De geschiedenis van het achterland van Batavia vertelt over het Indonesië van nu
Tijdens de 17de en 18de eeuw werd Batavia bevoorraad met producten uit de Ommelanden, het achterland van de stad. Bondan Kanumoyoso heeft onderzoek gedaan naar de geschiedenis van de verschillende etnische groepen die dit gebied bevolkten. Met dit onderzoek geeft hij ook inzicht in de structuur van de hedendaagse Indonesische samenleving. Promotie: 1 juni.
Voorraden voor het kloppend hart van de VOC
Batavia werd begin 17de eeuw door de VOC ( Verenigde Oost-Indische Compagnie) gebouwd als centrale haven voor de Compagnieschepen die tussen Oost-Indië en de Republiek der Nederlanden voeren. Gaandeweg ontwikkelde de stad zich tot een van de grootste handelscentra van Azië. Om zo'n groot centrum te kunnen bevoorraden had Batavia een achterland nodig dat voedingsmiddelen, bouwmaterialen en mankracht leverde: de Ommelanden.
Etnische diversiteit
In de beginjaren werd er in Batavia nauwelijks voedsel verbouwd voor plaatselijke consumptie. Om dit probleem op te lossen, bevolkte de koloniale regering het achterland met boeren. Omdat de plaatselijke Javaanse vorsten de VOC vijandig gezind waren, vond men het het veiliger om mensen van verder weg aan te trekken. Dit leidde ertoe dat het gebied werd bevolkt door Europeanen, Chinezen, Mardijkers (een verzamelnaam voor alle vrijgelaten, hoofdzakelijk christelijke slaven en hun afstammelingen) en Indonesiërs. Kanumoyoso: 'De meeste historici die onderzoek doen naar Batavia richten zich vooral op de geschiedenis van de Nederlanders die in de stad zelf woonden. Ik heb een ander perspectief gekozen en me gericht op de sociaaleconomische ontwikkeling van de verschillende inheemse bevolkingsgroepen van het achterland. Hoe zag hun leven eruit?'
Vrijheid onder koloniaal bestuur
Het hoogste gezag in de Ommelanden was in handen van het regionale bestuur. Er was maar weinig geld en personeel beschikbaar, terwijl de bevolking in de loop van de 17de en 18de eeuw gestaag groeide. Daardoor bleef de bemoeienis van de Compagnie met plaatselijke inheemse aangelegenheden tot een minimum beperkt. Dat betekende dat het hoofd van een kampong zeer veel vrijheid had om zelf zijn zaken te regelen.
Begrip van de moderne Indonesische samenleving
'Naast deze vrijdheid', betoogt Kanumoyoso, 'lukte het de sterk verschillende etnische groepen die samen de Ommelanden bevolkten om samen te werken en ondanks hun verschillen eendrachtig samen te leven. Deze bewoners wisten hun eigen tradities en gewoonten te behouden. Zij waren in feite de voorouders van de Indonesiërs van nu. Daarom is onderzoek naar de manier waarop zij hun leven organiseerden en, ondanks de zeer uiteenlopende achtergronden, een eenheid smeedden, van groot belang voor ons begrip van de moderne Indonesische samenleving. Dergelijk historisch onderzoek is bovendien van onschatbare waarde en een voorbeeld van hoe mensen met verschillende etnische achtergronden gezamenlijk een nieuwe gemeenschap vormgeven. Uitermate relevant gezien de etnische diversiteit van onze hedendaagse samenleving.'
TANAP-programma
Onder leiding van prof.dr. Leonard Blussé van Oud-Alblas, hoogleraar in de Aziatisch-Europese betrekkingen, werkten zo'n twintig onderzoekers aan het internationale TANAP-project in geschiedschrijving. TANAP staat voor Towards A New Age of Partnership. Bondan Kanumoyoso was één van de deelnemers van de eerste lichting Advanced Master studenten van TANAP in 1991. Hij is er later in geslaagd via het NUFFIC zijn promotieonderzoek gefinancierd te krijgen.
Het TANAP-programma eindigde in 2007 en heeft een vervolg gekregen in het Encompass-programma: 'Encountering a Common Past in Asian History'. Verschillende TANAP-onderzoekers zullen in dit programma het onderzoek in eigen land voortzetten.
Promotie
Bondan Kanumoyoso
Beyond the City Wall: Society and Economic Development in the Ommelanden of Batavia, 1684-1740
Woensdag 1 juni 2011, 13:45
Promotor: Prof.dr. J.L. Blussé van Oud Alblas
Academiegebouw, Rapenburg 73