Universiteit Leiden

nl en

Alumnus Bart Jansen: ‘Het is aan ons, als rechtsfilosofen, om de tijd te duiden’

Rechtsfilosoof Bart Jansen is verbonden aan universiteiten over de hele wereld. Twee jaar geleden vertelde hij ons in een interview over zijn professionele interesse in dictators en oorlogen. Sindsdien is de wereld sterk veranderd. Hoog tijd dus voor een vervolginterview.

Alumnus Bart Jansen
Alumnus Bart Jansen

Eerder verklaarde je jouw interesse in rechtsfilosofie als een interesse in ‘alles dat fout gaat of fout kan gaan’. Vind je vanuit jouw vakgebied dat we in een spannende tijd leven?

We leven in een heel spannende tijd. Ik sta er als rechtsfilosoof een beetje dubbel in. Enerzijds sta ik met mijn bek vol tanden, maar aan de andere kant is het aan ons rechtsfilosofen om nu juist deze tijd te duiden. Ik vraag me alleen soms af of mijn vakgebied die urgentie wel deelt. Hiermee doel ik op het feit dat rechtsfilosofisch onderzoek te vaak niet echt inspeelt op de urgentie van vandaag. Rechtsfilosofen kunnen bijvoorbeeld helemaal opgaan in een Hart-Dworkin-debat over rechtspositivisme, maar voor een student rechten of een normale burger maakt dat geen bal uit.

Er zijn veel rechtsfilosofische opleidingen in Nederland die vasthouden aan dat soort academisch geneuzel, terwijl de wereld in brand staat. Rechtsfilosofie zie je elke dag op tv, in de kranten, op straat en voel je in je lichaam. Het is een kwalijke zaak om ons te richten op kennis die de ivoren toren van de academie nooit verlaat. Dat navelstaren en je niet interesseren in de ‘grote boze mensenwereld’ vind ik echt jammer.

Je woont in de Verenigde Staten. Is dat met alle politieke ontwikkelingen daar nog houdbaar voor jou als academicus?

Vooralsnog heb ik geen problemen ervaren met dingen als het verlengen van mijn visum. Er is alleen wel een ‘new sheriff in town’ en ik sta als academicus niet op zijn lijst met meest favoriete mensen. De sfeer op mijn universiteit daar, New York University, is dezer dagen bijzonder kil – om het zacht uit te drukken.

Twee jaar geleden zei je dat je het recht alleen veel te saai vond. Wat deed je tijdens je studententijd om jezelf uit te dagen?

Al vanaf jongs af aan wilde ik naar de kunstacademie. Ik maakte ook al veel kunst. In mijn studententijd bereikte ik een punt dat ik rechten saai en droog begon te vinden. Toen verdiepte ik me in keuzevakken als kunstfilosofie. Daarnaast ging ik een jaartje uit op de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Op de kunstacademie maakte ik kennis met een heel ander soort student met andere mensbeelden. In eerste instantie voelde dit als een verademing, maar na een tijdje met die mensen te zijn omgegaan, raakte ik ook wat verveeld van de zelfverklaarde genieën die zich vastgrepen aan een citaat van Nietzsche.

Via dit omweggetje keerde ik terug naar de rechtenfaculteit en kreeg ik weer zin in mijn studie. Mijn passie lag toen eigenlijk al bij rechtsfilosofie, maar een kinderlijke gedachte overheerste om advocaat te worden, omdat iedereen nu eenmaal advocaat wordt. Na een aantal stages tijdens mijn master kwam ik er al snel achter dat de advocatuur niks voor mij was.

Uiteindelijk koos je dus voor een carrière in de academische wereld. Waarom?

De universiteit trok mij heel erg, omdat ik lesgeven leuk vond en veel plezier had gehad bij het schrijven van mijn scripties. Ik vind de academische wereld een fijn bolwerk met veel vrijheid. Op momenten dat ik geen lesgaf, had ik de vrijheid om mijn wederhelft in Parijs veel op te zoeken. Onderzoek kan ik overal doen en als ik bij wijze van spreken ergens in de zon Hegel of Heidegger lees, ben ik aan het werk.

Heb je nog steeds plezier in lesgeven en onderzoek doen?

Jazeker, ik kan hier nog wel jaren mee doorgaan. Ik moet wel verandering van spijs hebben, dus ik kan niet op één plek zitten; tenminste, nóg niet. Op dit moment wil ik op veel verschillende plekken werken en verschillende culturen meemaken. Vooralsnog lukt dat door goed te plannen en tijd voor onderzoek streng te bewaken.

Als je terugkijkt op je carrière en je studententijd, zijn er dan dingen die je met de kennis van nu anders had gedaan?

Ik zou eerder begonnen zijn met iets naast rechten studeren. In eerste instantie wilde ik altijd filosofie erbij doen, maar door de drukte rondom het uit huis gaan en een actief sociaal leven, kwam dat er niet van. Pas veel later ontdekte ik hoe leuk studeren kon zijn. Mijn leven in Leiden speelde zich vooral af tussen mijn huis, het KOG, de kroeg de L’Espérance en mijn studentenvereniging. Eigenlijk alles op één vierkante centimeter. Achteraf gezien had een buitenlandervaring mij daarom ook wel leuk geleken. Inmiddels denk ik dat ik die ervaring wel heb ingehaald. Het belangrijkste is dat je je als student zo breed mogelijk ontwikkelt.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.