Universiteit Leiden

nl en

Waarom je brein het nodig heeft om eropuit te gaan

We zitten allemaal thuis in onze bekende omgeving. Dat is niet alleen saai, het kan ook nog eens een negatieve invloed hebben op je leervermogen, legt cognitief neuropsycholoog Judith Schomaker uit. ‘Het ontdekken van nieuwe omgevingen zet ons brein aan tot leren en onthouden. Die stimulans missen we nu.’

U doet onderzoek naar de invloed van nieuwe omgevingen op het leervermogen. Wat is die invloed dan?

‘Uit onderzoeken met dieren weten we dat een nieuwe omgeving de drempelwaarde voor leren verlaagt. Een nieuwe omgeving ontdekken zorgt ervoor dat dieren beter dingen kunnen leren en onthouden. Dit is een generaliseerbaar effect: het gaat niet om het leren over de nieuwe omgeving, maar het leervermogen in het algemeen verbetert. En het werkt omgekeerd ook. Dingen die dieren hebben geleerd vlak voor ze een nieuwe omgeving gaat ontdekken, onthouden ze beter. Het is evolutionair gezien natuurlijk ook handig, dat als je in een nieuwe omgeving komt, je brein extra wordt aangezet om te leren en te onthouden.’

‘Ik ben dit als eerste bij mensen gaan onderzoeken, door hen met VR-brillen een virtuele wereld te laten ontdekken. Daarna moesten de proefpersonen woordjes onthouden, en weer een virtuele wereld in. Degenen die de tweede keer een volledig nieuwe wereld ontdekten, hadden meer woorden onthouden dan degenen die op bekend – virtueel – terrein waren geweest. Ook bij mensen heeft een nieuwe omgeving dus een positief effect op leren. Belangrijk is ook dat het echt gaat om die driedimensionale omgeving: bij afbeeldingen van nieuwe omgevingen of nieuwe voorwerpen, zien we dit effect niet.’

Een virtuele omgeving die Judith Schomaker haar proefpersonen laat ontdekken. Een nieuwe omgeving ontdekken zorgt dat je beter kunt leren en onthouden.
Een virtuele omgeving die Judith Schomaker haar proefpersonen laat ontdekken. Een nieuwe omgeving ontdekken zorgt dat je beter kunt leren en onthouden.

Waarom is dat juist nu relevant?

‘We zitten nu allemaal thuis, in een omgeving die we door en door kennen. We gaan alleen voor noodzakelijke dingen naar buiten en beperken sociale contacten. Dus we komen niet meer in een voor ons nieuwe omgeving – en missen dus die stimulans voor ons leervermogen. Bij dieren hebben we het vaak over ‘verrijking’ van hun leefomgeving, denk aan de inrichting in dierentuinen bijvoorbeeld. Die verrijking krijgen wij mensen normaal door erop uit te gaan. En gedurende de lockdown kunnen we dat niet.’

Kinderen krijgen nu allemaal thuis onderwijs – en komen dus ook niet in nieuwe omgevingen. Zorgt de lockdown ervoor dat kinderen nu slechter kunnen leren?

‘We weten dat als je jonge dieren veel aan nieuwe omgevingen blootstelt, zij de rest van hun leven beter kunnen leren dan soortgenoten die in dezelfde omgeving zijn gebleven. Als ik nu kijk naar mijn zoontje van tien maanden, die ziet praktisch alleen de binnenkant van ons huis. Dat vind ik natuurlijk erg jammer. Een nieuwe omgeving geeft kinderen natuurlijk per definitie de kans om nieuwe dingen te leren, dat is in de huidige situatie natuurlijk al minder. En ze missen dus ook de positieve effecten van een nieuwe omgeving op hun geheugen.’

Je kunt beter gamen dan Netflixen: een gamewereld doorkruisen activeert de hersendelen waar je leervermogen zit.
Je kunt beter gamen dan Netflixen: een gamewereld doorkruisen activeert de hersendelen waar je leervermogen zit.

Wat zouden ouders kunnen doen om het effect te verminderen?

‘Ik stel mezelf die vraag natuurlijk ook. In het lab bootsen wij een nieuwe omgeving na door mensen een virtuele wereld te laten ontdekken, dat is een soort fantasy eiland. Als ik dan nadenk hoe je dat thuis zou kunnen doen, kom ik op videogames uit. En dan niet een simpel potje Candy Crush, maar de complexere spellen waar je als personage een 3D-wereld moet doorkruisen en opdrachten moet vervullen. Het in kaart brengen van die gamewereld is een taak waarbij je de hippocampus activeert: het hersengebied waar je leervermogen in zit, en wat je dus ook in een ‘echte’ nieuwe omgeving gebruikt. En ik realiseer me dat ik me hiermee vast niet geliefd maak bij sommige mensen (lacht), maar als je aan huis gebonden bent, laat dan liever je kind gamen dan Netflixen.’

Eigenlijk is deze periode voor jou als wetenschapper dus razend interessant.

‘Zeker, ik krijg een prachtige onderzoekssituatie in mijn schoot geworpen. Normaal zou je nooit kunnen zeggen tegen je proefpersonen: jij moet een maand lang binnen blijven, en dan gaan we kijken of je minder goed kunt leren dan iemand die wel naar buiten mocht. Dat is ethisch onverantwoord. Maar nu is het ons dagelijks leven geworden! Dus ik heb inmiddels een opzet voor een online onderzoek gemaakt waarbij ik dit nu bij mensen kan gaan testen, en dan over een jaar of anderhalf jaar weer. Hopelijk geeft de ethische commissie snel toestemming – dan levert deze situatie tenminste ook nog eens iets goeds op!’

Tekst: Marieke Epping
Beeld: Judith Schomaker
 

Opnieuw relevant: promovendus stuurt patiënt het bos in met virtual reality

Mensen met etalagebenen hebben vaak ontzettend veel pijn tijdens het wandelen. Psycholoog Anne Cuperus hield twintig patiënten voor de gek met virtual reality, en wat bleek: ze liepen ineens een stuk verder.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.