Universiteit Leiden

nl en

Hoe uitzaaiende tumoren hun omgeving naar hun hand zetten

Tumoren gedragen zich als mini-orgaantjes, manipuleren hun omgeving en gebruiken lichaamseigen processen om te overleven en uit te zaaien. Door onderzoek van Erik Danen en zijn collega’s komen we steeds meer te weten over de complexe aard van tumorcellen. In het NRC vertellen de wetenschappers over hun onderzoek.

Als tumoren eenmaal uitzaaien, zijn ze lastig te genezen. De meeste mensen die aan kanker sterven, sterven dan ook aan de uitzaaiingen en niet aan de primaire tumor. Het is daarom belangrijk te begrijpen wanneer en hoe kanker uitzaait. Het laatste onderzoek laat zien dat dat ingewikkelder is dan we tot nu toe dachten.

Danen legt bijvoorbeeld uit dat tumorcellen niet altijd individueel door het lichaam reizen. ‘Ze kunnen zich ook bewegen in groepen’, legt hij uit. ‘Daarbij laten ze collectief gedrag zien, vergelijkbaar met een vlucht spreeuwen of school vissen.’

Samenwerken en specialiseren

Tumoren verspreiden zich via de bloedbaan. Danen gebruikt natuurkundige modellen om te onderzoeken hoe clusters van tumorcellen loskomen van het weefsel en zich naar de bloedvaten bewegen. Dat doen ze onder andere door enzymen uit te scheiden en kracht op het omringende weefsel uit te oefenen, legt hij uit. ‘Daarna kunnen de zachte tumorcellen als een soort druppel door het weefsel naar buiten kruipen.’ Ook kan een tumor de omgeving manipuleren en zich zo verstoppen voor bijvoorbeeld immuuntherapie.

Essentieel voor ons begrip is dat tumoren niet bestaan uit identieke cellen, maar uit diverse celtypen die zich specialiseren om verschillende taken te vervullen. ‘Een tumor is niet een bolletje van dezelfde cellen, maar eigenlijk een heel complex mini-orgaantje,’ aldus Danen.

Benieuwd naar hoe deze inzichten kunnen leiden tot nieuwe kankerbehandelingen? Lees het volledige artikel in het NRC: Een uitgezaaide tumor is een complex mini-orgaantje dat zijn hele omgeving kaapt (€).

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.