noemen!