‘Op het onderwerp circulaire economie hebben we wereldklasse in huis’
Zuid-Holland heeft een breed scala aan duurzaamheidsvraagstukken als gevolg van urbanisatie, intensieve tuinbouw en industrie. De universiteiten in Leiden, Delft en Rotterdam hebben de juiste expertise in huis om kennisvragen te definiëren, onderzoeksprogramma’s op te zetten en resultaten te testen. Dat zegt Arnold Tukker, wetenschappelijk directeur van het Leiden-Delft-Erasmus Centre for Sustainability. We spraken met hem over de strategie en aanpak van het centre.
De samenwerking Leiden-Delft-Erasmus richt zich op vier maatschappelijke thema’s: Sustainable Society, Digital Society, Healthy Society, Inclusive Society. Hoe past jullie centre in dit verhaal?
Arnold Tukker: ‘Ons centre valt onder het thema Sustainable Society en daarbinnen richten wij ons specifiek op de Circulaire Economie. Leiden-Delft-Erasmus heeft op dat onderwerp wereldklasse in huis: ecologen, juristen, bedrijfseconomen, bouwkundigen, productontwerpers, materiaaldeskundigen, bestuurskundigen. Dankzij dit enorme aanbod van wetenschappelijke disciplines, gebundeld in het Centre for Sustainability, kunnen wij antwoord geven op alle vragen over de circulaire economie.’
De thema’s van Leiden-Delft-Erasmus sluiten aan op maatschappelijke agenda’s en ontwikkelingen. Welke zijn belangrijk voor jullie centre?
Arnold Tukker: ‘De transitie naar een circulaire economie is een van de meest belangrijke beleidsagenda’s van deze tijd. De onderwerpen duurzaamheid en circulaire economie zie je overal terugkomen. Alleen al in de Duurzame Ontwikkelingsagenda van de Verenigde Naties staan doelen zoals aanpak klimaatverandering, duurzame consumptie en productie en toegang tot betaalbare en duurzame energie voor iedereen. Andere belangrijke programma’s zijn de Nationale Wetenschapsagenda, Nederland Circulair 2050, Horizon 2020 en het EU Circularity Package. Een positieve tendens is dat het onderwerp duurzaamheid, verpakt als circulaire economie, in steeds meer economische versnellingsprogramma’s staat. Bijvoorbeeld in het nationale Topsectorenbeleid en in de regionale Roadmap Next Economy. Maar ook een programma als ACCEZ, dat we vorig jaar onder regie van de Provincie Zuid-Holland, samen met Wageningen University & Research en VNO NCW hebben opgezet, heeft als uitgangspunt dat circulaire economie en welvaart met elkaar verbonden zijn.’
De eerste fase van Leiden-Delft-Erasmus is in 2018 afgelopen. Waarop bouwen jullie nu verder?
Arnold Tukker: ‘Het verbinden van expertises van de drie universiteiten in het Centre for Sustainability is een heel succesvolle zet geweest. Met name het samenbrengen van groepen studenten en onderzoekers in hubs, met daarbij externe partijen zoals gemeenten en bedrijven, blijkt goed te werken. Daar is ontzettend veel gedrevenheid om, op basis van wetenschappelijke inzichten en bewezen technieken, de samenleving duurzamer te maken. Door die gedrevenheid zijn we er ook in geslaagd partners aan het centre te verbinden, zoals de provincie Zuid-Holland, Gemeente Rotterdam, VNO NCW en de topsector Tuinbouw. En: we zijn zichtbaar, in de media maar ook met kennissessies in de grote steden van Zuid-Holland.’
Hoe willen jullie als Leiden-Delft-Erasmus centre verder groeien?
Arnold Tukker: ‘Wij gaan door met onze kennis-en innovatiehubs rond steden, industrie en de Greenport, en willen de netwerken met bedrijven, overheden én relevante vakgroepen binnen de universiteiten versterken. Met de groei van onze organisatie en activiteiten is ook meer structuur noodzakelijk. Ik ben erg blij dat zes hoogleraren samen met de coördinatoren de hubs naar een volgend niveau gaan brengen en zo ook zorgen voor een goede connectie met een groot aantal faculteiten binnen Leiden-Delft-Erasmus.’
‘Naast onderzoek willen we ook het onderwijs verder uitbreiden en studenten aantrekken met de slogan ‘Circulaire Economie studeer je bij Leiden-Delft-Erasmus’. Dat kunnen we zeker waarmaken want we hebben nu al Industrial Ecology in Leiden en Delft, Integrated Product Design en Materials Science and Engineering in Delft en Global Business and Sustainability in Rotterdam. Bovendien starten we in september 2019 met een nieuwe (Leidse) master Governance of Sustainability, waar we interdisciplinaire beleidsvraagstukken rond duurzaamheid gaan aanpakken.’
Op welke manier werken jullie samen met partners in de regio?
Arnold Tukker: ‘De samenwerking in de hubs van het Centre for Sustainability is vraag-gestuurd. Hoe gaat dit in zijn werk? Een gemeente heeft bijvoorbeeld een vraag op het gebied van afvalverwerking, een afstudeerder in de City Hub gaat hier zijn scriptie over schrijven en wordt daarbij begeleid door een onderzoeker van het Centre for Sustainability. Daarnaast gaan we door met grotere samenwerkingsprogramma’s zoals ACCEZ, wat staat voor ‘Accelerating Circulair Economy Zuid-Holland. Daarbinnen werken we aan cases zoals de circulaire gebiedsontwikkeling van het Haagse Central Innovation District en de bodemdaling in het Groene Hart. Andere cases gaan bijvoorbeeld over circulaire vraagstukken in de grote steden, het Westland en de Rotterdamse haven. Hiermee worden de Leiden-Delft-Erasmus-universiteiten structureel onderdeel van het innovatie-ecosysteem van de provincie waarin ze gevestigd zijn.’
Wat is jullie grootste uitdaging?
Arnold Tukker: ‘We hebben het tij mee en groeien hard. Meer structuur en meer eenheid in de werkwijze van de hubs is nu noodzaak. De uitdaging is dan zoals altijd: hoe hou je iedereen aangehaakt en gericht op waar het ons om gaat: wetenschappelijk onderzoek doen naar de circulaire economie en hiermee maatschappelijke impact hebben.’
Dit artikel verscheen eerder in de nieuwsbrief van Leiden-Delft-Erasmus.
Beeld: Ernst de Groot
Mail de redactie