Nieuwe Dean: ‘Betrek studenten bij ontwikkeling honoursonderwijs’
Jos Schaeken is vanaf 1 maart 2020 de nieuwe Dean van de Honours Academy. Hij volgt Ton van Haaften op die binnenkort met emeritaat gaat. Een dubbelinterview over ambities, continuïteit en de rol van studenten.
Jos Schaeken (Hoogleraar Slavische en Baltische talen en cultuurgeschiedenis) is gedreven om aan de slag te gaan met het honoursonderwijs. Bij de Honours Academy volgen studenten naast hun reguliere vwo-, bachelor- of masteropleiding nog een extra programma om zich verder in bepaalde onderwerpen te verdiepen. ‘Ik vind het belangrijk om de universitaire wereld voor zoveel mogelijk mensen te openen’, zegt hij in de bestuurskamer op de Oude Sterrewacht.
Ton van Haaften (Hoogleraar Taalbeheersing van het Nederlands) kreeg als tweede Dean sinds de oprichting van de Honours Academy de taak om de extra uitdagingen een vaste plek te geven binnen het universitaire onderwijs. ‘Ik vind het belangrijk om te zeggen dat het honoursonderwijs door heel veel mensen wordt gedragen, vanuit alle faculteiten en met veel studenten, docenten en andere medewerkers. Van hen voelde ik me in de eerste plaats de vertegenwoordiger.’
Op 4 september 2020 neemt Van Haaften afscheid van de Universiteit Leiden met een afscheidscollege.
Hoe kijkt u terug op de vier jaar dat u vertegenwoordiger was van de Honours Academy?
Ton van Haaften (TvH): ‘Het is gelukt om het honoursonderwijs en de organisatie daaromheen een vaste plek te geven binnen de universiteit. Ik ben blij dat ik die opdracht samen met anderen heb kunnen vervullen. Daarnaast zijn er ook inhoudelijk belangrijke nieuwe onderdelen toegevoegd, zoals het Pre-University College Den Haag en de Master Honours Classes. Die maken het honoursonderwijs voor een bredere doelgroep toegankelijk, wat ook één van de doelen was toen ik aantrad als Dean.’
'Ik wil me blijven inzetten voor de diversiteit van de studentenpopulatie, in de breedste zin van het woord'
Smaakt die vernieuwing naar meer?
Jos Schaeken (JS): ‘Voor een deel wel ja, maar je moet niet vergeten hoe belangrijk periodiek onderhoud van de al bestaande organisatie is. De Honours Academy zit goed in elkaar, daar wil ik nu niet opeens met de bezem doorheen gaan. In tegendeel. Maar wat er al is, versloft sneller dan je denkt.’
TvH: ‘In zekere zin gaat het werk natuurlijk gewoon door. Ik vind continuïteit in een organisatie erg belangrijk en er komt nooit een einde aan de vraag wat het belang van honoursonderwijs is. Dat moet je blijven uitleggen.’
Verandert er dan niets met de komst van een nieuwe Dean?
JS: ‘Niet direct nee. Ik vind het wel belangrijk om ons af te vragen wat honoursonderwijs eigenlijk inhoudt en wat het profiel van een honoursstudent is. Gaat het bijvoorbeeld alleen maar om hoge cijfers? En wat willen we studenten meegeven? Ik heb geen antwoorden op die vragen, maar we moeten ze wel stellen. Waar ik me voor wil blijven inzetten is de diversiteit van de studentenpopulatie, in de breedste zin van het woord.’
'Over vier jaar zijn studenten veel meer betrokken bij het ontwerpen en vormgeven van honoursonderwijs'
Is dat één van uw persoonlijke drijfveren?
JS: ‘Dat zou je wel kunnen zeggen ja. Zelf kom ik uit een Limburgs arbeidersgezin dat op geen enkele manier met een universiteit verbonden was. Ik had geen idee wat studeren inhield en had als eerste-generatiestudent dus een flinke kennisachterstand. Studenten moeten die achterstand overigens voor een belangrijk deel zelf overbruggen, vind ik, aangezien je daardoor gevormd wordt en het je sterker maakt. Maar soms had ik wel wat meer informatie of ondersteuning vanuit de universiteit gewild. Door de deuren van de universiteit te openen voor bijvoorbeeld Haagse scholieren geef je hen letterlijk toegang tot een nieuwe wereld.’
Hoe ziet de Honours Academy er over vier jaar uit?
TvH: ‘Over vier jaar zijn studenten veel meer betrokken bij het ontwerpen en vormgeven van honoursonderwijs dan nu het geval is. Daarnaast ben ik erg enthousiast over het idee van ‘giving back’ vanuit het onderwijs. Als student profiteer je van de mogelijkheden die je krijgt, dan heb je ook een verantwoordelijkheid om iets terug te doen voor de maatschappij. Ik zou het mooi vinden als er ook in het onderwijs meer aandacht komt voor het inzetten van academische kennis voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken.’
JS: ‘Over vier jaar, dat is een lastige vraag... Wat voor mij inderdaad een belangrijk speerpunt is, is dat studenten betrokken zijn bij de ontwikkeling van het onderwijs. Dat gebeurt nu nog veel te weinig. Hoewel het heel spannend is om studenten bijvoorbeeld hun eigen eindtermen te laten bepalen, blijkt dat ze dat heel serieus nemen en er goed in zijn om hun verantwoordelijkheid daarin te nemen. Als je het dan hebt over de Honours Academy als onderwijsproeftuin dan zou ik zeggen: daar gaan we de komende tijd mee aan de slag.’
Tot slot, hoe ziet het leven van een gepensioneerde Ton van Haaften er over vier jaar uit?
TvH: ‘Dat ik met pensioen ga betekent niet dat ik opeens andere dingen ga doen. Ik heb bijvoorbeeld niet al heel lang de wens gehad om de wereld rond te zeilen of een studie geschiedenis te gaan volgen. Wat dat betreft gaat er dus weinig schokkends veranderen. Ik zie het eerder als een accentverschuiving waarbij ik doorga met promovendibegeleiding en eigen onderzoek maar ook meer tijd krijg voor hobby’s als lezen, muziek en reizen. Dat zijn dingen die ik altijd al deed omdat ik het leuk vond, maar waar ik nu meer ruimte voor krijg.’
Tekst: IJsbrand Terpstra
Mail de redactie