Strafrecht & Criminologie
De prof. A.E.J. Modderman Stichting
De prof. A.E.J. Modderman Stichting is verbonden aan de Universiteit Leiden en beoogt bevordering van het onderzoek op het gebied van de strafrechtswetenschappen.
De stichting kent eens in de twee jaar een prijs toe aan iemand die in de twee voorafgaande kalenderjaren aan een Nederlandse universiteit een proefschrift heeft verdedigd. Dat proefschrift moet betrekking hebben op het strafrecht of aanverwante wetenschappen voor zover die van belang zijn voor een goed inzicht in het strafrecht en moet getuigen van een bijzondere wetenschappelijke kwaliteit. En daarnaast stelt de stichting elke vijf jaar een leerstoel in.
De Modderman prijs
De Modderman prijs wordt door de Modderman Stichting tweejaarlijks toegekend aan degene die in de twee voorafgaande kalenderjaren een proefschrift heeft verdedigd aan een Nederlandse universiteit dat betrekking heeft op het strafrecht en (aanverwante) wetenschappen voor zover die van belang zijn voor een goed inzicht in het strafrecht en dat getuigt van een bijzondere wetenschappelijke kwaliteit.
De prijs bestaat uit een door de beeldhouwer Frank Letterie ontworpen bronzen penning. Op de penning staat op de voorzijde een afbeelding van het hoofd van prof. A.E.J. Modderman (1838-1885), hoogleraar strafrecht te Leiden van 1871-1879 en daarna minister van Justitie. Aan de achterzijde van de penning staat het motto van de universiteit Leiden en een kunstzinnige afbeelding.
Zie het nieuwsbericht over de uitreiking van de Moddermanprijs 2024.
De leerstoel
In de afgelopen decennia zijn door de stichting ook bijzondere leerstoelen ingesteld. Prof.mr. P.P.J. van der Meij is per 1 januari 2024 de hoogleraar die de Moddermanleerstoel bekleedt, met de leeropdracht Strafrechtpraktijk.
A.E.J. Modderman
A.E.J. Modderman was Minister van Justitie in de jaren 1879-1883, daarna Minister van Staat en Raadsheer in de Hoge Raad der Nederlanden. Hij promoveerde in 1863 op de hervorming van de strafwetgeving Leiden en werd al op zeer jonge leeftijd hoogleraar in Amsterdam. Na zes jaar werd hij benoemd in Leiden. Zijn voornaamste prestatie was echter de vaststelling van een nieuw Wetboek van Strafrecht.