Eilanden tonen menselijke invloed op natuur
Wat is de invloed van de mens op de natuur? In 'Science' verscheen een artikel waarin onderzoekers een antwoord op die vraag proberen te geven. Biogeograaf en LUCL-postdoc Sietze Norder is een van de auteurs.
‘Vaak wordt natuur als een statisch decor voor de mens gezien’, zegt Norder. ‘Wij wilden onderzoeken hoe de mate van verandering die de mens aanbrengt in de natuur zich verhoudt tot voormenselijke veranderingen.’
Op de continenten is die verandering lastig te meten, omdat zij vaak al tienduizenden tot honderdduizenden jaren door mensen bewoond zijn. Eilanden lenen zich er beter voor, omdat zij vaak ‘slechts’ enkele honderden tot duizenden jaren een menselijke populatie hebben. Het onderzoeksteam focuste zich daarom op dergelijke gebieden.
Elf keer sneller
Met lange boren haalden ze oude bodemlagen naar boven, waarna ze onderzochten welke fossiele pollen daarin zaten. De samenstelling bleek in elke aardlaag te veranderen, maar de grootste omslag vond plaats bij de aankomst van de mens. ‘Dan zie je dat de veranderingen wel elf keer sneller gaan dan daarvoor’, stelt Norder. ‘Dat komt bijvoorbeeld omdat mensen proberen sommige planten te vermenigvuldigen, terwijl ze andere juist links laten liggen. Of mensen nemen zelf planten en dieren mee als ze zich vestigen. Op die manier ontstaat als het ware een cultureel ecosysteem, met een duidelijke wisselwerking tussen mens en natuur. ’
Het patroon bleek consistent: op de bijna dertig eilanden die het team onderzocht veranderde het ecosysteem sneller na de komst van de mens. Die uitkomst leidde uiteindelijk tot het artikel in Science. ‘We waren ontzettend blij. We hebben hier met tweeëntwintig mensen aan gewerkt, elk met een eigen expertise en eigen onderzoeken. Als dan uiteindelijk alle puzzelstukjes bij elkaar komen, is dat ontzettend gaaf.’
Landschap versus cultuur
De komende jaren blijft Norder bezig met de wisselwerking tussen mens en natuur. Als postdocteraal onderzoeker bij het LUCL focust hij zich niet op de verspreiding van planten of dieren, maar op die van talen en culturen. ‘Als biogeograaf zwerf ik altijd wat tussen de faculteiten. Bij Geesteswetenschappen heb ik de mogelijkheid om te kijken hoe het landschap talen en culturen beïnvloedt. Er zijn bijvoorbeeld talen die alleen langs rivieren worden gesproken of juist hoog in de bergen. Daar wil ik me de komende tijd verder in verdiepen.’