Pieter Ter Keurs in Leidsch Dagblad over collectiegericht onderzoek en onderwijs in de museologie
Het Leidsch Dagblad sprak met Pieter ter Keurs over zijn aanstelling als hoogleraar op de leerstoel Museums, Collections and Society: ‘Ik heb me vanuit musea jarenlang ingezet voor meer samenwerking tussen musea en universiteiten, toen deze leerstoel er kwam, kon ik geen nee zeggen.’ Ter Keurs is sinds 1 september 2019 benoemd.
Volgens Ter Keurs zou het onderzoek veel meer ‘tussen de spullen’ moeten gebeuren. Ter Keurs: ‘Leiden is dé plek om te zijn voor collectiegericht onderzoek en onderwijs in de museologie.’ Toch is het steeds lastiger geworden om toegang te krijgen tot (bijzondere) collecties. ‘De afstand tussen de voorwerpen en wetenschappers is groot, terwijl de collecties letterlijk om de hoek liggen. Dat kan anders’, aldus de hoogleraar.
De leerstoel die Ter Keurs bekleedt, omvat ook de term society, maatschappij. En dit is niet zonder reden; musea zijn steeds vaker onderdeel van maatschappelijke discussies. Denk aan discussies over roofkunst, nazi-kunst of het gebruik van de term Gouden Eeuw. Volgens Ter Keurs is dit een goede ontwikkeling: ‘Lange tijd hebben musea volgehouden dat ze objectief en politiek neutraal waren. Dat kan niet meer. Musea moeten juist de maatschappelijke context laten zien en de achtergronden op basis van wetenschappelijk onderzoek duiden.’
Lees het hele artikel in het Leidsch Dagblad (€)
Over Pieter ter Keurs
Pieter ter Keurs studeerde Culturele Antropologie en promoveerde op een theoretische studie over materiele cultuur. Hij was onder andere werkzaam als conservator bij Museum Volkenkunde en als hoofd van de afdeling collecties en onderzoek bij het Rijksmuseum van Oudheden. Hij werkte al eerder voor de Universiteit Leiden als hoogleraar Antropologie van materiële cultuur bij de Faculteit Sociale Wetenschappen.