Haat en liefde voor getallen
Nederlanders blinken over het algemeen niet uit in rekenen. De overheid wil daarom verplichte rekentoetsen instellen. Maar hoe rekent Nederland eigenlijk? Labyrint presenteert de eerste opmerkelijke resultaten van het Groot Nationaal Rekenonderzoek, uitgevoerd door een breed team van wetenschappers, onder meer van de Universiteit Leiden. Bekijk de uitzending op wetenschap24.nl.
Vier rekentypes
Vijfduizend mensen deden mee aan het Groot Nationaal Rekenonderzoek (GNRO). De verrassendste uitkomst is dat er vier duidelijk te onderscheiden rekentypes blijken te zijn: rekenhaters, rekenliefhebbers, pragmatische rekenaars en voorzichtige rekenaars. Dit resultaat is onder meer gebaseerd op door Marian Hickendorff ontworpen stellingen voor de deelnemers aan het GNRO. Mannen zijn iets beter in rekenen dan vrouwen, maar erg veel scheelt het niet. Het onderzoek toont ook aan dat vrouwen zichzelf onderschatten. Uit het onderzoek blijkt verder dat de gemiddelde Nederlander langzamer is in hoofdrekenen dan groep 8'ers die naar het vwo gaan.
Uitkomsten Leids onderzoek
De Leidse onderzoekers Marian Hickendorff en Kees van Putten (Methoden en Technieken Psychologie) hebben aan het GNRO ook een eigen onderzoek gehaakt, naar het gebruik van de rekenmachine bij het oplossen van vermenigvuldigopgaven, zoals 7 x 23. Hickendorff: 'We veronderstelden dat vrouwen meer dan mannen geneigd zijn de rekenmachine erbij te pakken, terwijl ze het soms ook best uit hun hoofd hadden aangekund. Maar dat ze bij wijze van spreken een 'veilige keuze' maken, terwijl mannen juist wat te vaak denken dat ze een opgave uit hun hoofd kunnen uitrekenen.' Uit het onderzoek blijkt dat vrouwen inderdaad iets vaker de rekenmachine pakken. Ook waren er verschillen tussen de rekentypes: rekenliefhebbers rekenden het vaakst uit hun hoofd, en rekenhaters juist het minst vaak.
Van belang voor onderwijs
Volgens de analyse van Han van der Maas van de Universiteit van Amsterdam zijn de vier rekentypes niet alleen interessant voor een wetenschappelijke publicatie, maar kunnen ze ook van betekenis zijn voor het onderwijs. Vervolgonderzoek moet uitwijzen of deze typen ook bij kinderen te vinden zijn en wat dat betekent voor hun onderwijskundige benadering. Zo zou elk type via de computer in de klas zijn eigen onderwijs kunnen krijgen waarbij rekening gehouden wordt met zelfbeeld, motivatie en rekenangst.
Het Groot Nationaal Rekenonderzoek is uitgevoerd in het kader van het Groot Nationaal Onderzoek, een initiatief van NTR, VPRO en NWO. Labyrint gaat dieper in op de uitkomsten van het GNRO.
Bekijk de uitzending van woensdag 12 december
(12 december 2012/ MvG)
De ontdekking van de vier rekentypen is het resultaat van een unieke samenwerking tussen diverse onderzoekers en instituten binnen het rekenonderwijs. Naast de Universiteit van Amsterdam (UvA) zijn dat de universiteiten van Leiden en Utrecht (Freudenthal Instituut), het Centrum Wiskunde & Informatica, onderwijsadviesbureau APS en het Cito.
Groot nationaal onderzoek: Het rekenonderzoek