Michiel Westenberg verbindt onderwijs en jeugdzorg voor de Wetenschapsagenda
Uit de Startimpuls Nationale Wetenschapsagenda ontvangt het themaprogramma ‘Gelijke kansen voor een diverse jeugd’ 2,5 miljoen euro. In dat programma is Michiel Westenberg projectleider van het onderdeel ‘Verbinding Onderwijs en Jeugdzorg’.
Voor de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) kon iedere burger destijds een vraag indienen. Ruim 12.000 vragen zijn inmiddels gebundeld tot meer dan twintig zogenoemde routes. Acht van die routes ontvangen van de Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek (NWO) nu samen 20 miljoen, waaronder de NWA-route ‘Jeugd in ontwikkeling, opvoeding en onderwijs’ van mede-boegbeeld Judy Mesman.
Verbinding onderwijs en jeugdzorg onderzoeken
De afgelopen periode waarin Michiel Westenberg Wetenschappelijk Directeur van het Instituut Psychologie was, heeft hij iedereen aangemoedigd mee te doen met die NWA. ‘Omdat ik dacht dat het wel eens belangrijk zou kunnen worden’, vertelt Westenberg. ‘Zelf kom ik uit de klinische hoek, uit de jeugdzorg. Met onderzoek richt ik me op angststoornissen.' Hij ging praten met een van de NWA-boegbeelden, Judi Mesman, die een route specifiek voor jeugd opstart. Westenberg: 'Je moet aanwezig zijn, bijvoorbeeld tijdens de workshoprondes, en een presentatie geven. Daarna dien je een onderzoeksvoorstel in voor een project binnen het themaprogramma 'Gelijke kansen voor een diverse jeugd'.'
Samen een toren bouwen
Het National Regieorgaan onderwijs/onderzoek had een belangrijke vinger in de pap. Westenberg: ‘Het NRO wilde dat we in een ‘zandbak’ samen een toren zouden bouwen van vernieuwend onderzoek waar de maatschappij echt wat aan heeft.' Voor het selecte groepje in deze zandbak mocht iedereen zich aanmelden. ‘Daardoor is de samenstelling van het onderzoeksteam nu ook zo divers en verankerd in de maatschappij’.
Kloof overbruggen tussen zorg en onderwijs
‘Met ons onderzoek wil ik de enorme kloof overbruggen tussen de gezondheidszorg en het onderwijs. Begrijp me goed, het onderwijs blijft gewoon doen waar ze goed in zijn en dat is kinderen iets leren. De jeugdzorg blijft gewoon zorg bieden. Er is al wel voorzichtig contact over die kloof tussen zorg en onderwijs heen, maar er gaat ook nog veel mis.'
Scholen in met een 'stressles'
'We gaan het nu anders doen. We gaan de scholen in met een 'stressles'. Daarin leren alle leerlingen iets over stress, hoe je daarmee om kunt gaan. De ouders krijgen een cursus, net als de leerkrachten. Het gaat bijvoorbeeld over faalangst en keuzestress. Vervolgens kan een leerling zichzelf aanmelden voor een 'groepsinterventie', of daarvoor aangemeld worden door de ouder(s) of mentor op school. In deze laagdrempelige interventie leren de leerlingen hoe ze met stress om kunnen gaan, zodat ze er minder last van hebben. Leerlingen die daarna extra hulp nodig hebben worden doorverwezen naar de specialistische jeugdzorg. Zo hebben we een verbinding in drie fases tussen het onderwijs en de jeugdzorg. De intensiteit van de zorg is dan aangepast aan de behoefte van de leerling.'