Molecular Science and Technology (BSc)
Over de opleiding
Bij MST worden chemie en technologie gecombineerd. De opleiding biedt je de gelegenheid om kennis te maken met de diverse richtingen in de chemie en de (chemische) procestechnologie.
Opbouw van de bacheloropleiding
Het studieprogramma bestaat uit:
- Een basisdeel in jaar 1 en 2
- Een keuzerichting in jaar 2 en 3
- Een minor naar keuze (een thematisch vakkenpakket van een half jaar, in binnen- of buitenland)
- Een afstudeerproject ter afsluiting van je studie
Moleculen vind je in veel andere vakgebieden. Tijdens de studie maak je daarom ook kennis met deze andere vakgebieden. Je leert veel over:
- Chemie en biochemische processen
- Industriële chemie en wiskunde/wiskundige modellen
- Natuurkunde en fysische verschijnselen in de chemie en technologie
- Analyse van resultaten en de presentatie ervan aan grote groepen van mensen.
In het eerste jaar, de propedeuse, werk je aan een stevige basis in de chemie.
De moleculaire vakken gaan in op hoe moleculen met elkaar reageren en hoe je dit modelleert. Ook bestudeer je de werking van allerlei biomoleculen, zoals aminozuren, peptiden, eiwitten, enzymen en lipiden. Zo werk je aan een stevig fundament in de chemie. Daarnaast volg je exacte vakken die een meer natuurkundig en wiskundig karakter hebben. Zo leer je over energiebalansen en hoe je chemische processen kunt vertalen naar wiskundige modellen. Je ontwikkelt ook inzicht in zaken die belangrijk zijn om labresultaten te kunnen vertalen naar een grote schaal. Het eerste jaar sluit je af met een onderzoeksproject.
In het tweede jaar kies je voor een specialisatie in jouw favoriete richting: materialen, synthese of technologie. Je combineert je kernprogramma met de vakken van je specialisatie en je doet praktisch werk in onderzoeksgroepen.
Het derde jaar bevat een vervolg van het kernprogramma en de specialisatie. Ook volg je een minor. Je sluit de opleiding af met een onderzoeksproject van twee maanden. Heb je alles succesvol afgerond, dan ben je Bachelor of Science.
Daphne
Wat vindt Daphne leuke vakken?
'Ik vind het leuk dat er bij deze opleiding zoveel overlap is met andere bètavakken. Je hebt eigenlijk alles nodig – ook wiskunde en natuurkunde – om de stof goed te kunnen begrijpen.'
'Het eerste jaar is breed. Je krijgt informatie vanuit de Leidse richting, maar ook vanuit de Delftse kant. In Leiden gaat het bijvoorbeeld over synthese, het tekenen van structuren en reactiemechanisme. In Delft meer over de toepassing en het doen van berekeningen.'
Irene
Waar houdt Irene zich in haar onderzoek mee bezig?
'We zijn met name geïnteresseerd in het maken van duurzame energie: bijvoorbeeld hoe we zwavelvervuiling uit olie kunnen halen met behulp van katalysatoren.'
'Voor mij heeft dit onderzoek veel impact: aan de ene kant het idee dat we de wereld een klein beetje beter kunnen maken als we minder vervuilende energie gebruiken - dat maakt het maatschappelijk heel relevant -, anderzijds werken we met heel bijzondere apparaten die we zelf maken. Daar zijn ook vaak studenten bij betrokken.'
Mariangela
Wat vindt Mariangela van de vakken?
'Mijn verwachting was dat ik de fundamentele scheikunde leuker zou vinden, maar uiteindelijk kwam ik erachter dat ik de scheikundetechnologie veel interessanter vond. De wiskundige toepassing op scheikunde vind ik heel leuk. Ik heb steeds het idee alsof ik een puzzel aan het oplossen ben.'
Onderwijsvormen
Het studiejaar bestaat uit vier perioden van tien weken. Gedurende de eerste negen weken worden drie vakken parallel gegeven. Meestal zijn dit twee vakken van zes studiepunten en een vak van drie studiepunten. De tijd die je per week aan je studie moet besteden is gemiddeld 40 uur (32 contacturen bestaande uit college + practica en 8 uur zelfstudie).
Gedreven docenten presenteren de leerstof aan een grote groep studenten en verbinden die met de actualiteit en eigen onderzoek. Van jou wordt verwacht dat je deze colleges voorbereidt door de opgegeven literatuur te bestuderen.
In het laboratorium voer je practica uit voor verschillende vakken en ontdek je de basistechnieken van het onderzoek.
In kleine groepen ga je actief aan de slag met de theorie, waar nodig met hulp van de docent en assistenten.
Je bestudeert zelfstandig de stof en maakt opdrachten.
De colleges worden in het Nederlands gegeven. Vaak zijn de PowerPoint presentatie slides wel in het Engels. Vanaf het tweede jaar kan het voorkomen dat er regelmatig een Engelssprekende docent is. Assistenten bij practica spreken soms alleen Engels. Studiemateriaal is Engelstalig.
Studiebegeleiding
Om je te helpen je studie succesvol en vlot te doorlopen bieden de Universiteit Leiden en de Technische Universiteit Delft begeleiding en advies aan. Zowel op inhoudelijk gebied als op het gebied van bijvoorbeeld persoonlijke ontwikkeling zijn er verschillende mensen en afdelingen bij de Universiteit Leiden en de Technische Universiteit Delft die je daarbij kunnen helpen. De studieadviseur is de deskundige op het gebied van je studie en eventuele problemen, zoals studievertraging, planning, examenregelingen, etc. In het eerste jaar word je gekoppeld aan een mentor, dit is een ouderejaarsstudent, die je helpt bij het studeren. Een afspraak maken bij de studieadviseur kan hier.