Verrassing! Informatie waarover we ons verbazen onthouden we beter (maar niet altijd)
Geheugen
Verrassende informatie onthouden we vaak beter. Uit recent onderzoek van Amy de Bruïne blijkt dat dit vooral geldt voor informatie die ook geloofwaardig is. Ze legt uit wat dit inzicht kan betekenen voor het onderwijs.
Waarom wilden jullie het effect van verrassende informatie op ons geheugen onderzoeken?
'We weten al dat de verrassende informatie vaak beter onthouden, maar we wilden weten of de geloofwaardigheid van informatie uitmaakt. En zo ja: hoe dan? Verder kijken de meeste onderzoeken naar het directe effect op je geheugen (de recall) door middel van een directe 'overhoring'. Wij waren ook benieuwd wat mensen nog zouden weten na enkele dagen. Bovendien vroegen we ze dan om hun eigen antwoord, waardoor we inzicht krijgen in hoeverre de informatie is opgenomen in hun kennisnetwerk.’
Hoe hebben jullie dit onderzocht?
‘We hebben de invloed van verrassing en geloofwaardigheid op geheugen en kennisupdating onderzocht door deelnemers verschillende numerieke feiten voor te leggen (bijvoorbeeld: X van de 10 buschauffeurs zijn vrouw). De feiten variëren in hoe verrassend of onwaarschijnlijk ze zijn. De deelnemers beoordeelden hoe verrast ze waren door de informatie en gaven aan wanneer ze een feitje ongeloofwaardig vonden. We evalueerden zowel hun onmiddellijke herinnering van de feiten als hoe vaak ze diezelfde feiten op een later moment correct rapporteerden. Dit gaf ons inzicht in hoe goed de informatie werd geïntegreerd in hun kennisrepresentaties. Dankzij de numerieke aard van de feiten konden we ook berekenen hoeveel ze van het correcte antwoord af zaten, of hoeveel ze in de juiste richting zijn opgeschoven.’
'Verrassende, geloofwaarige informatie werd beter opgenomen in het kennisbestand dan informatie die minder waarschijnlijk was'
Kun je kort de resultaten uit je onderzoek benoemen?
‘We vonden een U-vormige relatie tussen verrassing en geheugen: zowel niet-verrassende als zeer verrassende items werden beter onthouden dan matig verrassende items. De relatie tussen verrassing en geheugen werd beïnvloed door de geloofwaardigheid van de informatie. Verrassende informatie werd beter onthouden als deze als geloofwaardig werd gevonden, maar niet als de informatie als ongeloofwaardig werd gezien. Verrassende, plausibele informatie werd beter geïntegreerd in het kennisbestand van de deelnemers dan verrassende, onwaarschijnlijke informatie. Dit suggereert dat verrassing helpt bij het herinneren, maar niet noodzakelijk bij het actualiseren van kennis, vooral als de informatie onwaarschijnlijk is.’
'Deze resultaten kunnen helpen om leerlingen in het onderwijs complexe concepten beter te leren onthouden'
Wat kunnen die resultaten betekenen voor de praktijk?
‘De resultaten van dit onderzoek geven inzicht in hoe verrassende, maar geloofwaardige informatie ons geheugen beïnvloedt. Dit heeft implicaties voor bijvoorbeeld het onderwijs, maar ook de bestrijding van misinformatie.
In het onderwijs kan verrassende, plausibele informatie helpen om leerlingen meer aandacht te laten geven aan nieuwe kennis en complexe concepten beter te onthouden. Wel is het belangrijk om verrassing te combineren met de juiste context, zodat leerlingen niet in verwarring raken. Voor misinformatie toont het onderzoek aan dat zelfs als we informatie als onwaarschijnlijk beschouwen, verrassende feiten ons geheugen kunnen beïnvloeden. Dit kan verklaren waarom mensen soms fake news of misconcepties opnemen in hun overtuigingen. Het is belangrijk te onderwijzen over kritisch denken en geloofwaardigheid, zodat mensen beter in staat zijn om misleidende informatie te herkennen.’
Meer weten?
Het paper The interactive effects of surprise and plausibility on memory verscheen recent in Journal of Experimental Psychology: Learning, Memory, and Cognition.