Universiteit Leiden

nl en

Duurzame Dinsdag: 4 vragen aan milieuwetenschapper Ranran Wang

Op Duurzame Dinsdag, twee weken voor Prinsjesdag, neemt het kabinet een koffer vol duurzame ideeën en initiatieven in ontvangst. Doel van de initiatiefnemers: de komende troonrede een stukje duurzamer maken. Bij het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden (CML) onderzoekt universitair docent Ranran Wang duurzaamheid vanuit een vernieuwende hoek. We stelden haar vier vragen over haar onderzoek.

Wat heeft je geïnspireerd om te kiezen voor onderzoek naar duurzaamheid?

Al rond mijn achttiende moest ik een richting kiezen en dat werd milieuwetenschappen. Wat mij destijds erg aantrok, is dat het niet zulke ‘droge’ materie is als bij de hardere bètawetenschappen, zoals natuur- of wiskunde. Er zijn allerlei links met sociale wetenschappen, politiek, geschiedenis en noem maar op. Wat is bijvoorbeeld de invloed van cultuur op duurzaamheid? Het is een vakgebied waar allerlei soorten wetenschap elkaar raken, en dat maakt het zo interessant.

Hoe meer ik me in het onderwerp verdiepte, hoe meer ik geïnteresseerd raakte in het grensvlak tussen het milieu en de economie. Nog steeds bepaalt de economie in de meeste landen een groot deel van het beleid. En dat gaat vaak ten koste van het milieu en klimaat. Ik ben benieuwd of dat ook anders kan. Dat motiveert me om de ingewikkelde relatie tussen het milieu en de economie beter uit te pluizen.

In een aankomende paper belicht je de relatie tussen CO2-uitstoot en economische groei. Kun je alvast een tipje van de sluier oplichten?

 

Het beperken van de CO2-uitstoot hoeft niet per se ten koste te gaan van de economie.

We waren benieuwd of economische groei per se gepaard moet gaan met een hogere uitstoot van broeikasgassen. En dat blijkt niet zo te zijn. Met extra maatregelen, zoals duurzame energie en efficiëntere industrie, is het mogelijk om zowel economische groei te hebben als een vermindering van uitstoot. Een paar Europese landen, zoals Zweden, zijn daar al in geslaagd. Dat zijn positieve berichten. Helaas is zelfs wat Zweden doet nog niet genoeg om onze gestelde klimaatdoelen te bereiken. Dan zullen we onze uitstoot dus nóg verder moeten terugdringen.

Welke onderwerpen mogen volgens jou niet ontbreken in het koffertje op Duurzame Dinsdag?

Ranran lacht. ‘Als niet-Nederlander bevind ik me nu natuurlijk op glad ijs. Ik werk voornamelijk met data uit de VS, maar heb ook eens gekeken hoe Nederland scoort op de verschillende Duurzaamheidsdoelen van de VN (zie kader). Nederland doet het op veel punten best goed! Wat mij het meest verbaasde is dat Nederland niet goed scoort op het aandeel duurzame energie in onze totale energieconsumptie. Dat aandeel is maar iets van 7%. Buurland Duitsland doet het al beter, met 14-15%. Wereldwijd ligt het gemiddelde zelfs op een aandeel van 20% - hoewel een groot aandeel in veel ontwikkelingslanden afkomstig is van conventionele bio-energie. De overheid heeft ambitieuze plannen, maar zal meer moeten investeren in duurzame technologieën om deze doelen te behalen.

We moeten iets doen aan de milieuschade die we buiten de landgrenzen veroorzaken.


Nederland scoort ook niet goed op de zogenaamde spill over score. Deze nieuwe indicator berekent onze milieu- en klimaatimpact in andere landen. Door het drijven van handel zijn wij indirect verantwoordelijk voor overzeese CO2-uitstoot van de industrie, water voor het telen van gewassen en broeikasgassen die vrijkomen bij transport. In het eigen territorium doet Nederland het goed, met plaats 11 van 193 landen. Maar óver de grens heeft Nederland een hoge impact, en staat het op een 159ste plaats.

Er bengelen meer westerse landen onderaan. Daar moet iets aan gedaan worden. Bij het CML kijken we bijvoorbeeld naar manieren om milieuschade buiten de landsgrenzen duidelijk te kunnen berekenen, en landen op een eerlijke manier te laten betalen voor de schade of uitstoot die ze elders veroorzaken. Zo geef je een duidelijk prijssignaal af.

En wat doe je zelf om je steentje bij te dragen?

‘Sinds ik in Nederland woon, ben ik overgestapt op 100 procent windenergie. Ik heb nog getwijfeld om zonnepanelen te nemen. Maar,’ grapt Wang, ‘Nederland staat natuurlijk niet bekend om het zonnige weer. Er zijn veel grondstoffen nodig om zonnepanelen te maken. Ik was bang dat de voordelen nog niet afwegen tegen de schade. De productie van windenergie is grootschaliger, en daarom ook een stuk efficiënter. Uiteindelijk ben ik dus niet overgestapt, maar of het de juiste keuze was… Misschien een interessant vraagstuk voor een afstudeerproject.

Ik ben benieuwd naar de rest van de ideeën, en natuurlijk wat de Nederlandse regering daarmee gaat doen. Het CML helpt ze graag!

Industriële ecologie

Wang is Universitair docent bij het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden. Ze maakt onderdeel uit van de groep Industrial Ecology. Deze groept onderzoekt hoe we het gehele systeem van productie en consumptie duurzamer kunnen maken. Wang: ‘Die systeem-benadering is heel belangrijk. We kijken op macro-niveau en nemen ook factoren als economie en sociale zaken mee. Zo zie je het als een oplossing voor het ene probleem slechte gevolgen heeft voor iets anders. Een unieke aanpak die ik nog niet ergens anders heb gezien.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.