Hoe het online leven jongeren beïnvloedt
Jongeren besteden heel veel van hun tijd online. Toch weten we nog weinig over hoe dit intensieve (sociale) mediagebruik hun ontwikkeling beïnvloedt. Hersenonderzoeker en Spinozapremie-winnaar Eveline Crone van de Universiteit Leiden beschreef samen met mediapsycholoog Elly Konijn (VU) wat de wetenschap al aan bruikbare informatie heeft opgeleverd en wat er nog voor dringende vragen liggen. Publicatie in Nature Communications.
Niet eerder spendeerden jongeren zoveel tijd online. En dat intensief mediagebruik invloed heeft op het brein van jongeren lijkt wel zeker. De wetenschap heeft uitputtend bewezen dat de adolescentie een periode is waarin de hersenen nog volop in ontwikkeling zijn en bloot staan aan invloeden van onder meer leeftijdgenoten. Tegelijk neemt de invloed van de ouders langzaamaan af. Wat kunnen de voordelen en nadelen voor het adolescentenbrein zijn van (intensief) gebruik van sociale media?
Grote gevoeligheid
Een reeks onderzoeken heeft de afgelopen jaren aangetoond dat de hersenen van jongeren sterk gevoelig zijn voor beloning en sociale acceptatie, maar ook voor afwijzing of er niet bij horen. Daarnaast zijn zowel jongeren - en volwassenen - gevoelig voor de mening van anderen online, zoals commentaar op hun muziekkeuze of hun uiterlijk. Impulscontrole is bij jongeren nog volop in ontwikkeling waardoor ze extra gevoelig lijken voor emotionerende media.
In deze periode reageren jongeren die vaak sociale media gebruiken enerzijds extra sterk op signalen dat ze erbij horen, bijvoorbeeld via likes die ze op Instagram krijgen, maar zijn ze anderzijds extra gevoelig voor buitensluiting, zoals uitsluiting van groepsapps. Verder hebben hun emoties vaak de overhand bij de beoordeling van mediaberichtgeving, waaronder nepnieuws.
Structurele veranderingen
Het onderzoek naar hoe intensief gebruik van online media het brein-in-ontwikkeling structureel beïnvloedt staat nog grotendeels in de kinderschoenen, betogen Crone en Konijn. Ook hoe veranderingen in het brein een voorspeller zijn van sociaal gedrag en emotionele reacties is nog een open vraag. Meer intensieve samenwerking tussen hersenonderzoekers en mediaonderzoekers zal het inzicht vergroten in hoe dit werkt.
Lees het artikel ‘Media Use and Brain Development During Adolescence’ in Nature Communications