Neuropsycholoog Rik Schalbroeck ontvangt prijs voor onderzoek naar autisme, het brein en sociale factoren bij mentale problemen
Schalbroeck heeft de Early Career Award van de Nederlandse Vereniging voor Neuropsychologie ontvangen voor zijn onderzoek naar de rol van het brein en sociale stressfactoren bij het ontwikkelen van psychoses, onder andere bij jongvolwassenen met autisme. Wat zijn zijn toekomstplannen?
Wat betekent deze erkenning voor jou persoonlijk en voor je onderzoek in de neuropsychologie?
‘De afgelopen jaren heb ik mij, in samenwerking met vele andere onderzoekers, gericht op het beter begrijpen van autisme, psychose en de rol van het brein en sociale stressoren zoals gepest worden. Binnen deze onderzoeken maken wij gebruik van psychologische, epidemiologische en neuroimaging-methoden om zo een volledig beeld te krijgen van wat er speelt. De erkenning van de NVN voelt als een grote waardering voor het werk dat we tot nu toe hebben gedaan. Persoonlijk ervaar ik het als een enorme motivatie om dit onderzoek voort te zetten.’
Wat hoop je met je onderzoek verder te ontwikkelen?
‘In de komende jaren wil ik meer inzicht krijgen in de complexe wisselwerking tussen de sociale omgeving en het brein bij autisme en psychose. Hiermee hoop ik een bijdrage te kunnen leveren aan nieuwe strategieën voor vroegtijdige signalering van mentale gezondheidsproblemen. Daarnaast wil ik hiermee de weg vrijmaken voor betere preventieve interventies en een meer gepersonaliseerde aanpak van zorg.’
Met welk onderzoeksproject ben je nu bezig?
‘Binnenkort start ik in samenwerking met het Amsterdam UMC een studie die de relatie onderzoekt tussen nieuwe MRI-technieken voor het meten van dopaminefuncties en psychosegevoeligheid bij jongvolwassenen. Daarnaast blijven we onderzoek doen bij autistische jongvolwassenen en andere kwetsbare populaties, met als doel beter te begrijpen hoe biologische en sociale factoren samen bijdragen aan hun mentale gezondheid. Het uiteindelijke doel is om deze kennis te vertalen naar concrete verbeteringen in diagnostiek en zorg.’