‘Het maken van propaganda is gedemocratiseerd’
Al bijna dertig jaar lang onderzoekt universitair docent Peter Burger de betrouwbaarheid van verhalen. Of het nu gaat om politieke nieuwsberichten of urban legends, hij prikt bijna dagelijks hele of halve onwaarheden door. Onlangs ontving hij een prijs voor zijn complete oeuvre.
‘Het middelste kind is meestal het intelligentst.’ Struin een paar dagen rond op Facebook en de kans is groot dat je dergelijke beweringen tegenkomt. Je lacht erom, tagt je broers of zussen erin, en verspreidt op die manier het nieuwtje binnen je vriendengroep. Al weet je zelf ook wel dat er aan die bewering vast geen heel diepgravend onderzoek ten grondslag ligt. Want de volgende dag tagt je jonge broertje je namelijk in een ander artikel om aan te tonen dat hij de knapste is van het stel, en dat kan natuurlijk onmogelijk waar zijn.
Onschuldig vermaak? Niet helemaal, meent Peter Burger, universitair docent Journalistiek en nepnieuwsonderzoeker. ‘Je ziet dat steeds meer bedrijfjes zich gaan specialiseren in dit soort junk news. Iedere keer dat je het bericht leest of verder verspreidt, genereert dat verkeer naar de advertenties op die pagina. Dat levert geld op. Het gevaar bestaat dat het web verzadigd raakt met dit soort berichten, en dat er daardoor te weinig plaats overblijft voor kwaliteit. Het wordt als het ware verdrongen door een vloed van pulp.'
Al bijna dertig jaar onderzoekt Burger de betrouwbaarheid van urban legends en nieuwsberichten. Gooiden Leidse studenten vroeger echt gloeiend hete munten naar het ‘gewone volk’? En droeg de Deense koning vrijwillig een Jodenster tijdens de Tweede Wereldoorlog? Deze eindeloze zoektocht naar de waarheid achter de krantenkoppen leverde hem onlangs de Piramidependelprijs op van Stichting Skepsis, een ‘gezellig clubje betweters’ (dixit Burger) dat buitengewone beweringen onderwerpt aan kritisch onderzoek. Eerdere winnaars waren onder anderen Midas Dekkers en Arjen Lubach.
U bent onder meer bekend geworden met het factchecken van relatief onschuldige volksverhalen. Maar als ik uw recente tweets bekijk, zie ik voornamelijk factchecks van politici. Is uw werk de laatste jaren politieker geworden?
‘Beslist. Dat heeft ermee te maken dat propaganda als het ware is gedemocratiseerd. Iedereen kan bronnen vinden die de eigen standpunten ondersteunen en deze verder verspreiden via social media. Maar de sterkste voorbeelden voor het eigen gelijk blijken niet altijd ware verhalen.’
U factcheckt opvallend veel uitspraken van politici van de PVV en Forum voor Democratie. Critici betichten u weleens van vooringenomenheid. Wat is daarvan waar?
‘Politici van deze partijen hebben een afwijkend mediadieet. Ze spreken regelmatig hun wantrouwen uit in de mainstream media. Daarom zoeken ze hun nieuws in alternatieve bronnen, van RT (Russia Today) tot bekende individuele twitteraars uit de rechtse hoek. Dat levert nieuws op dat minder grondig is gecheckt, en daardoor meer onwaarheden bevat. Ik vraag mijn critici keer op keer om ook voorbeelden te geven van foto's en video's met valse context uit de linkerhoek, maar die kunnen ze amper geven.’
Als politici onjuistheden verspreiden, doen zij dat dan per ongeluk? Of denkt u dat zij willens en wetens nepnieuws verspreiden voor politiek gewin?
Burger denkt even na. ‘Dat speelt allebei een rol. In sommige gevallen rectificeren de politici hun tweets, of zij verwijderen een retweet van een onjuist bericht. Maar vaak reageren ze met ‘nou, en?’. Zoiets zag je bijvoorbeeld gebeuren na een tweet van PVV-er René Dercksen. Hij stuurde foto’s de wereld in van geweld door antifascisten. Op één van die foto’s was het Antifa-logo duidelijk gephotoshopt, en een andere afbeelding bleek een foto van heel andere rellen. De onderliggende argumentatie was: deze specifieke tweet mag dan niet kloppen, maar het vraagstuk dat ik hiermee aan de kaak wil stellen bestaat wel degelijk.’
En daar heeft hij een punt: extreem-links geweld bestaat.
‘Ja, maar waarom moet je dat bewijzen met vervalste foto’s? Het doet afbreuk aan de feiten. Je laat ermee zien dat je geen waarde hecht aan de waarheid. Alsof het niet uitmaakt wat er echt is gebeurd.’
Wat voelt u als u zulke onwaarheden leest?
‘Van lichte verbazing tot grote verontwaardiging, en alles daar tussenin. Het is vaak helemaal niet moeilijk om nepnieuws te checken. Haal een afbeelding even door Google en je kunt de meeste blunders al voorkomen.’
Stichting Skepsis gaf de piramidependelprijs nadrukkelijk ook aan Burger als aanmoedigingsprijs voor ‘zijn’ studenten van de opleiding Journalistiek en Nieuwe Media. Sinds 2009 leidt Burger – samen met zijn college Alexander Pleijter – de Nieuwscheckers, een onderwijsproject waarin studenten nieuwsberichten tegen het licht houden. Hele generaties Leidse journalistiekstudenten hebben op die manier de kneepjes van het vak geleerd.
Hoe reageerden zij toen u deze prijs ontving?
‘Ik weet niet of ik het letterlijk op die manier heb gezegd, maar het kwam er op neer dat ik de masterstudenten een applaus heb laten geven aan zichzelf. Dit project loopt inmiddels bijna tien jaar, en dat hebben we grotendeels te danken aan de inzet die de studenten tonen.’
Waarom moeten journalistiekstudenten eigenlijk specifiek leren factchecken? Is dat niet de kern van de journalistiek?
‘In zekere zin wel. Toch is het een vaardigheid die soms fundamenteel verschilt van de manier waarop veel journalisten te werk gaan. Vaak zetten journalisten twee standpunten tegenover elkaar. Bij factchecken moet je echter zelf zo goed mogelijk de waarheid benaderen, dus één uitkomst geven. Het is een moeilijkere vorm van journalistiek dan het klassieke he said, she said. Ik merk dat studenten dat spannend vinden, vooral als ze de foutenmaker om wederhoor moeten vragen.’
De Amerikaanse president Donald Trump vertelt veel leugens en wordt vaak gefactcheckt. Toch lijkt hij daar niet van te leren. Stemt dat pessimistisch?
Burger denkt even na, ontwijkt dan handig een ja-/nee-antwoord, en zegt: ‘Dit is een van de lastigste problemen in ons vakgebied. Wat kunnen we überhaupt verwachten van een factcheck? En welke diagnose kunnen we stellen van het politieke klimaat als veel politici een loopje nemen met de waarheid en daar niet voor worden afgestraft? Ik heb daar nog geen antwoord op.’
‘Toch geloof ik in het nut van factchecken. Onlangs kon je in verschillende media lezen dat een vegetarisch restaurant in Thailand mensenvlees had geserveerd. Dankzij onze factcheck werden veel van die nieuwsberichten gecorrigeerd, want het bleek onwaar. En door een samenwerking met Google komen die factchecks bovendien bovenaan in de zoekresultaten te staan, dus boven de onjuiste berichten. Zaligmakend is dat nog niet, want het oorspronkelijke nepnieuws zal ongetwijfeld veel meer mensen hebben bereikt dan de correctie achteraf. Factchecken blijft een soort wapenwedloop waarbij je altijd achter de feiten aanloopt.’
Tekst: Merijn van Nuland
Mail de redactie
Nieuwscheckers op zoek naar financiering
De Nieuwscheckers van de Universiteit Leiden zijn op zoek naar financiering voor het volgende kalenderjaar. De factcheckers ontvangen steun uit verschillende hoeken, maar dat is nog niet voldoende om het volledige programma ook volgend jaar te kunnen draaien. ‘Eventuele geldschieters kunnen zich bij mij melden,’ zegt Burger. ‘Wij hebben geen deeltjesversneller nodig, dus het gaat om vrij kleine bedragen.’