Islam en het Westen
Moslims leven al sinds eeuwen in Oost- en Zuidoost Europa. Hun komst naar West-Europa en de twee Amerika’s en Australië is echter recent. Het bestuderen van de manier waarop moslims zich verhouden tot hun Westerse omgeving (en vice versa), en van de wederzijdse beïnvloeding van Westers en islamitisch gedachtegoed, brengt ons een stap dichter bij een echt open en inclusieve samenleving.
Actie en reactie
Hoe proberen moslims in Westerse samenlevingen hun identiteit te behouden? Hoeveel ruimte wordt hun daarvoor gegund, op welke barrières stuiten ze en hoe reageren zij daar weer op? Deze keten van acties en reacties is het studieonderwerp van hoogleraar Maurits Berger. Zijn onderzoek concentreert zich niet alleen op moslimimmigranten in Westerse landen, maar richt zich ook op de invloed van Westerse ideeën op moslims in de rest van de wereld.
Gastarbeiders
Contacten tussen het Westen en de moslimwereld gaan eeuwen terug, maar pas de laatste vijftig jaar maken moslims daadwerkelijk deel uit van de Nederlandse samenleving. Anders dan landen als Groot-Brittannië en de Verenigde Staten is Nederland een jong immigratieland. Door de komst van gastarbeiders uit Marokko en Turkije in de jaren zestig, en de gezinshereniging die hierop volgde, kregen veel Nederlanders voor het eerst te maken met moslims als medeburgers.
Wrijving
Op papier is Nederland een open samenleving. Onze wetten en ons politieke systeem maken geen onderscheid naar afkomst of religie. Maar in de dagelijkse praktijk is dat ideaal nog geen werkelijkheid. Niet iedere Nederlander omarmt de etnische, religieuze en culturele verscheidenheid die Nederland kenmerkt. Omgekeerd hebben veel moslims moeite met typisch Nederlandse gebruiken. Dat uit zich onder meer in discriminatie, politieke verbittering en religieuze radicalisering.
Sharia
Een van de kwesties waar deze wrijving zich concentreert, is de sharia. Maurits Berger, die naast Arabist ook jurist is, bestudeert de interactie tussen enerzijds de manieren waarop moslims in Westerse landen hun islamitische leefregels proberen vorm te geven en aanpassen aan Westerse context, en anderzijds de reacties van de Westerse samenlevingen hierop. Deze interactie is complex. Het is namelijk niet alleen een juridisch vraagstuk, maar gaat ook over identiteitsvorming, theologie, politiek, en sociale verhoudingen.
Toekomstperspectief
Wat hij ziet en hoort stemt Maurits Berger bezorgd over de toekomst. ‘Ik merk dat moslims van de tweede of derde generatie het gevoel hebben dat de Nederlandse rechtsstaat er niet voor hen is. Dat er met twee maten wordt gemeten. Dominees en priesters mogen opruiend preken, maar islamitische geestelijken worden al snel geweerd als ‘haatimams’. Antisemitisme ligt heel gevoelig, maar moslims worden voortdurend beledigd. Ze voelen zich tweederangs burgers. Los van de vraag of dat terecht is, vind ik het een gevaarlijke ontwikkeling.’