Niko Tinbergenlezing 2019: Stamcellen, mini-organen en het eeuwige leven
Drie sprekers, drie boeiende wetenschapsverhalen en een goed gevulde zaal. De Niko Tinbergenlezing kende op 10 december 2019 een succesvolle hernieuwde start.
Stamcellen tegen vruchtbaarheidsproblemen
Na een welkomstwoord door interim-decaan Hubertus Irth vertelden twee jonge Leidse hoogleraren kort over hun onderzoek. LUMC-hoogleraar Ontwikkelingsbiologie Susana Chuva de Sousa Lopes hoopt met haar onderzoek vrouwen met vruchtbaarheidsproblemen te helpen. Wetenschappers en artsen zouden graag veel meer weten over de oorzaken daarvan, maar er is bijvoorbeeld geen in vitro-model om de ontwikkeling van eicellen te bestuderen, aldus Lopes.
Ze werkt ze met haar groep aan verschillende technieken om het afrijpen van eicellen beter te begrijpen en dit proces ook buiten het lichaam te laten verlopen. Zo is het al mogelijk in het lab mini-eierstokken te maken op basis van stamcellen. Heel bijzonder is het onderzoek naar mogelijkheden om X- en Y-chromosomen in stamcellen aan te passen. Vrouwelijke stamcellen kunnen namelijk alleen uitgroeien tot eicellen, mannelijke stamcellen alleen tot spermacellen. Lopes: ‘Als stamcellen wel tot beide typen geslachtscellen kunnen uitgroeien, zouden genetisch eigen kinderen voor paren van gelijk geslacht in zicht komen.’ Of de maatschappij daar al klaar voor is, weet Lopes niet. Wel haalt ze het voorbeeld van Louise Brown aan, 41 jaar geleden de eerste IVF-baby. ‘Toen controversieel, nu vinden we het heel normaal.’
Het neusje van de bacterie
Daarna vertelt hoogleraar Ultrastructuurbiologie Ariane Briegel van het Instituut voor Biologie hoe zij net als Niko Tinbergen aangeboren gedrag bestudeert, maar dan van dieren die je niet met het blote oog kan zien. Met superkrachtige microscopen kijkt ze naar de voortbeweging van bacteriën, die bijvoorbeeld voedsel opzoeken.
‘Ze hebben daarvoor een bewegingsapparaat dat wordt aangestuurd door een soort bacteriële neus’, legt Briegel uit. Op haar microscoopfoto’s is die goed te zien. Sommige bacteriën hebben zelfs meer dan één type neus, wijst ze aan. Briegel: ‘Dat is een leuk verhaal voor u om aan de kersttafel te vertellen, maar het heeft ook een belang om dit te weten.’ Ziektes als cholera worden namelijk veroorzaakt door bacteriën, die hun neus gebruiken om gastheren te vinden en binnen te dringen. Briegel verzamelt kennis over die mechanismen, waarmee andere wetenschappers hopelijk deze ziekten beter kunnen bestrijden.
Stamcellen in de darmen
Na de pauze vertelt hoofdspreker Hans Clevers over het celtype waarmee hij wereldwijd beroemdheid verwierf: stamcellen, ofwel cellen die in staat zijn andere celtypes voort te brengen. Clevers deed met zijn onderzoek baanbrekend werk aan specifieke darmcellen, die al langer bekend waren, maar waarvan de functie onduidelijk was. Stamcellen, dacht Clevers, maar collega’s waren aanvankelijk sceptisch. Stap voor stap toonde hij echter aan dat deze cellen langlevend waren en in staat waren lange tijd andere celtypen te produceren: het waren inderdaad stamcellen.
Op basis van die ontdekking slaagde Clevers’ groep er later in mini-darmpjes te kweken in het lab. In muizen blijken die in staat aanwezige darmbeschadigingen snel te repareren: een hoopgevend vooruitzicht voor mensen met bijvoorbeeld de ziekte van Crohn.
Behandeling op maat
De ontwikkelingen rond het maken van stamcellen en mini-organen gaan intussen snel, aldus Clevers. En dat is goed nieuws voor mensen met allerlei lastig te bestrijden ziektes. Artsen kunnen namelijk stukjes weefsel van de patiënt opkweken om hier de werkzaamheid van medicijnen en behandelwijzen op te testen. Zo kunnen ze vooraf zien of de medicijnen zullen aanslaan of niet. Studies waarin opgekweekte weefsels worden blootgesteld aan kankermedicijnen geven nu al voor 80 tot 85 procent van de gevallen een goede voorspelling, aldus Clevers. ‘Behandeling op maat (Engels: personalised medicine) wordt zo steeds meer een feit.’
Over de Niko Tinbergenlezing
In de Niko Tinbergenlezing laat een expert in de (medische) biologie zien op welke manier de wetenschap bijdraagt aan maatschappelijke uitdagingen. Wat is allemaal mogelijk met wetenschappelijke innovatie, wat kan de wetenschap betekenen voor de toekomst? De lezing vindt eens per twee jaar plaats en is een vervolg op een eerdere reeks, die liep van 2003 tot en met 2013. Grote namen uit de biologie als Richard Dawkins, Jared Diamond en E.O. Wilson traden destijds aan in Leiden.