Adaptief begeleiden van beginnende leraren
In zijn proefschrift onderzoekt Gisbert van Ginkel (promovendus bij het ICLON) welke kennis begeleiders van beginnende leraren hebben over adaptief begeleiden; dit is het afstemmen van de begeleiding op de behoeften van de beginner. Hoe begeleiders dit doen hangt veelal af van hun verklaring van hoe de beginner leert of lesgeeft. Promotie op 6 november.
Begeleiding op maat
Om beginnende leraren goed voor te bereiden op het beroep is het belangrijk dat zij begeleiding krijgen van meer ervaren leraren, zowel tijdens de opleiding als in de inductiefase (de begintijd als leraar). In deze begeleiding is een goede afstemming op het leren van de beginner belangrijk.
Begeleiders moeten daarom in staat zijn om zich, op verschillende momenten in het proces van het leren lesgeven, aan te passen aan de individuele leerbehoeften van de beginnende leerkracht. Zij moeten daarvoor weten hoe beginners leren en welke begeleidingsactiviteiten ze kunnen inzetten.
Beginners bewust maken van wat ze te leren hebben
De centrale vraag in dit onderzoek is daarom: wat weten begeleiders over het afstemmen van de begeleiding op de behoeften van de beginnende leraar? Begeleiders zien veel verschillen tussen beginners en noemen een grote variatie aan begeleidingsactiviteiten om hierop in te spelen.
Wat begeleiders het meest benoemen dat ze doen, is beginners confronteren met problemen in hun leren of functioneren. Een belangrijk aspect van adaptief begeleiden blijkt daarom te zijn: door confrontatie de beginner helpen bewust te worden van wat deze nog heeft te leren. Gaat dat om zichtbaar gedrag in de les, dan vinden begeleiders directe confrontatie vaak passend. Gaat dat om hoe de beginner het eigen leren aanpakt, dan vinden ze indirecte confrontatie vaak passender.
Waar begeleiders het over eens zijn.
Begeleiders hebben gedeelde kennis over hoe in te spelen op behoeften van beginners bij het contact maken met leerlingen, lessen voorbereiden, begeleid reflecteren op het eigen functioneren en omgaan met eigen emoties. Wat begeleiders hierbij passend vinden om te doen, hangt grotendeels af van wat zij als bron of oorzaak zien van hoe de beginner leert en lesgeeft, en of ze dat toeschrijven aan de kennis en vaardigheden, motivatie, (on)zekerheid of opvattingen van de beginner.
Professionalisering van begeleiders
De uitkomsten van dit onderzoek kunnen gebruikt worden om training en professionalisering voor begeleiders te ontwikkelen die gericht is op meer adaptief gaan begeleiden. Welke kennis zou daarin centraal moeten staan? Hoe kunnen begeleiders gestimuleerd worden om na te denken over de adaptiviteit van hun begeleiding? En hoe kun je ook daarin afstemmen op de beginnende en de meer ervaren begeleider?