Nóg twee alumni die gaan voor het Europees Parlement
Kan niet missen natuurlijk: van de kandidaten op wie je 23 mei kunt stemmen, hebben er veertien aan de Universiteit leiden gestudeerd. Wij vroegen er vier naar hun drijfveren en ambities. In dit artikel: Samira Rafaela – alumna Bestuurskunde – en Caspar Rutten, die Rechten studeerde.
‘Ik houd het niet bij flyeren op straat’
Samira Rafaela (1989), nummer 3 op de lijst van D66. Afgestudeerd bij Bestuurskunde in 2011. Werkt bij de politie als landelijk projectleider inclusie en woont in Uitgeest.
Je bent afgestudeerd op radicalisering en terrorisme, zijn dat nog steeds hoofdthema’s voor je? ‘Zeker. Ik heb gemerkt, ook in mijn werk bij de politie, dat uitsluiting van groepen gevolgen kan hebben voor de veiligheid. Bijvoorbeeld doordat een individu vatbaar kan worden voor radicalisering. Inclusie is dus heel belangrijk voor een sterk, sociaal en veilig Europa.’
Hoe ziet jouw campagne eruit? ‘Ik ben net terug van Aruba, Curaçao en Bonaire om daar de bewustwording rond de verkiezingen te stimuleren. Vanuit mijn eigen netwerken weet ik dat velen zijn afgehaakt van de politiek, omdat politici hun onderwerpen niet agenderen of doordat groepen zich niet herkennen in de politiek. Daarom ga ik tijdens mijn campagne bijvoorbeeld in gesprek met de Caribische gemeenschap in Den Haag, bezoek ik buurthuizen en ben langs geweest bij een veehouderij waar dierenwelzijn voorop staat. Kortom, ik houd het niet bij flyeren op straat!’
Je bent voor D66 ‘diversiteitsambassadeur’, wat houdt dat in? ‘D66 heeft een diversiteitsnetwerk dat de partij adviseert en inspireert op het gebied van diversiteit en inclusie. De leden van dat netwerk geven trainingen en presentaties aan afdelingen of commissies. Ook scouten we talent van buiten de partij met verschillende achtergronden.’
Je hebt diverse adviesfuncties gehad, nu bij de politie. Welke mogelijkheden zie jij daar bijvoorbeeld voor verbetering? ‘Waar ik bij de politie aan werk, is voor een groot deel bewustwording van gedrag. Hier zijn we al behoorlijk lang en intensief mee bezig. Kritisch blijven op onszelf is nodig.’
Je hebt een joods-islamitische Antiliaanse-Nigeriaanse-Ghanese achtergrond. Hoe verrijkt dat jou? ‘Het heeft altijd gevoeld alsof ik een ‘Wereldunie’ thuis had. Het geeft mij unieke perspectieven en zoals mijn moeder me altijd vertelt, haal ik het mooiste uit de verschillende culturen en geloven.’
‘Ik genoot van studeren in Exeter. De EU moet uitwisseling stimuleren’
Caspar Rutten (1966), 12 op de CDA-lijst. Afgestudeerd aan de Rechtenfaculteit in 1990. Heeft een eigen advocatenkantoor en woont in Breda.
Je bent gemeenteraadslid in Breda, dat is wel heel iets anders dan het Europees Parlement… ‘Ik vind persoonlijk contact met inwoners en ondernemingen heel belangrijk. Dat is belangrijk voor de vervulling van je rol als volksvertegenwoordiger. Het maakt daarvoor niet uit of je in de gemeenteraad zit of in de Tweede Kamer of het Europees Parlement.
‘De EU is ongelooflijk belangrijk voor Europa en voor Nederland. Wel is het belangrijk dat bevoegdheden en taken bij de juiste overheidslaag liggen: gemeentelijk, nationaal of Europees. In mijn werk ervaar ik dat Europese regelgeving soms nodig of beter is, maar lang niet altijd. De EU moet meer aan steden en regio’s over laten. Ik ben lid van het bestuur van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Samenwerking tussen gemeenten kan een manier zijn om zaken die gemeenten niet alleen kunnen regelen, toch zo dicht mogelijk bij de inwoners te laten.’
Je studeerde rechten en bent nu als advocaat gespecialiseerd in onder meer Europees mededingingsrecht en privacy. Zijn dat ook de hoofdthema’s voor jou als je lid zou worden van het Europees Parlement? ‘Zeker, en er zijn al belangrijke stappen gezet. In het verlengde daarvan speelt ook de beschikbaarheid van data. Bijvoorbeeld data die moderne connected cars genereren (auto’s die verbonden zijn met internet en data kunnen delen over locatie, rijgedrag en de staat van de auto, red.). Het is belangrijk dat automobilisten vrijelijk over die data kunnen beschikken en dat ze niet gemonopoliseerd kunnen worden. Dat zou de concurrentie en belangrijke innovaties belemmeren. Innovatie is ook een speerpunt voor mij: de EU is belangrijk om Europa wereldleider te kunnen maken.
‘Ook voor goed onderwijs zie ik een rol voor de EU. De EU moet de uitwisseling van kennis en studenten stimuleren. Ik ben voor het faciliteren van life-long learning en uitbreiding van het Erasmus-programma. Toen ik in Leiden studeerde heb ik drie maanden in Exeter in Engeland gestudeerd. Ik vond dat heel leuk en leerzaam.’
Tekst: Rianne Lindhout
Mail de redactie