Even voorstellen: Damian Pargas
Sinds 1 augustus 2013 is Damian Pargas als UD economische en sociale geschiedenis verbonden aan het Instituut voor Geschiedenis. Hieronder stelt hij zich voor.
Ik ben geboren en getogen in de Amerikaanse staat Virginia, vlakbij Washington. Al heel jong ontwikkelde ik een interesse in de twee thema’s die mij nu als historicus het meest bezighouden: slavernij en migratie. Beide thema’s waren ‘zichtbaar’ in het sociale landschap waarin ik opgroeide.
Als zuidelijke staat en voormalige zetel van de binnenlandse slavenhandel heeft Virginia, en vooral de omgeving rondom Washington, een lange slavernijgeschiedenis gekend. Sommige oude plantagehuizen staan er nog, evenals oude veilinghuizen waar vandaan slaven aan de hoogste bieder werden verkocht. De slavernij vormt in Virginia nog altijd een gevoelig onderwerp waar weinig over gesproken wordt. Juist daarom vond ik het altijd fascinerend en wilde ik er meer over weten.
Migratie en de ervaringen van migranten interesseren mij ook al heel mijn leven. Ik groeide op in een migrantengezin. Mijn vader komt uit Uruguay en het grootste deel van onze familie woont nog altijd in dat land. Mijn moeder komt uit New York. Thuis spraken wij zowel Engels als Spaans en leefden wij met één voet in Amerika en de andere voet in Uruguay. Uiteindelijk kwam er nog een derde land bij toen ik mij in Nederland vestigde. Mijn naasten wonen letterlijk verspreid over de Atlantische wereld en de ‘cultuur van migratie’ is in onze familie vrij sterk ontwikkeld.
Na de middelbare school wist ik direct dat ik geschiedenis wilde studeren. Ik begon mijn studie aan de University of Washington in Seattle. Daar kreeg ik college van o.a. Stephanie Camp, een prominente slavernijhistorica die mijn interesse voor de slavernij verder deed aanwakkeren. Anderhalf jaar later, in 2000, ruilde ik de regen van Seattle in voor de regen van Nederland. Mijn toenmalige vriendin (nu vrouw) is Nederlandse en studeerde hier, dus ik besloot mijn studie ook hier voort te zetten. Leiden was De studie in Leiden bleek doorslaggevend in mijn wetenschappelijke ontwikkeling. Hier volgde ik vooral cursussen op het gebied van de sociale geschiedenis, in het bijzonder elke cursus die door Chris Quispel werd gegeven. Quispel gaf vakken op het gebied van het racisme, de Afro-Amerikaanse geschiedenis en migratie. Zijn colleges motiveerden mij om mij verder te verdiepen in al deze onderwerpen. In 2004 studeerde ik af in de sociale geschiedenis met een specialisme in minderhedengeschiedenis. Mijn doctoraalscriptie was een vergelijkende studie naar het gezinsleven van slaven in verschillende delen van het Amerikaanse Zuiden, een onderwerp dat ik gedurende mijn aanstelling als AIO in Leiden (2006-2009) tot proefschrift uitbreidde.
De afgelopen vier jaar ben ik als universitair docent aan de Universiteit Utrecht werkzaam geweest. Daar bleef ik publiceren over de slavernij en in 2011 kreeg ik door NWO een Veni beurs toegekend voor mijn huidige onderzoek naar de ervaringen van slavenmigranten in het Amerikaanse Zuiden in de periode 1820-1860, toen een zeer grootschalige gedwongen migratie van slaven binnen Amerika zelf ontstond (dus niet van Afrika naar Amerika).
Mijn nieuwe aanstelling als UD in Leiden voelt als thuiskomen. Ik verheug me er ontzettend op om weer samen te mogen werken met oude vrienden en om de nog onbekende gezichten beter te leren kennen!