Hoe Google, Facebook en andere digitale platforms de journalistiek beïnvloeden
De journalistiek is snel aan het veranderen. Digitale journalistiek maakt gebruik van informatie- en communicatietechnologie die zorgen voor een nieuwe manier werken. Daarmee veranderen ook journalistieke gewoonten, normen en waarden. Dat concludeert Tomás Dodds in zijn promotieonderzoek, waarvoor hij 7 maanden lang participerende observatie deed bij twee Chileense nieuwsredacties. Op woensdag 9 februari 2022 verdedigt hij zijn proefschrift: 'Newsroom Dissonance: How new digital technologies are changing professional roles in contemporary newsrooms?'
Je proefschrift heet Newsroom Dissonance, wat is dat precies?
‘Een dissonantie is een gebrek aan overeenstemming tussen mensen of dingen. Tijdens mijn etnografisch werk bij de Chileense televisiezender Canal 13 en de krant La Tercera heb gezien was de gevolgen van digitale technieken in de journalistiek zijn. Wat een journalist is en welke taken die heeft, komt to stand door een gesprek tussen de journalist en de hoofdredactie. Maar door het gebruik van nieuwe technologieen, worden journalisten min of meer gedwongen om de regels te volgens van de platformen die ze gebruiken, zoals Facebook of Google. Deze ''regels'' zijn ontransparante algoritmische constructies. Nieuwsredacties hebben zelf geen zicht meer op wie hun publiek is, maar zijn hiervoor afhankelijk van externe bedrijven. Advertentie-inkomsten hangen af van je positie in de statistieken. Hierdoor zijn nieuwsredacties eerder geneigd om meer verhalen te publiceren die hoog in die lijsten scoren. Sommige journalisten moeten over onderwerpen blijven schrijven die indruisen tegen hun journalistieke principes. Dat zorgt voor een professionele dissonantie binnen de nieuwsredacties. Journalisten voelen een kloof tussen wat zij vinden dat een goede journalist zou moeten doen en de dagelijkse praktijk.'
Is deze verandering in de journalistiek een probleem?
'Ik zou willen dat mijn proefschrift een positiever resultaat had, maar ik vind het zorgelijk. We weten niet hoe deze algoritmes werken doordat ze niet transparant zijn. En we moeten deze externe partijen geloven in wat ze met ons delen. Je ziet het ook in andere sectoren gebeuren, zoals in de academische wereld. Google Scholar vertelt je hoe succesvol je artikelen zijn. Maar dat is ook een matrix. Als het enige dat voor een universiteit telt het aantal vermeldingen is, word je gedwongen om die aantallen na te streven en moet je de logica van het systeem volgen. Dat dit binnen de journalistiek gebeurt is angstaanjagend omdat de media macht heeft om onderwerpen op de (politieke) agenda te krijgen. Die macht is nu verschoven van journalisten en nieuwsredacties naar de platforms en dat kan grote gevolgen hebben voor een democratische samenleving.'
Het gebeurt ook in de academische wereld. Google Scholar vertelt je hoe succesvol je artikelen zijn. Maar dat is ook een matrix.
Is er een weg terug?
'We hoeven niet terug. Ik denk dat nieuwsredacties een model nodig hebben waarbij ze afhankelijk worden van abonnees in plaats van externen. We moeten een balans zien te vinden tussen de algoritmische keuzes die de platforms maken en de autonomie van de redacties. In de digitale journalistiek is er minder tijd om achtergronden te checken of onderzoek te doen, omdat de verhalen heel snel moeten worden gepubliceerd. Een journalist vindt vanuit professioneel oogpunt dat je altijd bronnen moet raadplegen, maar het systeem dwingt hen haast om een artikel zonder bronnen te publiceren. Dat is ook een professionele dissonantie. We moeten een antwoord vinden op de vraag hoe we evenwicht kunnen vinden tussen de platforms en het journalistieke werk in plaats van we de platforms laten bepalen wat een journalist is.'
Mensen houden van ''gratis'' nieuws, vind je dat er ook een verantwoordelijkheid ligt aan de kant van het nieuwspubliek?
'Jazeker. De afgelopen jaren is duidelijk geworden hoe weinig we weten over deze platforms en wat zij met onze gegevens doen. Ooit was er een droom van de informatiedemocratisering, maar wat we de afgelopen tien jaar hebben gezien, is dat we niet weten hoe de platforms precies te werk gaan. Dat kwam voor veel mensen als een verassing. Maar ik denk dat het publiek zeker een verantwoordelijkheid heeft om voor nieuwsorganisaties te zorgen. De journalistiek vervult een sleutelrol in democratische samenlevingen. Met het gebruik van de platforms verandert die rol, puur op basis van een matrix en dat is een kwalijke zaak. Ik beweer niet dat geen gebruik ometen maken van nieuwe technologie, maar we moeten als samenleving wel zorgvuldig omgaan met de journalistiek en niet afhankelijk zijn van ondoorzichtige algoritmes.'
Je hebt je onderzoek in Chili uitgevoerd, is dat representatief voor andere media in andere landen?
'Deze vraag wordt vaker gesteld en ik vind het een vervelende vraag. Niemand stelt deze vraag als je onderzoek doet in de VS. Mensen reageren nu soms met: "ohh heel interessant maar het is in Chili." Er zitten nog veel vooroordelen en ongelijkheden in de academische wereld. Maar: Ja, Chili is een een heel goed voorbeeld om onderzoek te doen naar de invloed van technologieën op professionele identiteiten. Sinds het einde van de dictatuur in de jaren '80 is er veel geïnvesteerd in technologie binnen de particuliere sector. Chili streeft ernaar zo veel mogelijk te moderniseren. Dat maakt het een interessant geval omdat je de zeer recente overgang van analoog naar digitaal met elkaar kunt vergelijken.'
Tomás Dodds verdedigt zijn proefschrift op woensdag 9 februari 202. Hij werd begeleid door Marianne Maeckelbergh en Mark Westmoreland.
Tomás is sinds 2019 werkzaam aan de Universiteit van Amsterdam als docent nieuwe media en digitale cultuur. Vorig jaar is hij begonnen als postdoc waarbij hij onderzoek doet naar A.I. en automatisering in media aan de Amsterdam School of Communication Research. Momenteel werkt hij ook aan een project waarbij hij opnieuw redactieruimte-etnografie gaat doen bij twee redacties in Nederland.