'Terrorisme is theater en wij zijn het publiek'
Na elke aanslag krijgen terrorismeonderzoekers vaak dezelfde vraag: wie heeft het gedaan? Onderzoeker Jeanine de Roy van Zuijdewijn heeft niet altijd een pasklaar antwoord.
‘Toen Anders Breivik zijn aanslag pleegde, hoorde ik een aantal terrorismedeskundigen op tv zeggen dat ze er zeker van waren dat Al Qaeda erachter zat. Ik werkte hier toen nog niet, maar ik weet nog dat ik dacht: oordeel niet te snel.’
Het onderwerp ‘terrorisme’ fascineert De Roy van Zuijdewijn al langer. Ze wil weten wat terroristen bezielt, en wat hun daden voor impact hebben op de samenleving. De vraag wat een jonge vrouw nu zo aantrekt in terrorisme, is haar niet vreemd. Ze wordt er wel een beetje moe van. ‘Het is zo cliché te denken dat vrouwen daar geen interesse in zouden kunnen hebben. Ik ben in ieder geval niet de enige vrouw die rondloopt op het Institute of Security and Global Affairsin Den Haag.’
Tegelijk beseft ze dat haar onderzoeksonderwerp hartstikke actueel is. Dan krijg je vanzelf vragen. Op elk feestje wil iedereen van de terrorismedeskundige weten hoe het zit. Ook de media schakelt regelmatig de hulp in van de jonge onderzoeker. De dag na de aanslag in Manchester werd Zuijdewijn gebeld door het Jeugdjournaal: konden kinderen nog wel naar een popconcert? ‘Ik antwoordde dat ik begreep dat ze bang waren, maar zei dat ik persoonlijk nog wel zou gaan.’ Lastig, vindt Jeanine, vragen van het Jeugdjournaal. ‘Dan vraagt een kind: waarom doen deze mensen dit? Tja, waarom? Omdat ze boos zijn.’
Van alle tijden
Mensen zijn wel vaker boos. Terrorisme is dan ook van alle tijden. Het gaat in golfbewegingen, aldus Jeanine. ‘De historicus Rapoport onderscheidt er vier. Eind negentiende eeuw had je de anarchistische golf met moordpartijen op tsaren en koningen. Er zijn toen in een periode van dertig jaar meer dan tien staatshoofden uitgeschakeld door anarchisten. Als dat nu zou gebeuren, zou iedereen gek worden. Later had je de anti-koloniale golf tussen 1920 en 1960 met bijvoorbeeld de FLN in Algerije. Daarna kwam de nieuw linkse golf met onder meer de RAF in Duitsland. Nu zitten we in de religieuze golf. Volgens Rapoport is 1979 daarvan het startpunt, een jaar met veel gebeurtenissen van symbolisch belang: de invasie van de Sovjet-Unie in Afghanistan, de Revolutie in Iran, de bestorming van de Grote Moskee in Mekka.’
Rode draad van al die terroristische golfbewegingen is aandacht, aldus Jeanine, waarbij het niet om het aantal doden gaat, maar om de toeschouwers. ‘Terrorisme is theater, en wij het publiek. Het is een gewelddadige vorm van communicatie waarbij terroristen hopen dat de reactie van de toeschouwers leidt tot het bereiken van politieke doelen.’
Is ze nooit bang? ‘Hooguit op Koningsdag denk ik er wel eens aan. Verder nooit.’ Het is zaak op te passen voor een overreactie, wat na 9/11 dus gebeurde. ‘Wrang genoeg zijn er door die overreactie meer mensen overleden in het verkeer dan tijdens de aanslagen. Wat er gebeurde: mensen gingen in Amerika steeds meer reizen met de auto in plaats van het vliegtuig, wat leidde tot veel meer ongelukken op de weg.’
Zwarte stropdas
9/11 bracht meer teweeg. Zo zijn de terrorismestudies wereldwijd exponentieel gegroeid. Het onderwerp is hot. Neem de Massive Open Online Course ‘Terrorisme en Contraterrorisme’ van hoogleraar Terrorisme Edwin Bakker, waar Jeanine aan heeft meegewerkt. ‘Die heeft in totaal 150.000 deelnemers aangetrokken uit 80 landen’, vertelt ze enthousiast. Op de Masterclass Terrorisme anno 2018, een driedelige collegereeks op de Haagse faculteit van de Universiteit Leiden, geleid door Edwin Bakker en Jeanine kwamen 540 deelnemers af. In het slotpanel zaten Marcel Gelauff, hoofdredacteur van het NOS Nieuws, en Dick Schoof, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. Onderwerp was crisiscommunicatie, wat om meer draait dan enkel woorden. ‘Ik weet nog dat we Schoof de vraag stelden of hij er klaar voor was, mocht er in Nederland iets gebeuren. Heeft u altijd een donkere stropdas op zak? was de vraag. De stropdas was niet ver weg, antwoordde hij.’
Reacties aanslagen
Of Zuijdewijn in de wetenschap actief blijft, is onzeker. ‘Voorlopig wel, maar wie weet stap ik later wel in een of andere denktank of ga ik voor de overheid werken.’ Ze is nu in ieder geval nog lang niet klaar met haar onderzoek. Zuijdewijn wil weten wat voor impact terrorisme heeft op de samenleving en reisde daarvoor een jaar lang naar diverse Europese steden om de herdenkingen van aanslagen bij te wonen. Confronterend, zegt ze. Maar ook goed. ‘Het is belangrijk dat je als wetenschapper verbinding maakt met de samenleving. Je moet als wetenschapper zo nu en dan je ivoren toren uit. Nou, daar stond ik dan, in Berlijn, Manchester en Nice, als onderzoeker op zoek naar de feiten tussen de mensen vol emoties. Dat raakte me wel.’
Nergens was de herdenking hetzelfde trouwens, merkt ze op. ‘In Frankrijk, een jaar na Nice, had de herdenking een sterk nationalistisch karakter met overvliegende straaljagers, in Berlijn was het een jaar na de aanslag op de Kerstmarkt redelijk chaotisch. Er waren vier demonstraties, variërend van extreem-links tot extreem-rechts. In Manchester – een jaar na de aanslag tijdens het concert van Ariana Grande – werd juist de verbondenheid benadrukt. Wij als stad zijn hier sterker uitgekomen. Dat was het frame dat ze wilden neerzetten, vandaar al die popconcerten.
Ik heb het idee dat de autoriteiten in Manchester het beste aanvoelden hoe je moet reageren: de burgemeester voegde zich tussen de menigte en bedankte de vrijwilligers. Merkel daarentegen werd naar aanleiding van de aanslag op de Kerstmarkt in Berlijn verweten geen enkele aandacht te besteden aan de nabestaanden. Ze wilde de terroristen geen podium geven. Daarbij vergat ze de slachtoffers.’
Tekst: Nicolline van der Spek
Beeld: Marius Roos
Meer van dit?
Dit artikel verscheen eerder in Leidraad, het alumnimagazine van de Universiteit Leiden. Het magazine is ook online te lezen.