Universiteit Leiden

nl en

Onderzoeksproject

Politiestudies

In het kader van een samenwerkingsovereenkomst met de Nationale Politie werd aan de onderzoeksgroep Intelligence and Security een team Politiestudies toegevoegd. Dit team heeft tot doel om de huidige kennis rond politiestudies in Nederland te verwetenschappelijken, te verbreden en te verdiepen. Wetenschappelijke kennis moet vergaard worden en dan gedeeld met het academische en praktische veld. Daardoor is er nood aan een onderzoeksprogrammering, een onderwijsprogrammering, en outreach-activiteiten.

Contact
Joery Matthys

Aanleiding voor het creëren van een team Politiestudies

De politie grijpt in als omstandigheden, burgers of autoriteiten daar om vragen. Ze is elk uur van de dag en elke dag van de week bereikbaar en beschikbaar om op te treden ter bekrachtiging van de wet. Dat doet de politie in een in toenemende mate complexe samenleving. Dit leidt er toe dat er binnen de politie een sterke drang is tot verwetenschappelijking van het politiewerk rond een aantal fundamentele onderwerpen. Dat vraagt om politiestudies: gedegen theoretische kennis en academisch onderzoek dat de inrichting en het functioneren (met andere woorden de governance) van de politie analyseert in hun brede maatschappelijke staatkundige context, alsook de besluitvorming van de individuele politieambtenaar binnen de context van deze bredere governance en de effecten die het handelen door de politie heeft. Dit academisch onderzoek moet echter tevens een praktische relevantie hebben. Politiestudies is dus nauw verwant met politiekunde, een focus van de Politieacademie . Tegelijkertijd heeft het een eigen conceptuele lens, die zowel academische als praktische bijdragen levert.

Het vakgebied politiestudies is in Nederland op dit moment zeer begrensd in capaciteit: er is slechts een beperkt aantal leerstoelen en de bekendste hoogleraren zijn met emeritaat. Naast deze beperkte leerstoelen is het vakgebied versnipperd: er is aandacht voor de politie vanuit criminologisch standpunt, vanuit bestuurskunde, vanuit veiligheidsstudies, … zonder dat er een integratie van deze kennis is. Dit terwijl niet alleen vanuit de politie, maar ook vanuit de maatschappij, in de kringen van beleidsmakers en vanuit de politiek de roep klinkt naar meer onderzoek en meer experts die antwoorden kunnen formuleren op prangende beleidsvragen of vragen uit de praktijk. En daarenboven is er behoefte aan academici die zich op basis van wetenschappelijk onderzoek mengen in het maatschappelijke debat over voor de politie relevante zaken.

Dit vormde aanleiding tot diverse oproepen uit het veld (academici, politie-experts, Nationale Politie, Politieacademie) en het ministerie van Justitie en Veiligheid (DG Politie en Veiligheidsregio’s) om in politiestudies te investeren. De meest spraakmakende oproep kwam van de adviseur van het college van procureurs generaal en voormalig lector van de Politieacademie, Peter Klerks. In een column met de titel ‘het gedroomde instituut’ in het Tijdschrift voor de Politie vroeg hij zich af waar de gezaghebbende en breed georiënteerde hoogleraren politiestudies zijn gebleven. “Wordt het niet tijd voor een wetenschappelijk, multidisciplinair en onafhankelijk politie-instituut, waar deskundigen kunnen zorgen voor goede verbinding tussen praktijk, beleid en de onderzoekswereld?”  Hij gaf aan dat de Campus Den Haag van de Universiteit Leiden hiervoor mogelijk de beste papieren heeft.

Deze behoefte resulteerde in een samenwerkingsovereenkomst tussen de Nationale Politie en de Universiteit Leiden. De locatie Den Haag is voor de faculteit een belangrijke troef. De nabijheid van de belangrijkste stakeholders maakt het mogelijk intensief met deze partijen samen te werken, niet alleen op onderzoeksgebied, maar ook op het terrein van onderwijs en training.

1. Governance van de politie / law enforcement

Het fundament van de politie in Nederland is de gebiedsgebonden politie. Het houdt in dat het politiewerk in een gebied van beperkte geografische omvang wordt uitgevoerd door een vaste groep politiefunctionarissen. Dit zijn de basisteams waarin de wijkagent een sleutelfunctie vervult en die voor veel burgers het gezicht van de politie vormen. Naast maar ook in combinatie met gebiedsgebonden politie bestaan ook andere wetenschappelijke politiemodellen en werkwijzen en dat vormt de focus van het eerste themagebied. Vanuit een governance perspectief, pluraliseert de politiefunctie zich ook en dit leidt tot een veelheid van veiligheidsactoren (cfr. De complexiteit van het werkveld), waarbinnen de politie wel een belangrijke rol blijft spelen. Dit leidt onder andere ook tot publiek-private samenwerking. Het is op het niveau van de basisteams dat deze trends een belangrijke uitwerking hebben.

2. Internationaal en grensoverschrijdend politiewerk

De evolutie van het governance aspect van de politie binnen Nederland, is tevens bovennationaal zichtbaar: een veelheid van nationale en internationale actoren, zowel publieke als private, spelen zowel samenwerkende als concurrerende rollen, elk vanuit een eigen logica en werkwijze. Alleen al in Den Haag bevinden zich een aantal Europese en internationale veiligheidsactoren die dit aspect belichten.

Gerelateerd hieraan is het grensoverschrijdend politiewerk. Dit slaat zowel op policing in grensgebieden, waar specifieke thema’s spelen, als op grenzeloos policing. Bij dit laatste kan dan gedacht worden aan cybersecurity, en meer specifiek het gevecht tegen cybercriminaliteit.

3. Maatschappelijk relevante veiligheidsthema’s. Eerste thema: ondermijning

Een laatste thema biedt meer keuzevrijheid, omdat afhankelijk van maatschappelijke relevantie verschillende veiligheidsthema’s kunnen opgevolgd worden. Op één maatschappelijk relevant thema is er tussen de Universiteit Leiden en de Politieacademie een leerstoel en een onderzoekslijn ontwikkeld: ondermijning, vandaar dat dit als eerste thema opgevolgd wordt. De problematiek van ‘ondermijning’ heeft de afgelopen jaren in Nederland snel aan belangrijkheid gewonnen en een stevige positie gekregen op de agenda’s van organisaties die zich met misdaadbestrijding bezighouden, zoals de politie en het openbaar ministerie, maar ook op die van het nationale en lokale bestuur. De complexiteit van het fenomeen en de effecten op de samenleving en de overheid vragen om wetenschappelijke verklaringen en op onderzoek gebaseerde input voor een aanpak van ondermijning. De leerstoel beoogt hieraan een bijdrage te leveren, onder meer, door middel van onderzoek en het organiseren van seminars. De bijzonder hoogleraar Ondermijningsstudies maakt deel uit van het team Politiestudies.

4. Diversiteit en inclusie

Diversiteit en inclusie zijn belangrijke thema’s voor de politie.  Politiemensen komen elke dag in contact met de burger, en dit vindt plaats in een morele ruimte: de politie wordt geacht zich rechtvaardig te gedragen en ook in de eigen organisatie rechtvaardigheid uit te dragen (rechtvaardigheids-perspectief). De politie hoort ook het vertrouwen te genieten van de burger, en die burger wil zichzelf dan ook kunnen herkennen in de politie. Dat wordt bewerkstelligd door meer representativiteit van de demografische ontwikkeling van de bevolking in de organisatie. Zowel het politieke als maatschappelijke debat van de afgelopen jaren rondom dit vraagstuk wijzen op de noodzaak van diversiteit en inclusie voor de legitimiteit van de politie (legitimiteitsperspectief). Tenslotte creëert een maatschappij in constante beweging ook een politie die voortdurend lerende moet zijn. Door een groter aantal verschillende perspectieven toe te laten, vergroten diversiteit en inclusie zowel de algemene prestaties als het lerend vermogen van organisaties, zodat de politie in staat blijft om de huidige maatschappelijke uitdagingen aan te gaan (leerperspectief).

Binnen het brede thema van diversiteit en inclusie gaat het team aan de slag met drie sub thema’s: veilige en inclusieve teams (erkenning en waardering van de politie), diverse instroom (human resource management) en kwaliteitsontwikkeling (evaluatie van beleidsinitiatieven)

Transversale thema’s

Doorheen de verschillende themagebieden lopen ook een aantal transversale onderzoekslijnen. Deze worden duidelijk gedurende de verdere ontwikkeling van het team. Zo blijkt de relatie tussen politie en technologie een belangrijk item te zijn die terugkomt bij elk van de vier voorgaande thema’s. Ook het meer algemene vraagstuk wat de toekomst is van de politie, en hoe goed politiewerk er nu en later uit zal zien, raakt aan elk van de aangehaalde pijlers. Hoewel deze thema’s niet expliciet genoemd werden in de samenwerkingsakkoorden met de Nationale Politie, gaat het team Politiestudies ook met deze aan de slag.

Raad van Advies

De Raad van Advies van het team Politiestudies bestaat uit nationale en internationale experten binnen het thema Politiestudies. Er is geen minimaal of maximaal aantal deelnemers, maar het is wel noodzakelijk dat in de Raad van Advies zowel academische experten vertegenwoordigd zijn als professionals uit het veld. Daarbij wordt voor de academische experten zo veel mogelijk buiten het Instituut gekeken waar het team Politiestudies deel van uitmaakt (Institute of Security and Global Affairs).

Lidmaatschap van de Raad van Advies is onbezoldigd. Er is geen maximum periode voor deelname aan de Raad van Advies. Idealiter engageren de leden zich om deel uit te maken gedurende de periode waarin het samenwerkingsakkoord met de Nationale Politie loopt (1 januari 2021 tot 31 december 2025), maar een lid kan steeds beslissen om tijdens deze periode de Raad te verlaten. Gezien het de bedoeling is dat het team Politiestudies na de periode van het samenwerkingsverband zelfstandig de activiteiten voortzet, kunnen leden er voor kiezen om ook na deze periode deel te blijven uitmaken van de Raad. Nieuwe leden kunnen opgenomen worden na consultatie met de huidige leden van de Raad van Advies. De Raad van Advies organiseert de eigen opvolging.

De adviesraad komt twee keer per jaar bij elkaar. De bijeenkomsten volgen de logica van het academisch jaar: eenmaal in het begin (september), en eenmaal op het einde (mei-juni). Daarbuiten kan het bouwteam aan de leden van de Raad van Advies vragen om ad hoc bij elkaar te komen, indien er dringende nood is aan input. De redenen hiervoor moeten echter voldoende zwaarwichtig zijn.

De rol van de Raad van advies is raadgevend en adviserend over de brede inhoudelijke lijnen/richting van het team Politiestudies. De Raad signaleert opportuniteiten binnen het thema Politiestudies, neemt kennis van de ideeën binnen het team zelf, en staat klaar met opbouwende kritiek. Het advies is louter inhoudelijk, het betreft niet een financieel overzichtsmechanisme. De Raad van Advies spitst zich ook niet toe op individuele leden van het team Politiestudies. Daarin onderscheidt het zich van de direct leidinggevenden en van de Raden van Curatoren (tegenover de bijzonder hoogleraren aanwezig in het team). Naast het lidmaatschap van de Raad, engageren de individuele leden van de Raad zich tevens om het eigen netwerk te activeren om activiteiten van het team Politiestudies (zoals conferenties) onder de aandacht te brengen, en om leden van het team Politiestudies in contact te brengen met interessante personen binnen dat eigen netwerk. De leden van de Raad van Advies kunnen wel steeds kiezen om dit niet te doen indien zij dit niet opportuun achten, of wanneer dit zou leiden tot tegengestelde belangen.

De huidige leden van de Raad van Advies zijn, in alfabetische volgorde:

  • Marleen Easton (hoogleraar Governing and Policing Security, Universiteit Gent)
  • Erwin Muller (hoogleraar Veiligheid en Recht, Universiteit Leiden)
  • Martin Sitalsing (Portefeuillehouder Politie voor Iedereen, Nationale Politie)

De secretaris van de Raad van Advies is Joery Matthys (universitair docent, Universiteit Leiden). De secretaris verzorgt het organiseren van de ontmoetingen van de Raad van Advies, het opstellen van de agenda en de notulen, en de terugkoppeling vanuit de Raad van Advies naar het team Politiestudies. De notulen zijn voor intern gebruik.

 

Het team politiestudies heeft ook verbinding gezocht met een aantal professionals in het veld en academische experten, die de komende periode als fellow verbonden zijn. Fellows dragen bij aan de bekendheid van het team door hun netwerk open te stellen, zullen gevraagd worden om ingeschakeld te worden bij onderwijsactiviteiten in de vorm van een gastles, te publiceren met leden van het onderzoeksteam, en te helpen bij de outreach en valorisatie van onderzoek. In ruil worden zij gezien als preferentiële partners binnen onderzoek-calls en hebben zij toegang tot universitaire faciliteiten (gebruik van de bibliotheek, uitnodigingen voor seminars, etc.).

De huidige fellows van het team Politiestudies zijn:

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.