Alumna Tessa Schiethart: ‘Als ik terug zou mogen naar mijn studententijd, zou ik meteen gaan’
fotografie: Yvonne Apeldoorn Photography
Dat Tessa Schiethart haar bachelor International Studies afsloot met een scriptie over de redenen van Indonesische vrouwen om zich te sluieren, was toeval. Dacht ze. Zes jaar later ligt haar boek Zien en gezien worden in de winkels, waarin ze schrijft over haar leven met een wijnvlek en zichtverlies.
‘Als ik nu terugkijk op mijn scriptieonderwerp, denk ik: dat heeft zo moeten zijn, maar als meisje dacht ik gewoon: O, dat vind ik een interessant onderwerp’, lacht Tessa, die zich tijdens haar bachelor International Studies specialiseerde in Azië. Als fanatieke student schoof ze daarnaast regelmatig aan bij Leidse vakken over antropologie, boeddhisme en hindoeïsme. ‘Als ik terug zou mogen, zou ik meteen teruggaan,’ vertelt ze. ‘Ik vond het heerlijk om al die informatie te mogen absorberen en lekker te mogen lezen en schrijven.’
Toch was ze naar eigen zeggen ‘geen conventionele student’. ‘Voordat ik ging studeren, had ik in een tussenjaar yoga en ayurveda ontdekt. Dat vond ik zo interessant dat ik om vijf uur opstond, zodat ik voordat ik om negen uur de collegezaal binnenging al had gemediteerd en yoga had gedaan. En dan zat ik daar tussen studenten met een kater, ja.’
Het syndroom van Sturge-Weber
Tessa’s interesse in filosofie en holistische geneeswijzen komt onder meer voort uit haar eigen situatie. Ze is geboren met het syndroom van Sturge-Weber, waardoor ze een grote wijnvlek op haar gezicht heeft en verminderd zicht aan één oog. ‘Toen ik begon met studeren was mijn zicht vrij stabiel, maar ik had vaak wel extra tijd nodig, omdat mijn ogen een tekst anders verwerken. Gelukkig heb ik van de basisschool tot de universiteit ervaren dat onderwijsinstellingen rekening met me hielden, maar zeker in een grote organisatie als de universiteit is het wel vereist dat je je behoeftes daarin uitspreekt.’
Van persoonlijk verhaal tot scriptie
Waar Tessa’s aandoening tijdens haar bachelor vooral voor praktische uitdagingen zorgt, krijgt deze vanaf haar master Culture, Organisation and Management aan de Vrije Universiteit een steeds prominentere plek in haar werk. ‘Als we het tijdens college over diversiteit en inclusie hadden, ging dat vaak gepaard met een soort hokjesdenken. Je had leeftijd, gender, etniciteit en dat was het, terwijl ik me afvroeg hoe het met andere uiterlijkheden zat. Wat doet het als je een ander gezicht hebt dan de norm? Een vriendin van me zei toen: dan schrijf jij daar toch een scriptie over?’
Tessa besluit haar eigen verhaal op Instagram te delen, in de hoop verhalen van anderen terug te krijgen. De respons is overweldigend: in plaats van de zestien aanmeldingen voor diepte-interviews die ze nodig heeft voor haar scriptieonderzoek, ontvangt ze meer dan tweehonderd verhalen. ‘Ik had makkelijk op het onderwerp kunnen promoveren, maar ik wilde liever mensen helpen,’ vertelt ze. ‘Uiteindelijk heb ik mijn onderzoek daarom omgebouwd naar een praktijk waar ik vrouwen begeleid rondom de thema’s zichtbaarheid, schoonheid, uniek zijn, rust creëren en omgaan met onverklaarbare symptomen.’
Schrijfdroom
Het concept slaat aan, en na een paar jaar wordt Tessa benaderd om een boek te schrijven. ‘Ik had al heel lang de droom om te schrijven, dus dit verzoek was een groot cadeau.’ En wat haar betreft is Zien en gezien worden niet haar laatste boek. ‘Als je in een lijf leeft waarvan je soms niet weet wat het gaat doen, is de vraag wat je in de toekomst gaat doen beladen, maar ik zou de thema’s waarmee ik nu werk graag verder willen uitwerken. Ik ben zelfs al een beetje bezig aan een boek over beauty. En dan niet over welke producten je op je huid moet smeren, maar waarom je dat überhaupt zou doen. Dat gaat ook weer over zien en gezien worden, inderdaad. Op een bizarre manier sluiten alle stappen op mijn pad naadloos op elkaar aan. Dat vind ik mooi om te zien.’