Menselijke verstoringen van ecosystemen leiden tot een toename van ziekteverwekkende muggen
De veranderingen die de mens aanbrengt aan het landschap blijken gunstig voor muggen die ziektes als Zika, chikungunya en knokkelkoorts verspreiden. Dat schrijven bioloog Maarten Schrama en zijn collega’s in vakblad Nature Scientific Reports. ‘Als we weten in welke leefomgevingen muggen het best gedijen, kunnen we onze leefomgeving zo inrichten dat de kans op uitbraken van door muggen overdraagbare infectieziektes minimaal is.’
Muggen en mensen
De mens verandert het landschap op aarde in ongekend tempo. Natuur moet plaatsmaken voor landbouw en dat gaat hand in hand met toename in bestrijdingsmiddelen, (over)begrazing en verontreiniging. Het onderzoek van Maarten Schrama en zijn collega’s toont nu aan dat deze veranderingen in het landschap gunstig zijn voor muggen die infectieziektes als knokkelkoorts, chikungunya, het West-Nile virus en Zika overbrengen. ‘Dit hebben we aangetoond door gebieden binnen het Krugerpark in Zuid-Afrika, waar mensen geen veranderingen hebben aangebracht, te vergelijken met de gebieden daarbuiten,’ licht Schrama toe.
Het team keek hierbij onder andere naar de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen, waterkwaliteit, dichtheden van vee en begrazingsdruk ofwel ‘verwoestijning’. Het bleek dat de dichtheid van ziekte-verspreidende muggen hoger was op plekken waar mensen het landschap hadden aangepast. Schrama: ‘Het is de eerste keer dat er op een wetenschappelijke manier is aangetoond dat de mens zijn leefomgeving uitermate geschikt maakt voor haar eigen ziekteverspreiders en die van haar vee.’
Eerdere studies lieten al wel een verschil zien tussen bos en ontbost gebied. Maar dat is niet zo verrassend, vindt Schrama: ‘Een bos is nu eenmaal heel anders dan een kale vlakte. In ons onderzoeksgebied zag het landschap van het Krugerpark er niet eens zo heel anders uit dan het landschap erbuiten, maar de muggen die er zaten lieten zien dat het wel degelijk sterk veranderd was.’
Ziektes beperken
En dat is nuttige informatie: ‘Als we weten onder welke omstandigheden muggen het best gedijen, kunnen we onze leefomgeving zo inrichten dat de kans op uitbraken van door muggen overdraagbare infectieziektes minimaal is,’ aldus Schrama. ‘Met andere woorden: ziektepreventie op het niveau van ruimtelijke ordening. We zien bijvoorbeeld dat we in Nederland heel erg bezig zijn met oplossingen voor klimaatverandering. Maar oplossingen zoals “meer water in de stad” zijn niet altijd in lijn met het idee dat je het aantal muggen in de leefomgeving wilt minimaliseren.’
Verstoord evenwicht
Hoewel het met veel insectensoorten juist niet goed gaat door menselijk handelen, lijkt bij muggen het tegenovergestelde waar te zijn. ‘Muggen gedijen vaak uitstekend in aanwezigheid van verstoringen’, legt Schrama uit. ‘Veel andere insecten, zoals vlinders, hebben juist stabiele en onverstoorde ecosystemen nodig.’ Als kwetsbare insecten verdwijnen, is er minder concurrentie voor de mug. Schrama geeft een voorbeeld: ‘Veel insecten zijn de afgelopen jaren uit Nederland verdwenen door droogte, maar het zou goed kunnen dat muggen ervan profiteren. Als wateren die normaal nooit droogvallen nu ineens wel droog staan, kunnen muggen deze plek razendsnel koloniseren. Door dit soort periodieke droogte verdwijnen vissen en amfibieën en andere soorten insecten die het normaal gesproken op muggen gemunt hebben.’
Muggen in Nederland
Moeten we ons dan ook zorgen maken dat deze ziekte-verspreidende muggen naar Nederland komen? Schrama denkt dat we dat zelf in de hand hebben. ‘Nederland heeft al een behoorlijke collectie muggen die in staat is ziektes te verspreiden. We missen echter nog twee belangrijke ingrediënten voor een epidemie: de ziekte zelf, die moet eerst geïntroduceerd worden, en genoeg muggen om de ziekte snel genoeg van mens tot mens over te brengen. Maar het streven is natuurlijk om dit niet te laten gebeuren. Begrip over de rol van onze eigen leefomgeving en hoe muggen daarop reageren is daarom cruciaal. Ik hoop daaraan met mijn huidige onderzoek, dat zich veel meer op het Nederlandse landschap richt,bij te dragen.’
Meer weten over het huidige onderzoek van Maarten Schrama? Zie: website Netherlands Centre for One Health CHOH en website NWO