Hoe beïnvloeden juridische regels het gedrag van burgers en bedrijven? En hoe verhoudt het vermogensrecht zich tot andere reguleringsvormen, zoals strafrecht en bestuursrecht? In het vak Vermogensrecht en Regulering staan gedrag en regulering centraal. Studenten leren hoe het vermogensrecht interacteert met andere systemen en hoe het wordt ingezet bij maatschappelijke vraagstukken zoals digitalisering en duurzaamheid. Na dit vak hebben studenten diepgaand inzicht in regulering, beleidsopties en juridisch onderzoek.

Hoe worden nationale en internationale financiële transacties juridisch vastgelegd? Welke standaarddocumentatie wordt gebruikt voor kredietverlening, derivaten, en obligaties? In het vak Internationale financiële transacties in de praktijk staan de werking en juridische aspecten van veelvoorkomende transactievormen centraal. Studenten leren de documentatie begrijpen, zoals ISDA-contracten, Loan Market Association-overeenkomsten en repo-documentatie. Na dit vak hebben zij inzicht in de standaardisering van financiële transacties en de bijbehorende juridische structuren.

Hoe beïnvloedt financieel recht banken, beleggers en bedrijven die financiële transacties uitvoeren? Wat is de rol van toezicht, zorgplichten en transparantieregels? In het vak Nederlands en Europees Financieel Recht staan de werking van financiële markten en de Wet op het financieel toezicht centraal. Studenten leren over effectenhandel, marktmisbruik en kapitaalmarkttransacties. Het vak combineert bestuursrecht, Europees recht en civiel recht, met aandacht voor actuele ontwikkelingen. Na afronding hebben studenten een breed inzicht in het financieel recht en zijn toepassingen.

Waarom is Anglo-Amerikaans financieel recht onmisbaar in de internationale financiële sector? Hoe beïnvloeden Engelse en Amerikaanse juridische principes mondiale financiële transacties? In het vak Anglo-American Financial Law verdiepen studenten zich in kernbegrippen zoals eigendomsrecht, contractenrecht, regelgevende kaders en geschillen over effecten in het VK en de VS. Met colleges van professionals uit Nederland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk biedt het vak studenten een essentiële basis in Anglo-Amerikaans recht, cruciaal voor het navigeren in de internationale financiële praktijk.

Hoe werkt financieel recht in de praktijk? Welke vaardigheden heeft een jurist nodig binnen dit rechtsgebied? In het vak Practicum Financieel Recht maken studenten kennis met de praktische toepassing van financieel recht. Via praktijkgerichte colleges en opdrachten leren zij juridische stukken opstellen, contracten beoordelen en complexe vraagstukken vanuit meerdere rechtsgebieden, zoals bestuursrecht, civiel recht en Europees recht, benaderen. Duurzaamheid speelt een belangrijke rol, met speciale aandacht voor sustainable finance in zowel colleges als opdrachten. Dit vak biedt een unieke voorbereiding op de praktijk van financieel recht.

Het vak Privatissimum Financieel Recht richt zich op het ontwikkelen van onderzoeks- en schrijfvaardigheden die nodig zijn voor rechtswetenschappelijk onderzoek. Studenten maken schriftelijke opdrachten, zoals het schrijven van een advies aan de wetgever, het annoteren van een arrest of het schrijven van een artikel voor een juridisch tijdschrift. Daarnaast geven ze een mondelinge presentatie. Deze opdrachten dragen bij aan een dieper inzicht in de structuur en samenhang van het financieel recht, waarbij diverse rechtsgebieden, zoals bestuursrecht, Europees recht en civiel recht, aan bod komen. Het vak is nauw verbonden met het onderzoeksprogramma van het Hazelhoff Centre for Financial Law en heeft een meer wetenschappelijke benadering dan het Practicum Financieel Recht, dat gericht is op praktische vaardigheden.

De masterscriptie is het sluitstuk van de opleiding. Je doet in hoge mate individueel, zelfstandig, wetenschappelijk onderzoek naar een juridisch onderwerp vanuit een (rechts)filosofische invalshoek. Je dient te laten zien dat je – onder begeleiding – in staat bent een juridisch vraagstuk of probleem te herkennen, hierover een vraag- of probleemstelling te formuleren en beargumenteerd tot een beantwoording en/of oplossing te komen met behulp van zelf gevonden regelgeving, jurisprudentie en wetenschappelijke literatuur. Kennis, theorie, inzicht en vaardigheden moeten methodologisch worden toegepast en mede via een kritische oordeelsvorming beargumenteerd tot uitdrukking worden gebracht in een helder wetenschappelijk betoog van 10.000 à 15.000 woorden (inclusief noten en exclusief literatuurlijst).