Onderzoeksproject
Romeins nepnieuws? Fictie in het Romeinse Rijk.
Hoe kunnen theorieën over moderne desinformatie helpen om te begrijpen hoe dat werkte in de Romeinse tijd?
- Looptijd
- 2023 - 2027
- Contact
- Rens Tacoma
- Financiering
- NWO
De onwrikbare snelheid van transmissie en het wijdverspreide onderling verbonden publiek hebben ervoor gezorgd dat de communicatie van onze moderne wereld niveaus heeft bereikt die in de geschiedenis nooit eerder zijn gezien. Hand in hand met deze vooruitgang kwam een toename van het zogenaamde ‘nepnieuws’: teksten en informatie die de waarheid verdraaien, hetzij omdat ze zijn vervalst, hetzij omdat ze gewoonweg vervalsingen zijn. De impact van dit ‘nepnieuws’ op moderne samenlevingen kan niet worden onderschat en wordt daarom rigoureus bestudeerd als een nieuw fenomeen.
Wanneer we naar de Romeinse wereld kijken, kunnen teksten worden geïdentificeerd die overeenkomsten vertonen met moderne vormen van desinformatie. Zolang de verschillen en overeenkomsten in gedachten worden gehouden, kunnen studies over deze oude gevallen ons meer leren over hun gebruik en hun link met de moderne wereld. Op die manier zal het moderne fenomeen transparanter en minder bedreigend worden.
Een academisch project voor een breder publiek
Voor dit project is een speciaal corpus samengesteld, bestaande uit zeven clusters van documenten waarvan de legitimiteit in twijfel is getrokken. Voorbeelden van deze clusters zijn de Acta pro Judaeis, de Acta Alexandrinorum en de Optatan appendix. De documentaire ficties binnen dit ‘nep-corpus’ variëren in functie, tekstvorm en mate van manipulatie. De analyse van dit corpus heeft als doel de oude situatie te verhelderen door een bredere en duidelijkere kijk op de situatie als geheel te geven. Vanwege de verbinding met het moderne ‘nepnieuws’ en de theorieën eromheen, heeft dit project als doel zijn bevindingen in academisch schrijven te presenteren en ze te delen met een breder publiek.
Het project zal worden gepresenteerd tijdens de Maand van de Geschiedenis 2024, dat als thema ‘Echt Nep’ (‘Real Fake’) heeft. Het project zal ook samenwerken met het Rijksmuseum van Oudheden Leiden (RMO) om een podcastreeks te produceren. Meer outreach-activiteiten staan nog op de agenda.
Drie subprojecten
Dit project bestaat uit drie studies. Hoofdonderzoeker dr. Laurens E. Tacoma zal een synthetische monografie schrijven om het ‘nep-corpus’ te contextualiseren. Deze studie heeft als doel een begrip van de documentaire ficties te bieden door middel van een sociaal-culturele analyse van hoe ze werden geproduceerd, gecirculeerd en gebruikt in de Romeinse tijd. Promovendus Indira C. Huliselan zal een dissertatie schrijven waarin zij de christelijke gebruik van officiële documenten zal analyseren die rond de tijd van de openbare steun van keizer Constantijn voor het christendom in de vroege vierde eeuw zijn geschreven. Ze zal dit doen door middel van een gedetailleerde analyse van de keizerlijke wetten en brieven die de vroege vierde-eeuwse geleerde Eusebius aanhaalt in zijn Kerkgeschiedenis en het Leven van Constantijn. Ze zal bovendien de Optatan appendix onderzoeken, een dossier van tien documenten uit de vroege vierde eeuw met betrekking tot de Donatistencontroverse in Noord-Afrika. In het tweede jaar van het project zal een postdoc worden aangeworven om zich bij het projectteam aan te sluiten. Hij of zij zal twee artikelen voor tijdschriften schrijven over één specifiek cluster binnen het ‘nep-corpus’. Dit cluster bevat 192 officiële documenten die zijn aangehaald in de Historia Augusta. In deze artikelen heeft de postdoc als doel nieuwe academische trends te volgen die dit werk als literair classificeren en deze trends uit te breiden door het ‘nep-corpus’ als contextuele achtergrond voor verder onderzoek te gebruiken.
Een diverse methodologie
Dit project heeft als doel actuele theorieën over ‘nepnieuws’ toe te passen voor de analyse van oude documenten. De relatief jonge aard van deze theorieën resulteert in de afwezigheid van een samenhangend theoretisch kader op het moment van dit project. Om dit probleem aan te pakken en toch gebruik te maken van de snel ontwikkelende reeks concepten en methoden, zal elk van de subprojecten één van de volgende drie benaderingen volgen:
-
Een generaliserende sociaal-culturele benadering die zich richt op structurele maatschappelijke krachten die ‘nepnieuws’ produceren. ‘Nepnieuws’ is een ingebed fenomeen, geworteld in houdingen ten opzichte van gezaghebbende teksten en maakt deel uit van een bepaalde politieke cultuur; het heeft dus context nodig.
-
Een gedetailleerde historische benadering die zich richt op specifieke omstandigheden en periodes waarin ‘nepnieuws’ plotseling op de voorgrond kan treden. Vanwege grote verschuivingen in sociale verhoudingen kunnen bepaalde groepen op specifieke momenten in de tijd de behoefte voelen om hun positie in de samenleving opnieuw te onderhandelen en hun identiteit door middel van teksten te definiëren.
-
Een gedetailleerde literaire benadering die zich richt op de manier waarop ‘nepnieuws’ zijn weg vindt in de geschiedschrijving. Processen van mediatisering, waarbij nauw omschreven soorten communicatie de norm worden, vergroten de urgentie om de claims te autoriseren en de letterlijke citatie van documenten (authentiek of niet) kan daarbij helpen.