Universiteit Leiden

nl en

Nu ook in Indonesië: De vlinders van Boven-Digoel

Drie jaar geleden publiceerde universitair hoofddocent Alicia Schrikker De vlinders van Boven-Digoel, waarin ze verschillende verhalen over het koloniale leven in het huidige Indonesië optekende. Nu is er een vertaling door Rianti Manullang, die naast haar vertaalwerk ook docent is aan de Universitas Indonesia in Jakarta en in Leiden promoveert aan het LUCAS.

‘Tijdens mijn onderzoek in de archieven kwam ik soms verhalen tegen vanuit het perspectief van gewone mensen die ontzettend tot de verbeelding spraken, zoals een postbode in Atjeh, schoolmeisjes in Banjarmasin of twee slaafgemaakte jongens in Makassar, vertelt Schrikker. ‘Ik begreep de geschiedenis er ineens beter door. Daardoor is het idee ontstaan om die verhalen te bundelen. Dat is De Vlinders van Boven-Digoel geworden.’

De titel verwijst naar een van de twaalf verhalen, over een vlindercollectie die onder dwang aangelegd is in Boven-Digoel waar veel politieke gevangenen, voornamelijk Indonesische nationalisten, werden opgesloten tijdens de koloniale periode.

Toen ik kort na de publicatie in Yokyakarta een lezing gaf over die vlinders, plaatste een Indonesische collega  een korte video van mijn presentatie op Twitter. Die werd zo ontzettend vaak bekeken en gedeeld dat de Indonesische  uitgever op het idee kwam om het boek te vertalen voor een Indonesisch publiek.’

Kopje koffie in Leiden

Manullang werd aangetrokken om die vertaling te maken. ‘De interesse in koloniale geschiedenis wordt steeds groter in Indonesië, maar veel van de teksten zijn nog in het Nederlands’, vertelt zij. ‘Ik vond het interessant dat deze opdracht de kans bood om de kennis van mensen te vergroten. Boven-Digoel bijvoorbeeld symboliseert onderdrukking, verzet en de strijd voor vrijheid. Het verhaal van deze plek geeft een diep inzicht in de koloniale geschiedenis en de persoonlijke offers die zijn gebracht in de strijd tegen het koloniale bewind.’

‘Ik wist helemaal niet dat Rianti ook in Leiden zat’, vertelt Schrikker. ‘Toen ik dat hoorde, heb ik haar uitgenodigd voor een kop koffie, zodat we nog wat kleine wijzigingen konden bespreken. In de eerste versie noemde ik bijvoorbeeld wat namen waarvan ik me inmiddels afvroeg of dat handig was.’

Keuzes maken

Ook andere aspecten van het boek vereisten wat denkwerk en overleg. In het Nederlands wordt tegenwoordig vaak het woord “tot slaaf gemaakt” gebruikt in plaats van “slaaf”. Dit is een bewuste keuze om de nadruk te leggen op het feit dat slavernij een opgelegde situatie was, en niet een identiteit ’, verduidelijkt Manullang. ‘Echter, in het Indonesisch is het woord “budak” (slaaf) niet zo anders in betekenis dan “slaafgemaakten” (Indonesisch: "yang diperbudak") omdat in beide termen de nuance van onderdrukking en repressie aanwezig blijft. Verder heb je het Indonesische “jongos”, dat komt van het Nederlandse woord “jongens” maar verwijst naar bijvoorbeeld een dienaar of bediende. Zo’n taalhistorisch verband zou een mooie toevoeging aan de vertaling kunnen zijn, omdat het de invloed van de Nederlandse taal op het Indonesisch benadrukt en extra context biedt voor de lezer.’

Schrikker: ‘Enerzijds zijn we allemaal bezig met een gesprek over woordkeuze, maar tegelijkertijd zie je dat in Indonesië andere woorden problematisch zijn dan hier.

In de winkel

Inmiddels zijn alle vraagstukken opgelost en ligt de vertaling in de winkel. ‘Ik vind het heel spannend dat dit boek in Indonesië misschien nog wel interessanter en relevanter gevonden wordt dan hier’, vertelt Schrikker. ‘Ik denk dat er nog zoveel meer mee gedaan kan worden, dus ik hoop dat dit stimuleert om de archieven in te gaan.’

‘De eerste reacties zijn in elk geval positief’, zegt Manullang. ‘Ik had een stukje op LinkedIn geplaatst en daar werd flink op gereageerd, ook door mensen die ik zelf niet ken. Ik denk dat de Indonesiërs echt zaten te wachten op een boek als dit.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.