Oratie Prof.dr. Jelle Kaastra
Op dinsdag 3 november 2014 sprak prof.dr. Jelle Kaastra zijn oratie uit over zijn leeropdracht 'hoge-energieastrofysica'. De titel van zijn oratie luidt 'Röntgendiagnostiek in de ruimte – lijnen in het heelal'.
Röntgendiagnostiek is vooral bekend uit de medische techniek. Maar ook in de sterrenkunde speelt röntgenstraling een belangrijke rol. Deze straling komt bij vrijwel alle astronomische objecten voor.
Eigenschappen van materie, temperatuur, dichtheid, enz.
Er zijn een aantal verschillende processen in de natuur die röntgenstraling produceren, maar daarbij zijn de zogenaamde thermische processen het belangrijkste vanwege hun grote diagnostische waarde, met name doordat er straling in nauwe spectraallijnen wordt uitgezonden. Uit deze spectraallijnen kan een groot aantal eigenschappen van de bron worden bepaald, zoals hoeveelheid materie, temperatuur, dichtheid, turbulentie, ouderdom plasma, enz..
Röntgenstraling detecteren en interpreteren
Het detecteren van röntgenstraling kan uitsluitend buiten de aardse atmosfeer plaatsvinden, en hiervoor is dus een satelliet in de ruimte nodig. Ook het afbeelden, in spectrale golflengtes uiteenrafelen en modelleren van het röntgenlicht is geen sinecure. SRON, het Nederlandse Instituut voor Ruimteonderzoek, heeft al deze expertise in huis en heeft bijgedragen aan de belangrijkste röntgensatellieten in het heden, verleden en de toekomst. In deze oratie passeren een aantal hoogtepunten de revue. Kaastra is sinds 1985 werkzaam bij SRON, eerst in Leiden en later in Utrecht, en is nauw bij een aantal ontdekkingen betrokken geweest.
Actieve melkwegstelsels bestuderen
Met de beschikbare röntgensatellieten kan een groot aantal objecten in het heelal bestudeerd worden. Een belangrijke categorie bronnen vormen de actieve melkwegstelsels, dat zijn melkwegstelsels met een zwaar zwart gat in het centrum waarbij het invallen van gas een grote hoeveelheid straling opwekt. Die straling kan rechtstreeks worden waargenomen. Ook kunnen dergelijke systemen sterke winden aandrijven, die de groei van het zwarte gat en de ontwikkeling van de omgeving sterk kunnen beïnvloeden.
Clusters van melkwegstelsels bestuderen
Een tweede categorie bronnen vormen de clusters van melkwegstelsels, waar het grootste deel van de gewone materie bestaat uit ijl en heet gas dat röntgenstraling uitzendt. De melkwegstelsels bewegen zich door dat medium. Doordat er nog steeds individuele melkwegstelsels en groepen melkwegstelsels invallen op de clusters, wordt het gas geschokt en gaat het daardoor meer straling uitzenden. Uit de lijnstraling die deze bronnen uitzenden kan men de chemische samenstelling van de cluster en de stervormingsgeschiedenis afleiden.
Links
Prof.dr. Jelle Kaastra benoemd tot hoogleraar hoge-energieastrofysica