Boek
A History of Dutch Corruption and Public Morality (1648-1940)
A History of Dutch Corruption and Public Morality toont 300 jaar verandering, continuïteit en diversiteit in de geschiedenis van Nederlandse politieke corruptie en publieke moraliteit. Het analyseert een reeks corruptieschandalen en toont hoe de debatten daarover waren verbonden met de grote veranderingen van de tijd: van de Nederlandse Republiek, via de Verlichting en de Bataafse Revolutie tot in de tijd van de moderne parlementaire democratie.
- Auteur
- Toon Kerkhoff, Ronald Kroeze, Pieter Wagenaar & Michel Hoenderboom
- Datum
- 04 augustus 2020
Het boek laat een grote variatie zien in wat als corruptie werd beschouwd: baljuws bij wie men een straf kon afkopen met een persoonlijke betaling; belastinginners die geld voor zichzelf hielden; burgemeesters die de baantjes onderling verdeelden; geld uit de oorlogskas die in private zakken verdween; omkoping van journalisten; het voorkomen van strafrechtelijke vervolging van politieke vrienden. Dergelijke zaken waren geen incidenten en er werden maatregelen tegen genomen van verboden op giften tot wetten tegen ambtelijke omkoping. Zelfs de democratie en moderne bureuacratie als zodanig werden gezien als anticorruptiemaatregelen. Toch werden ook vormen van corruptie getolereerd, vaak vanwege de politiek-bestuurlijke omstandigheden. Dit boek over goed en fout bestuur en corrupte publieke functionarissen geeft inzicht in een fascinerende geschiedenis alsmede de fundamenten waarop het huidig politiek-bestuurlijk stelsel en haar moraliteit is gebaseerd. Zo laat het zien wat de sterke en zwakke punten zijn van de huidige Nederlandse omgang met corruptie zijn. Het boek biedt eveneens een beknopte vergelijking met andere Europese landen.
Bevindingen
- In de tijd van de Nederlandse Republiek (1588-1795) waren er wel degelijk grenzen aan wat bestuurders voor zichzelf mochten houden, anders dan veel populaire beelden over de corrupte regenten van het Ancien Regime;
- Er heeft een verschuiving plaatsgevonden van naast elkaar bestaande waardensystemen in vroegmoderne tijden tot een breder gedeeld enkel waardensysteem in moderne tijden;
- Corruptie en publieke moraal kregen voortdurend betekenis in een complexe context van staatsvorming, democratisering en een alsmaar verschuivende scheidslijn tussen publiek en privaat;
- Anticorruptie is vooral gebaat bij het uiten van populair ongenoegen en protest van diegenen die niet profiteren – vaak in de context van schandaal – tegen particularisme (een kleine elite eigent zichzelf macht en middelen toe) en voor universalisme (naar een overheid gebaseerd op rechtvaardigheid en gelijkheid voor de wet);
- De moderne democratie, zoals die sinds de grondwetswijziging van 1848 vorm heeft gekregen, is niet gevrijwaard van (serieuze) corruptieschandalen;
- Grote namen uit de Nederlandse politieke geschiedenis zijn het onderwerp van corruptiedebatten geweest; van stadhouder Willem V tot minister Van Maanen (de belangrijkste minister van koning Willem I); en van Thorbecke tot Kuyper;
- Wat als corruptie wordt gezien verandert telkens. Anders dan veel bestaande studies en anticorruptie organisaties stellen, die de nadruk leggen op tijdloze en universele definities van corruptie. Deze studie daagt de lezer uit geheel anders naar vastgeroeste aannames te kijken die onterecht vaak stellen dat corruptie in het “noordelijke” Nederland al eeuwen incidenteel is;
- Ook het bestuur van de koloniën en het optreden van het Nederlandse bedrijfsleven leidde regelmatig tot intense corruptiedebatten in de Nederlandse politiek.
Actualiteit
- President Trump die een bondgenoot vanwege politieke redenen uit de gevangenis houdt; de voormalige Nederlandse ambassadeur van Nigeria die moet vertrekken omdat hij in zijn publieke functie gevoelige informatie doorspeelt aan private bedrijven als Shell; douaniers die in de haven van Rotterdam drugs doorlaten in ruil voor geld; belastingprivileges en rulings voor degenen die de juiste contacten hebben en juristen kunnen betalen; politici en ambtenaren die verkeerde keuzes maken; deze studie helpt begrijpen hoe corruptie ook tegenwoordig ontstaat en wat er tegen te doen is;
- De studie laat zien waarom bepaald gedrag tegenwoordig als problematisch wordt ervaren doordat het laat zien hoe denken over goed bestuur in het heden is gebaseerd op publieke waarden en normen met een lange geschiedenis van continuïteit, verandering en diversiteit. De huidige betekenis en waardering van – bijvoorbeeld – representativiteit, neutraliteit of rechtmatigheid is immers niet uit het niets ontstaan;
- De studie is relevant en actueel omdat ze aantoont dat door de eeuwen heen corruptie telkens in nieuwe vormen opduikt, dat corruptiebestrijding dus een blijvende zorg moet zijn en dat politiek en publiek daarom scherp moeten blijven op wat zij als legitiem gebruik van publieke functies en middelen zien. Anticorruptie is nooit “af”, omdat de context van goed en fout gedrag altijd zal veranderen;
- De studie laat zien dat zogenaamde “one-size-fits-all” opvattingen over anticorruptie en integriteit historisch onjuist zijn en tot slecht advies in het heden leiden. Om corruptie te begrijpen moet de specifieke politieke en sociaal-economische context van het moment nauwkeurig worden geanalyseerd. Alleen dan ontstaat ook inzicht in effectieve bestrijdingsmiddelen, ook binnen de Europese of mondiale context. Stereotypen over het integere “Noorden” en corrupte “Zuiden” leiden af van de werkelijke problemen “hier” en “daar”. Wat werkt in het ene land kan in het andere land al snel falen.