Universiteit Leiden

nl en

Defensieminister tijdens Oekraïne-symposium: ‘We hebben als Europa maar één kans om dit goed te doen’

Drie jaar later en de belangstelling voor Oekraïne is zeker niet verminderd. Het auditorium op locatie Wijnhaven was maandag juist volledig volgeboekt. Honderden mensen, inclusief de militaire top, luisterden naar de speech van defensieminister Brekelmans. Hij wees hen erop: ‘We leven in Nederland nu in een grijze zone, tussen oorlog en vrede.’

In de rijen vooraan de zaal zitten onder meer de Commandant der Strijdkrachten, Onno Eichelsheim en de directeur van de MIVD, Peter Reesink. De decorandi die een onderscheiding krijgen van de minister, moeten nog even geduld hebben. Zij krijgen de herinneringsinsignes voor de inzet voor Oekraïne pas na zijn speech opgespeld.

De welkomstwoorden komen van hoogleraar Oorlogsstudies Frans Osinga, waarna generaal-majoor Robert Adang het overneemt. Het is zijn derde keer op het podium tijdens het jaarlijkse Oekraïne-event van de Universiteit Leiden in Den Haag. ‘Hopelijk kan die traditie dit jaar eindigen’, zegt hij. ‘De context is veranderd sinds vorig jaar. Zelfs definities als vriend en bondgenoot krijgen een nieuwe betekenis. Krijgt de agressor zijn zin en wordt hij beloond?’

Speech Brekelmans

Niet wat defensieminister Ruben Brekelmans betreft. Hij betreedt het podium en maakt duidelijk de feiten te willen benoemen: ‘Rusland is de agressor, Poetin de dictator. Rusland is Oekraïne zonder reden illegaal binnengevallen’. Wat we moeten doen? Dat is duidelijk: Oekraïne blijven steunen. Door middel van F16-trainingen, een grootschalig drone-project, maar ook met bijvoorbeeld medische hulp. ‘Zelfs al stopt het vechten dit jaar, de steun moet blijven. Dit om toekomstige Russische agressie tegen te gaan.’

Lees hier de volledige speech van minister Brekelmans in het Engels.

Ook benoemt Brekelmans de recente ontwikkelingen, met Trump die wil onderhandelen zonder Oekraïne aan tafel. ‘Je kunt niet over Oekraïne praten zonder Oekraïne. Ook moeten ze veiligheidsgaranties krijgen. Wij willen als Europa ook niet dat de VS voor ons bepalen, het gaat hier om onze veiligheid. Niets zonder Europa. Ik zei het als een grapje, maar bedoel het serieus: no true troop formation without representation.’

Alleen vrede met kracht

Brekelmans vertelt dat we vrede alleen kunnen krijgen met kracht. ‘We willen duurzame vrede. Als het geweld in Oekraïne stopt, kost het Rusland naar schatting een jaar om te hergroeperen. Wat als er ineens 300.000 soldaten bij de grens van de Baltische Staten staan? Poetin wil ons provoceren en kijken hoe we reageren. Ze hebben de intentie en militaire mogelijkheden om de agressie door te zetten. We moeten afschrikken, en snel ook. De Russische agressie is overal, kijk naar de hackers, cyberaanvallen, de Noordzee, infrastructuur, drones.’

‘De Russische agressie beïnvloedt ons allemaal. We leven in Nederland tussen oorlog en vrede. Om onze samenleving meer veerkrachtig te maken in deze grijze zone, moeten we niet enkel kijken naar de EU en de Navo, maar allemaal bijdragen. Is iedereen er klaar voor, weet iedereen wat te doen als er geen elektriciteit is? Ook kan je je afvragen of je handige skills hebt voor het leger, zonder dat je militair hoeft te zijn: IT, logistiek, gezondheidszorg en meer.’

'Wij kunnen dit, dat is het goede nieuws'

De vraag is volgens de minister dan ook: wat kan de samenleving doen voor het leger, in plaats van andersom? ‘We hebben nu actie nodig, we hebben als Europa maar één kans om dit goed te doen. We kunnen dit, dat is het goede nieuws. We zijn veel sterker, rijker en innovatiever dan Rusland, China, Noord-Korea en Iran gezamenlijk. Laten we die 100 jaar vrijheid bereiken en weer tachtig jaar vrede doorgeven aan onze kinderen en kleinkinderen. We hoeven niet allemaal een wapen te dragen, maar wel de verantwoordelijkheid om te beschermen wat we hier hebben.’

Lees onderaan dit artikel de reacties van twee vragenstellers uit het publiek. 

Decorandi, paneldiscussie en dankwoord

Na de speech van de minister is het tijd voor de onderscheidingen. Iedereen in de zaal staat op voor het bijzondere moment en majoor Ivora Noort staat klaar met de tien insignes. Brekelmans schudt de decorandi een voor een de hand. Na een korte Q&A met de minister, verlaat hij het podium en start de paneldiscussie. Aan tafel Robert Serry, ooit de eerste Nederlandse ambassadeur in Oekraïne, plaatsvervangend ambassadeur in Oekraïne Esselien van Eerten en Bob Deen, onderzoeker bij het Clingendael Instituut. Sabine Mengelberg, docent International Security Studies bij de Nederlandse Defensie Academie, is de moderator.

Tenslotte een dankwoord van Robert Adang: ‘Wat een geweldig publiek. Studenten, generaals, iedereen samen in een ruimte. Dit moeten we vaker doen. En respect voor de moedige mensen in Oekraïne. Wat jullie de afgelopen drie jaar hebben gedaan is ongelooflijk.’

Vraag voor Brekelmans

Nardjissa Ikhlef, student Security Studies, kreeg een luid applaus op haar vraag voor de minister over de vernieuwde rol van de VS, waarom hij daar niet over sprak en het afdeed als onderdeel van onderhandelen. Na het symposium vertelt zij:

‘De minister beschreef de huidige situatie waarin er noch vrede noch oorlog is. In zijn boek On War betoogde Clausewitz dat oorlog de voortzetting van politiek met andere middelen is en dat oorlogsvoering verwijst naar de manier waarop dit wordt uitgevoerd. ‘Vreedzaamheid’ is echter een betwist concept.

De minister had gelijk door te wijzen op politieke inmenging en destabiliserende activiteiten zoals desinformatiecampagnes, cyberaanvallen en andere vormen van ‘hybride oorlogsvoering’ die onze democratieën ondermijnen. In de 21e eeuw verwijst oorlogsvoering niet meer uitsluitend naar aanwezige soldaten.

Dit creëert een soort ‘grijze zone’. Er is geen open gewapend conflict, maar tegelijkertijd ontbreken de voorwaarden voor echte vrede en politieke stabiliteit. Men zou zich kunnen afvragen: als er geen vrede is en geen oorlog, hoe moeten we dan dit vacuüm noemen dat de minister beschrijft?

Mijn vraag ging over de geopolitieke verhoudingen die zijn verschoven met Trump aan de macht. De VS vragen ons niet alleen om onze defensiestructuren te versterken, zoals minister Brekelmans stelde; het is in feite een noodzaak geworden. De door de VS geboden veiligheid, waarop Europa een afhankelijkheid heeft ontwikkeld, is aan het wankelen gebracht (en wellicht was Europa hierop nog steeds onvoldoende voorbereid).

Volgens minister Brekelmans is dit een diplomatieke kwestie. Zijn verklaring voor ons afhankelijke gedrag ten opzichte van Amerikaanse steun is dat de acties van de huidige Amerikaanse regering als onderhandelingstactieken dienen.

Als de onderhandelingstactieken van de VS een beslissende druk uitoefenen op het Europese defensiebeleid, lopen Europese landen dan het risico in die grijze zone te blijven die noch volledig in oorlog noch in vrede is, zoals de minister beschrijft? En tegelijkertijd niet helemaal de controle over hun eigen lot hebben?'

Vraag voor het panel

Monica den Boer, bijzonder hoogleraar Politiestudies, zat ook in de zaal. Ze stelde een vraag aan het panel over het EU-lidmaatschap.

'Het EU-lidmaatschap voor Oekraïne wordt in de hele discussie niet of nauwelijks genoemd en daar mag best aandacht op gevestigd worden. Dit moet worden meegenomen in de transitie naar een nieuwe mogelijke situatie. Als de EU voor zichzelf moet gaan zorgen dan betekent het dat we Oekraïne erbij moeten halen. Er zijn wel twee dingen: je erft een oorlog en een land dat deels in puin ligt. De EU moet dus direct aan de slag met de reconstructie, áls Oekraïne dat zelf nog steeds wil. Soevereiniteit weegt superzwaar; wij gaan niet bepalen wat Oekraïne wil, maar kunnen de helpende hand bieden. We moeten het debat hierover aangaan en nadenken over de condities waaronder dit zou kunnen gebeuren als Oekraïne dit nog wil. Dat moet onderdeel worden van de grotere discussie over het brengen van veiligheid binnen Europa.

Ook vanuit politieperspectief is Oekraïne ontzettend belangrijk. Allereerst: we moeten recht doen aan de Oekraïners, na de oorlogsmisdaden van Rusland. We moeten er als Europa voor zorgen dat het recht zal zegevieren. Dit met forensisch bewijs van het slagveld, waar Nederlandse politie en marechaussee dit hebben verzameld voor het ICC (International Criminal Court). Dat moeten we niet uit onze handen laten vallen. Het tweede is dat Oekraïne zelf ook worstelt met (interne) veiligheid, zoals drugs- en wapenhandel. Deze wapens kunnen in de verkeerde handen terechtkomen. Het derde is de veiligheid van burgers zelf,  je moet iets doen om de veiligheid duurzaam te kunnen bewaken. Met name voor de kwetsbare mensen, zoals kinderen, ouderen. Zelf kunnen ze hier wellicht niet toe in staat zijn, maar de internationale politie mogelijk wel. Ook zit er veel trauma en daar moeten we als politie en veiligheidsorganisaties over gaan nadenken.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.