'We willen academische kennis inzetten om de tuinbouwsector duurzamer te maken'
De Nederlandse tuinbouwsector staat voor de uitdaging om in 2030 volledig circulair te zijn. Om deze transitie mee te sturen en een duwtje in de goede richting te geven, gaat hoogleraar Milieubiologie Peter van Bodegom zich vier jaar lang inzetten. Vanuit Leiden-Delft-Erasmus Centre for Sustainability (LDE CfS) zal hij academische kennis inzetten om duurzaamheidsvraagstukken in de tuinbouwsector aan te pakken.
Hoe kun je ervoor zorgen dat de tuinbouwsector de omslag maakt naar een circulaire economie, en dus duurzaam produceert? Dat is de hamvraag waar Van Bodegom zich over gaat buigen in de leeropdracht ‘Circulaire Internationale Tuinbouwsystemen’. Met de Agrifood hub van het LDE CfS is hij al enkele jaren actief bezig met duurzaamheidsvraagstukken voor de tuinbouwsector.
Afgelopen paar jaar heeft de Agrifood hub een netwerk van academische partners, bedrijfsleven en (semi-)overheid opgebouwd dat zich bezighoudt met deze vraagstukken en zich ook hard maakt deze kennis in te zetten in de praktijk. 'We willen binnen deze leeropdracht één aanspreekpunt zijn voor vragen binnen de sector omtrent circulaire tuinbouw en vooral ook mensen verbinden.’
De grootste uitdagingen voor de tuinbouwsector
De leeropdracht is een initiatief van de gemeente Westland en moet ervoor zorgen dat de transitie naar een duurzame productie van tuinlandbouw een versnelling krijgt. Van Bodegom zal deze positie gedurende vier jaar een dag in de week invulling geven.
Hij wil hierbij de expertise van de drie universiteiten zo efficiënt mogelijk inzetten. Zo kan de technologische kennis van de TU Delft bijvoorbeeld ingezet worden voor slimme sensoren. ‘We ontwikkelen een kennisagenda met partijen in de regio, zoals de Greenport West-Holland en het World Horti Center en willen die ook samen met de sector uitvoeren. Dat gaat over vragen zoals: hoe ziet een duurzame tuinbouwsector eruit? En welke kennis hebben we nodig om die transitie te realiseren?’
Kennis mondiaal overdragen of focus op eigen producten
De grootste uitdaging is een antwoord vinden op de vraag welke transitie het best past bij de sector. ‘Er is een toenemende vraag naar alternatieven voor energieverbruik. De huidige gasprijzen hebben die vraag versneld. Ook een transitie op vlak van waterverbruik en de huidige impact op de biodiversiteit door het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zijn actuele onderwerpen.’
Bij die transitie is ook de nieuwe positie van Nederland als internationale speler van belang. ‘Hoe positioneren we Nederland op de internationale markt als circulaire tuinbouwsector. Gaan we bijvoorbeeld alleen producten maken die binnen gedachten van de circulaire tuinbouw passen? Of gaan we ons vooral opstellen als kennisregio en onze kennissystemen mondiaal inzetten om elders ook te zorgen voor duurzamere tuinbouw? Dat is een belangrijke afweging.’
Water circuleren en zonnepanelen
Op de vraag hoe een tuinbouwsector circulair wordt, is geen eenduidig antwoord mogelijk. ‘Dat kan op verschillende manieren. Je kan een tuinbouwkas bijvoorbeeld volledig afsluiten van de omgeving. Zo voorkom je dat vervuilende stoffen naar buiten gaan. Je kan het water circuleren, energie opwekken met zonnepanelen en energiezuinige LED verlichting gebruiken. Een andere mogelijkheid is juist een open systeem waarbij de biodiversiteit van buiten de kas helpt door insecten in te zetten voor bestrijding van ongedierte in de kas. Ook zou je juist aansluiting kunnen zoeken bij de regio door bijvoorbeeld het regenwater van de stad te gebruiken.’
Of een gesloten of open systeem het meest haalbaar is, moet nog blijken. ‘Het is vooral belangrijk om gesprekken te blijven voeren. Wat ik heel graag wil is dat de sector als geheel een beeld heeft waar ze heen wil en daar de schouders onder wil zetten. Dat we in die vier jaar met elkaar de kennisagenda uitwerken en implementeren, dat zou echt heel mooi zijn.’
De eerste grote stappen
Op 24 maart geeft Van Bodegom een publieke lezing in het World Horti Center. Hij vertelt daar hoe hij via de leeropdracht een bijdrage gaat leveren aan de relevante vraagstukken in de tuinlandbouw.
Aanmelden kan via deze website.
Kennis- en innovatiehubs van LDE CfS
Het Leiden-Delft-Erasmus Centre for Sustainability is een samenwerking tussen de drie universiteiten om samen de academische kennis in te zetten voor duurzaamheidsvraagstukken. Deze kennis- en innovatiehubs richten zich binnen de provincie Zuid-Holland op drie gebieden: steden, tuinbouw en industrie. Elke hub is een open onderzoeksprogramma dat masterstudenten, onderzoekers, gemeenten en bedrijven verbindt. Masterstudenten van de drie universiteiten kunnen deelnemen aan de hubs en hun masterscriptie schrijven binnen deze programma’s die in directe verbinding staan met externe stakeholders zoals bedrijven en gemeenten.