Ethiek in terrorismebestrijding: één mens opofferen om er tien te redden?
Terrorismebestrijders lopen regelmatig tegen lastige ethische dilemma’s aan. Het ontbreekt binnen de veiligheidsautoriteiten echter nog aan een goede infrastructuur om die dilemma’s bespreekbaar te maken, schrijft Michael Kowalski in zijn proefschrift. Promotie op 12 maart.
Stel: een Boeing 737 met tweehonderd mensen aan boord wordt gekaapt door een terroristische groepering. Al snel wordt duidelijk dat het vliegtuig koers zet naar de New Orleans in Rotterdam, de hoogste woontoren van Nederland. In de toren bevinden zich op dat moment vierhonderd mensen die zich niet bewust zijn van het gevaar dat hen boven het hoofd hangt. Zou je het vliegtuig neerschieten om een groter aantal doden te voorkomen?
Lastige dilemma’s
Het is één van de centrale morele dilemma’s uit het proefschrift van Michael Kowalski, promovendus aan het Institute of Security and Global Affairs. ‘In Nederland kan de minister van Justitie en Veiligheid in zo’n geval het bevel geven dit vliegtuig neer te schieten,’ zegt hij. ‘Maar in Duitsland is dat juist ongrondwettelijk verklaard, omdat je niet zomaar een leven mag nemen om een ander te redden. Het geeft aan hoe lastig dit soort dilemma’s vaak zijn.’
Medewerkers van veiligheidsautoriteiten als de AIVD, MIVD en NCTV lopen zeer regelmatig tegen morele dilemma’s aan, zeker in het geval van terrorismebestrijding. Er is echter te weinig geregeld om deze ethische kwesties goed te kunnen bespreken, schrijft Kowalski in zijn proefschrift. Het ontbreekt namelijk aan een goede infrastructuur om de vragen op te vangen. Door de aanwezigheid van staatsgeheimen en de politieke gevoeligheid zijn de kwesties moeilijk bespreekbaar. Dat staat een optimale professionaliteit van de veiligheidsdiensten in de weg, aldus de promovendus die zelf jarenlang bij verschillende veiligheidsdiensten werkte.
Ethiek als richtsnoer
‘In mijn onderzoek pleit ik ervoor om ethiek te beschouwen als onmisbare aanvulling op juridische regels,’ zegt Kowalski. ‘In de praktijk blijkt namelijk vaak dat juridische regels voor meerdere interpretaties vatbaar zijn of geen antwoorden geven voor een specifieke casus. Hoe moet de overheid in die gevallen handelen? Dat kun je alleen bepalen door ook ethiek als richtsnoer hierbij te betrekken.’
Overigens gaat het dan niet alleen om hypothetische incidenten zoals met een gekaapt vliegtuig, maar ook om ‘kleinere’ dilemma’s die ze bij de diensten vrijwel dagelijks tegenkomen. Wissel je bijvoorbeeld informatie uit met buitenlandse geheime diensten over een Nederlandse terrorismeverdachte, als je weet dat die buitenlandse diensten hem met een drone kunnen uitschakelen? En wat doe je als de dienstleiding ‘stuurt’, bijvoorbeeld door onderzoekscapaciteit zodanig te verschuiven dat je het zicht verliest op een op dat moment minder prangende dreiging?’
Medische sector als voorbeeld
Volgens Kowalski kan ‘moreel beraad’ uitkomst bieden. Die gespreksvorm wordt al volop gebruikt binnen andere organisaties die regelmatig met ethische dilemma’s te maken hebben, zoals de zorg. Hoe lang wil je het leven van een oudere patiënt rekken, en hoe weeg je de kosten af tegen de baten? Dat soort vragen kunnen binnen zorginstellingen openlijk besproken worden.
‘Iets soortgelijks hebben we nodig binnen de veiligheidsautoriteiten,’ zegt Kowalski, die voor zijn onderzoek meer dan vijftig medewerkers van de NCTV onderwierp aan zo’n moreel beraad. ‘Ethiekondersteuning zou geïnstitutionaliseerd moeten worden binnen de organisatie, bijvoorbeeld in het opleidingsprogramma en door middel van enkele “ethische aanjagers”. Op die manier komt de professionaliteit het beste tot bloei. Beleidsmakers en politici zouden ook van de oogst van de gesprekken kunnen profiteren, waardoor we tot een afgewogen en beargumenteerd beleid ten aanzien van terrorismebestrijding kunnen komen.’
Tekst: Merijn van Nuland
Mail de redactie