Nationaal Actieplan Diversiteit en Inclusie gelanceerd in Wijnhaven
Nederland heeft sinds 1 september een nationaal actieplan om diversiteit en inclusie in het onderwijs en onderzoek te bevorderen. Het plan werd gelanceerd in het Wijnhavengebouw op de Haagse campus van de Universiteit Leiden.
Met dit actieplan zetten Nederlandse universiteiten en onderzoeksinstellingen samen met de overheid een volgende stap op het gebied van diversiteit en inclusie. In totaal ondertekenden negen partijen dinsdag het plan, waaronder het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Vereniging van Universiteiten VSNU (waarbij ook de Universiteit Leiden is aangesloten), de KNAW en NWO.
Nieuwe streefcijfers voor vrouwelijke hoogleraren
Met het actieplan worden duidelijke randvoorwaarden en kaders geschapen waarmee de partijen kunnen bijdragen aan verschillende diversiteitsdoelstellingen, bijvoorbeeld op het gebied van gelijke kansen voor vrouwelijke wetenschappers en de instroom van studenten en medewerkers met een biculturele achtergrond. Zo komen er dit jaar bijvoorbeeld nieuwe streefcijfers voor het aantal vrouwelijke hoogleraren aan universiteiten in het jaar 2025. Momenteel is zo’n 23 procent van de hoogleraren vrouw (aan de Leidse universiteit bijna 30 procent), maar in de loop van dit jaar zal dus duidelijk worden hoeveel procent dat over vijf jaar zou moeten zijn.
Daarnaast komt het KNAW met een advies over hoe we intimidatie en wangedrag in het onderwijs en onderzoek kunnen voorkomen, en komt er onder meer een impulsprogramma voor onderzoekers met een multiculturele achtergrond. Ook komt er een nationale adviescommissie die onder meer de voortgang zal bewaken. ‘Het is belangrijk dat we toewerken naar een veilige leer- en werkomgeving voor iedereen,’ zei minister Ingrid van Engelshoven (OCW). ‘Laten we ieders eigenheid koesteren, en niet problematiseren. Dat is ook een basisvoorwaarde voor wetenschappelijke kwaliteit.’
Reactie vice-rector Hester Bijl
De Leidse vice-rector Hester Bijl trapte de bijeenkomst af. Ze zei vereerd te zijn dat de ondertekening van het actieplan uitgerekend op de Universiteit Leiden plaatsvindt. Ze ziet hoe haar eigen organisatie voortgang maakt op het gebied van diversiteit, maar er tegelijkertijd mee worstelt. ‘We hebben centraal diversiteitsbeleid, een bevlogen diversity office en veel betrokken bestuurders, docenten en studenten, maar we zijn er nog niet. Zo is het aantal rolmodellen voor studenten met een multiculturele achtergrond nog beperkt.’
Een nationale adviescommissie onder voorzitterschap van Vinod Subramaniam, rector magnificus van de Vrije Universiteit Amsterdam, zal het ministerie van OCW en het onderwijs- en onderzoeksveld adviseren over het monitoren en behalen van de doelstellingen. ‘Samen maken we het wetenschappelijk onderwijs representatief en toekomstbestendig,’ zei Subramaniam bij de presentatie. ‘Maar vooral is het the right thing to do.’
'Eerst bestuurlijk niveau op orde'
In een paneldiscussie bespraken experts hoe we al deze ideeën naar de praktijk kunnen vertalen. Hoe kan het papieren diversiteitsbeleid uiteindelijk worden omgezet naar een academische wereld die openstaat voor iedereen, ongeacht afkomst of geslacht? De Leidse hoogleraar Judi Mesman (tevens decaan van het University College The Hague) is stellig: ‘Je moet het eerst op bestuurlijk niveau op orde hebben. En dan bedoel ik niet alleen het college van bestuur – daar zit het wel goed – maar ook de managers op lagere niveaus. Zij moeten het snappen, de vocabulaire begrijpen. Je kunt zo’n belangrijk thema niet alleen overlaten aan een diversity office.’
Semiha Denktaş, diversity officer aan de Erasmus Universiteit, beaamt dit. ‘Bij mijn aanstelling in 2018 heb ik direct aan het college van bestuur gevraagd wat mijn mandaat precies is. Een diversity officer moet geen eenling zijn, maar voldoende budget en zeggenschap krijgen om structurele en culturele veranderingen aan te jagen. Met als uiteindelijk doel dat we voldoende diversiteit in de pijplijn van de universiteit krijgen. Want de student-assistent van vandaag kan de hoogleraar van morgen zijn.’
Tot slot hoopt het derde panellid, VU-student Mohamed Badaou, dat er met de instelling van dit actieplan meer communicatie en transparantie komt tussen instellingen onderling, bijvoorbeeld over hoe zij hun diversiteitsbeleid inrichten. ‘Laten we vooral het nationale karakter van dit plan benutten.’
Andere ondertekenaars
Naast de eerder genoemde partijen schreven ook het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren (LNVH), Expertise Centrum Diversiteit (ECHO) en het Landelijk Overleg Diversity Officers (LanDO) mee aan het actieplan. Het plan wordt tevens onderschreven door Promovendi Netwerk Nederland (PNN) en PostdocNL.
Beeld: Ebru Aydin