Universiteit Leiden

nl en

Frits van Oostrom: ‘Als je niet online bent, ben je dood’

De neerlandistiek moet zo snel mogelijk een digitale inhaalslag maken, wil zij nog relevant blijven voor toekomstige generaties. Dat betoogt historisch letterkundige Frits van Oostrom tijdens de Bert van Selm-lezing op dinsdag 6 september.

‘Je moet nu de nieuwe generatie scholieren verleiden voor de neerlandistiek’, zegt Van Oostrom. Hij maakt zich zorgen. Het vakgebied van de neerlandistiek is in zijn ogen veel te ver achter gebleven in de digitale ontwikkeling, en heeft daardoor moeite om aantrekkelijk te blijven voor jongeren. Tijdens de Bert van Selm-lezing luidt hij de noodklok. ‘In de permanente strijd om aandacht is het eigenlijk heel simpel: als je niet online bent, ben je dood.’

Analoge letterkundigen

Volgens Van Oostrom zal het neerlandici niet lukken om leerlingen te boeien voor de Nederlandse literatuur als ze daarvoor ouderwetse of saaie online middelen gebruiken. ‘De websites over neerlandistiek staan in schril contrast met de geweldige sites en apps die scholieren enthousiasmeren voor bijvoorbeeld natuurkunde, astronomie en scheikunde. Een groot deel van de bètavakgebieden is al sinds decennia verstrengeld met digitale technologie, en benut deze op talloze manieren. Letterkundige neerlandici moesten nooit veel hebben van dergelijke moderniteiten, met als gevolg dat het vakgebied in deze digitale wereld nog steeds zo analoog is als de boeken die het bestudeert.’

Frictie literatuur en internet

Dat de literatuur er online zo belabberd voor staat komt niet alleen door neerlandici die in hun boeken verdiept zaten toen de digitale sneltrein voorbijraasde. Volgens Van Oostrom was de frictie tussen literatuur en internet vrijwel onvermijdelijk. ‘Bijvoorbeeld omdat er op het internet een dominante beeldcultuur heerst, terwijl in het oeuvre van Mulisch waarschijnlijk geen plaatje is te vinden.’

Reddingsoperatie

Van Oostrom waarschuwt in zijn Bert van Selm-lezing niet alleen zijn vakgenoten, hij schetst ook alvast de contouren van een reddingsoperatie. Volgens de mediëvist moet het tegenoffensief vanuit de universiteit komen, dé plek waar de oude garde met zijn belezenheid en ervaring samenkomt met jonge studenten die met beide benen in de digitale samenleving staan. De hoogleraar hoopt op ondernemingszin onder neerlandici. Hij stond zelf onder meer aan de wieg van de vogala-app en de website van de Canon van Nederland. ‘Gewoon iets proberen en kijken of het aanslaat’, oppert hij. ‘Zonder te wachten op extra geld of toestemming van een of andere overheidsinstantie. Internet is relatief goedkoop en laagdrempelig, en creativiteit is het sleutelwoord.’

(Coen van Beelen)

Warme herinneringen

De Bert van Selm-lezing, die dit jaar haar vijfde lustrum viert, is vernoemd naar neerlandicus, boekhistoricus en bibliograaf Bert van Selm (1945-1991), die tot zijn vroegtijdige dood werkzaam was in Leiden. Van Oostrom, van 1982 tot 2001 hoogleraar in Leiden, werkte veel met Van Selm samen en koestert nog altijd warme herinneringen aan de boekhistoricus. ‘Het thema van mijn lezing sluit nauw aan op zijn werk en persoonlijkheid. Hij was ook ondernemend van zichzelf, ging niet zitten wachten op een brief van de minister maar begon gewoon met een idee te sjouwen. Ik denk nog altijd dat dat de beste manier is.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.