In memoriam: Prof.dr. Leo van der Kamp: een veelzijdig wetenschapper
Hoe bepaal je of een psychologische test betrouwbaar en valide is? Hoe meet je de overeenstemming tussen verschillende beoordelaars? Hoe breng je de ontwikkeling over tijd in kaart van personen gemeten op meerdere variabelen? Deze vragen op het gebied van psychometrie, in het bijzonder de testtheorie en multivariate data-analyse, stonden centraal in het werk van Leo J. H. van der Kamp, hoogleraar in de Methoden en Technieken van psychologie aan de Universiteit Leiden. Hij overleed op 84-jarige leeftijd op 14 september 2022.
Leo studeerde af in de psychologie in 1966 en werd in datzelfde jaar wetenschappelijk medewerker. Hij promoveerde bij prof. dr. John van de Geer op 2 september 1974 op het proefschrift 'Studies in reliability'. Zijn benoeming als lector volgde 11 dagen later. Hij aanvaardde officieel het ambt van Lector in de Methoden en Technieken van de Psychologische Research op 30 januari 1976 met een inaugurele rede getiteld “Psychometrie”. Op 20 december 1979, de dag na zijn 42e verjaardag, volgde de benoeming tot gewoon hoogleraar in hetzelfde vakgebied.
Zijn wetenschappelijk werk kenmerkte zich door een brede interesse en belezenheid. Dit bleek al uit zijn vroege tijdschriftpublicaties over het waarnemen van medeklinkers (uit 1969 en 1971) met collega’s van het toenmalige TNO Instituut voor Zintuigfysiologie in Soesterberg. Maar ook uit zijn eerste solo publicatie in het tijdschrift Educational & Psychological Measurement uit 1973, dat een nieuwe methode voorstelde om aan attitude uitspraken schaalwaarden toe te kennen. Hierdoor kunnen in principe beter verantwoorde scores berekend worden voor iemands attitude tegenover de kerk, bijvoorbeeld. Ook manifesteerde Leo zich al gauw als redacteur van bundels, samen met Dato de Gruijter, die in 1966 als student-assistent bij hem begonnen was, en na zijn afstuderen was gaan werken bij het Leidse Bureau Onderzoek voor Onderwijs (de voorloper van het huidige ICLON). In 1976 verschenen de door hen geredigeerde Proceedings van een internationaal symposium dat een jaar eerder had plaatsgevonden in Montreux (Zwitserland), getiteld “Advances in Psychological and Educational Measurement”. In 1980 verscheen het vervolg hierop, gebaseerd op een congres dat ze enkele jaren eerder in Leiden hadden georganiseerd, waarvan de Proceedings getiteld waren “Psychometrics for Educational Debates”.
Dit bleken slechts vingeroefeningen voor het echte werk; Leo en Dato gingen nu zelf boeken schrijven. In 1984 verscheen “Statistical Models in Psychological and Educational Testing” bij Swets & Zeitlinger, een ambitieuze poging om een synthese te geven van de verschillende stromingen, theorieën en modellen die zich in dit domein vrij onafhankelijk ontwikkeld hadden. In 2008 volgde “Statistical Test Theory for the Behavioral Sciences”, uitgegeven door Chapman & Hall. Dit boek was meer een nuttig naslagwerk voor toegepaste onderzoekers, die zich willen oriënteren op de nieuwste ontwikkelingen, relevante software, en standaarden in de wereld van het testen. Verder schreef hij met diverse medewerkers van zijn vakgroep een overzichtswerk over de analyse van gegevens die die op verschillende tijdstippen verzameld zijn (Bijleveld, Van der Kamp, Mooijaart, Van der Kloot, Van der Leeden & Van der Burg (1998), “Longitudinal data analysis: Designs, models and methods”, uitgegeven door Sage).
Het Nederlandse taalgebied werd ook ruimschoots bediend. In 1975 werkte Leo samen met zijn broer Max van der Kamp - op dat moment werkzaam bij het Kohnstamm Instituut voor Onderwijskunde in Amsterdam - aan een literatuurstudie voor de zojuist opgerichte Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), getiteld “Kansen op Onderwijs”, waarin het vooral ging om de ongelijkheid in het onderwijs aan te pakken. Ook samen met zijn broer redigeerde hij de bundel “Methodologie van Onderwijsresearch”, die verslag deed van de lezingen over dit thema op de landelijke Onderwijs Research Dagen in 1982. Voor het onderwijs aan psychologie studenten verscheen voor het eerst in 1980 (vele heruitgaven zouden volgen) het studieboek “Methoden en Technieken van Psychologisch Onderzoek (2 delen)”, bij uitgeverij Boom. Dit boek werd niet alleen in Leiden gebruikt, maar ook op diverse andere Nederlandse universiteiten en hogescholen. De auteur droeg de naam Meerling, een collectief pseudoniem van alle toenmalige medewerkers van zijn eigen afdeling en van de afdeling Datatheorie onder leiding van John van de Geer. Mede onder Leo’s invloed was bij de Leidse methodologen samenwerken en de boodschap verspreiden een vanzelfsprekende gewoonte geworden.
Leo begeleidde vele scripties en proefschriften, in allerlei domeinen van de sociale en gedragswetenschappen. We noemen slechts drie van zijn meest bekende promovendi. Louis Tavecchio promoveerde in 1977 op het proefschrift “Quantification of Teaching Behavior in Physical Eduction”, en na een periode werkzaam te zijn geweest bij de Leidse afdeling Algemene & Gezinspedagogiek werd hij in 2001 aan de Universiteit van Amsterdam benoemd tot hoogleraar Pedagogische aspecten en kwaliteit van kinderopvang. Verder promoveerde Peter van der Heijden in 1987 op het proefschrift “Correspondence Analysis of Longitudinal Categorical Data”, en werd hij in 1990 benoemd tot hoogleraar Statistiek t.b.v. de Sociale Wetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Als laatste noemen we Jeroen Jansz, die in 1991 promoveerde op het proefschrift “Person, Self, and Moral Demands” en na een lange periode van werkzaamheid bij de Universiteit van Amsterdam in 2009 benoemd werd aan de Erasmus Universiteit Rotterdam tot hoogleraar Communicatie en Media. Deze voorbeelden tonen opnieuw Leo’s veelzijdige interesses en invloed.
Hij stond onder zijn collega’s bekend als een zeer sociaal en weldenkende collega met gevoel voor humor en interesse in verre reizen. Als docent was hij inspirerend en gemakkelijk benaderbaar voor zijn studenten. Hij nam ook vele bestuurlijke verantwoordelijkheden op zich, zowel binnen zijn eigen faculteit als daarbuiten. Beroepsmatig leverde hij waardevolle bijdragen als redactielid van Pedagogische Studien (Tijdschrift voor Onderwijskunde en Opvoedkunde), en in de redactie van de M&T Series van de DSWO Press, een Leidse uitgeverij bij de Faculteit der Sociale Wetenschappen. De M&T Series verzorgde in de jaren 1980-2000 commerciële uitgaven van tientallen proefschriften. Dit nam o.a. zo’n grote vlucht door de oprichting in 1987 van de Interuniversitaire Onderzoekschool voor Psychometrie en Sociometrie (IOPS), die vrijwel alle methodologische onderzoeksgroepen in Nederland en België verenigt d.m.v. een gedeeld postacademisch onderwijsprogramma en halfjaarlijkse conferenties. Leo stond namens Leiden aan de wieg van het IOPS.
In 2003 ging Leo met emeritaat. In zijn jaren als emeritus bleef hij actief en was hij vaak te vinden op de Faculteit der Sociale Wetenschappen. Ook wijdde hij zich in die periode eens te meer aan zijn grote interesse in de Oosterse cultuur, die al begonnen was toen hij in de tweede helft van de 70-er jaren met de Trans Siberië Expres vanuit Moskou naar China reisde, met zijn goede vriend Frans van der Meer. Sindsdien waren verre reizen zijn grote liefde, en zo zullen wij hem herinneren.
Elise Dusseldorp
Kees Verduin
Willem Heiser