Fiscaal Recht (LL.B.)
Over de opleiding
Fiscaal recht is een vakgebied dat midden in de maatschappij staat, continu in beweging is en vaak Europese of nog wijdere internationale dimensies heeft.
In de bacheloropleiding heb je vanaf het eerste jaar te maken met verschillende onderwijsvormen:
- Hoorcolleges, waarin gedreven docenten de leerstof presenteren en die verbinden met de actualiteit en hun eigen onderzoek. Van jou wordt verwacht dat je deze colleges voorbereidt door de opgegeven literatuur te bestuderen.
- Werkgroepen, waarin kleine groepen – ongeveer vijfentwintig studenten – onder leiding van een docent dieper ingaan op de stof van het hoorcollege. In de werkgroepen lever je een actieve bijdrage door vragen te stellen, te discussiëren, en een presentatie te geven.
- Vaardigheidstrainingen bij Moot Court. Je verdiept je in een complex juridisch probleem en je brengt zowel mondeling als schriftelijk je partijstandpunt voor het voetlicht.
- Scriptie. Voor je scriptie voer je zelfstandig een onderzoek uit en verwoord dit in een wetenschappelijk betoog.
In het eerste jaar krijg je intensieve begeleiding om je te helpen je plek te vinden op de faculteit en bij de opleiding. Bij de start van het eerste jaar word je (als voltijd-student) ingedeeld in een werkgroep met een docent- en een studenttutor bij het vak, Leiden Law Practices. In deze tutorgroep volg je het hele eerste jaar werkgroepen en het legt de basis voor je studie aan de rechtenfaculteit.
De studieadviseur van jouw opleiding is de deskundige op het gebied van je studie en eventuele problemen, zoals studievertraging, planning, examenregelingen, etc.
Een jaar telt 60 studiepunten, de hele bacheloropleiding dus 180 punten. Aan het eind van het eerste studiejaar moet je ten minste 45 van het eerste studiejaar hebben gehaald en aan de aanvullende eis hebben voldaan indien je opleiding die heeft vastgelegd in de Onderwijs- en Examenregeling. Voldoe je hier niet aan, dan mag je deze studie aan de Universiteit Leiden niet voortzetten. Voor deeltijdstudenten geldt een norm van tenminste 30 studiepunten in het eerste jaar. Mocht je niet aan het bindend studieadvies (BSA) kunnen voldoen, dan ga je samen met je studieadviseur zoeken naar een geschikt alternatief. Natuurlijk houden we rekening met bijzondere omstandigheden zoals ziekte en andere persoonlijke factoren. Door deze goede begeleiding komt een negatief studieadvies trouwens vrijwel nooit als een verrassing.
Elk vak wordt met één of meerdere toetsingsmomenten afgesloten. In het eerste helft van het eerste jaar zijn dat voornamelijk tentamens die deels uit meerkeuze- en deels uit open vragen bestaan. Des te verder je in je studie komt, des te belangrijker wordt het beredeneren en het toepassen van de lesmaterialen. Voor sommige vakken word je daarom beoordeeld op basis van schrijfopdrachten en presentaties.
Michiel van der Velde
Waarom vindt Michiel de studie Fiscaal Recht interessant?
"De fiscaliteit biedt voor mij de perfecte combinatie van denken als een jurist en een econoom. Het belastingrecht treft iedereen in zijn of haar portemonnee, waardoor het een populair en omstreden onderwerp in het publieke debat vormt. Als student draag ik graag mijn steentje bij aan een goede onderbouwing van die discussie. De Universiteit Leiden biedt de perfecte opleiding om zowel de belastingadviespraktijk in te kunnen gaan als te kunnen deelnemen aan die discussie."
Sylvie-Anne Veelenturf
Wat vindt Sylvie-Anne fijn aan Fiscaal Recht studeren in Leiden?
"Als student Fiscaal Recht in Leiden kan ik rekenen op de beste docenten. Uitdagend onderwijs vraagt om beproefde leraren die het belastingrecht met enthousiasme over weten te brengen. In Leiden zijn zij gezeteld. Daarnaast zorgt de kleinschaligheid voor een goede sfeer binnen de opleiding. Zo help je elkaar via het participantensysteem naar een goed resultaat voor het tentamen."
Opbouw van de bacheloropleiding
In het eerste jaar, de propedeuse, heb je ongeveer 12 uren onderwijs per week. Daarnaast moet je veel tijd besteden aan zelfstudie, zodat je wekelijks gemiddeld 40 uur met je studie bezig bent. Het eerste jaar is een algemeen jaar met vakken als Strafrecht, Burgerlijk Recht, Europees Recht en Belastingrecht. Verder train je juridische vaardigheden: argumentatie, het opbouwen van een betoog en tekstanalyse. In het eerste jaar wordt ook een taaltoets onder alle studenten afgenomen. Met deze toets weet je of je het juiste niveau hebt om de studie goed te doorlopen. Je taalvaardigheid is belangrijk voor je latere succes in de rechtenstudie en in een juridische loopbaan. Denk daarbij aan spelling, zinsbouw en algemene woordenschat. Je tutorgroep bestaat wel uit allemaal studenten Fiscaal recht en daarmee ga je na je eerste jaar verder.
Vanaf het tweede jaar ligt het accent op de echte fiscale vakken. De bacheloropleiding Fiscaal recht biedt dan naast algemene vakken enkele fiscaal-juridische onderdelen, zoals de vakken Bedrijfseconomie, Directe belastingen 1 en Rechtseconomie.
In het derde jaar ga je met een specialisatie de diepte in. Een derdejaars student Fiscaal recht krijgt vooral fiscale vakken, zoals Directe belastingen, Fiscaal Bestuursrecht, Openbare financiën, en Internationaal en Europees belastingrecht. Ook volg je het vak Moot Court Fiscaal, waar je leert pleiten. Daarnaast werk je een casus uit waarin je het standpunt van een (fictieve) cliënt verdedigt. Als afsluiting van het vak pleit je voor een ‘rechtbank’ van juristen die in de praktijk werkzaam zijn. Het derde jaar sluit je af met een scriptie. Zo pas je de opgedane kennis meteen toe. Met de bachelorscriptie bewijs je dat je een academicus bent.
Wil je (fiscaal) advocaat, (belasting) rechter, belastinginspecteur of officier van justitie (in fiscale fraudezaken) worden? Dan moet je tijdens je opleiding Fiscaal recht je civiel effect halen.
Met een bachelordiploma van Fiscaal Recht voldoe je niet aan de eisen voor het civiel effect. Civiel effect is nodig om toegang te krijgen tot de zogeheten toga-beroepen (advocatuur, rechterlijke macht, officier van justitie, etc.). Door het behalen van een paar extra bachelorvakken kan je alsnog voldoen aan de vereisten van het civiel effect. In de praktijk blijkt dat bijna alle studenten deze extra vakken in hun tweede of derde jaar volgen en dat dit goed haalbaar is. Je krijgt de vermelding van het civiel effect pas na afronding van de bachelor én de master Fiscaal Recht op je masterdiploma.
Voor de master Fiscaal recht is het een vereiste voor het civiel effect om de volgende vakken te behalen:
- Burgerlijk procesrecht (5 ECT - klassiek)
- Goederenrecht (5 ECT - klassiek)
- Bestuursprocesrecht (5 ECT - klassiek)
- Formeel Strafrecht (5 ECT - vervangt Strafprocesrecht)