Heeft onbemande burgerluchtvaart een plek in de huidige internationale wetgeving?
Over tien jaar zal 10 procent van de burgerluchtvaart worden uitgevoerd door onbemande vliegtuigen, oftewel drones. Zijn de huidige internationale luchtvaartwetten- en verdragen opgewassen tegen deze technologische ontwikkelingen? Fernando Fiallos verdedigt op 14 november 2019 zijn proefschrift.
De opkomst van onbemande vliegtuigsystemen bepaalt het toekomstbeeld van de internationale burgerluchtvaart, zegt Fiallos. 'Zal onbemande luchtvaart ooit internationale commerciële vluchten gaan uitvoeren waarbij passagiers, vracht en post routinematig vervoerd worden? Wat gebeurt er nu? Waar moeten we op letten? Wat zijn de juridische uitdagingen? Dit onderzoek probeert de huidige wettelijke en regelgevende kaders te verkennen en te bekijken hoe deze de routinematige en grensoverschrijdende activiteiten van onbemande luchtvaart kunnen vergemakkelijken.'
Snelle antwoorden noodzakelijk
Terwijl de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) bezig is om de normen en aanbevelingen om onbemande luchtvaart grensoverschrijdende vluchten te laten uitvoeren te wijzigen en te vernieuwen, hebben lidstaten al voorschriften opgesteld die de integratie en uitvoering van deze luchtvaart binnen de eigen landsgrenzen faciliteren. Dit leidt tot ondermijning van de poging om uniforme en overeenstemmende regelgeving te ontwikkelen voor internationale vluchten van onbemande vliegtuigsystemen. 'Snelle beantwoording van de vragen is dus noodzakelijk: de technologie vordert en blijft de wet steeds een stap voor, terwijl de kans op ongelukken met onbemande vliegtuigsystemen toeneemt.'
In het proefschrift analyseert de onderzoeker het wettelijke beleid van het luchtruim, het begrip vliegtuig, internationale luchtvaartnavigatie in relatie tot internationaal luchtvervoer en het wettelijke veiligheidsbeleid. Fiallos concludeert onder meer dat het Verdrag van Chicago (1944), waarin op dit moment 52 landen afspraken hebben gemaakt over internationale burgerluchtvaart, van toepassing is op grensoverschrijdende operaties van onbemande vliegtuigsystemen. Dus onbemande vliegtuigen zullen toestemming moeten krijgen voordat ze het luchtruim van een land betreden, zijn vrij om te vliegen boven volle zee en het land waar het onbemande vliegtuig geregistreerd staat, is verantwoordelijk voor de veiligheid van de operatie. Daarnaast merkt de onderzoeker op dat omdat de industrie blijft groeien, het aantal operaties met onbemande vliegtuigsystemen zal toenemen. Dit vormt een enorme uitdaging voor landen, de ICAO en luchtruimplanners en vereist innovatieve benaderingen om het luchtverkeer en de veiligheid van onbemande vliegtuigsystemen te kunnen beheersen.
'Er is nog veel werk te doen.' - Fernando Fiallos
Volgens de onderzoeker biedt het Verdrag van Chicago op dit moment het noodzakelijke juridische kader om internationale burgerluchtvaart van onbemande vliegtuigsystemen te faciliteren, maar zijn er in de bijlagen van het verdrag wijzigingen nodig om de operaties met onbemande vliegtuigsystemen veilig te maken. De veilige integratie van onbemande vliegtuigsystemen vereist een innovatieve en holistische aanpak om beter te kunnen begrijpen waar nieuwe regelgeving de veiligheid, beveiliging en internationale harmonisering van onbemande luchtvaartoperaties kan ondersteunen.
Het beleid en regelgevende proces voor operaties met onbemande vliegtuigsystemen verloopt geleidelijk en zal een langetermijnproces zijn. Pogingen om regelgeving op te stellen en de wettelijke luchtvaartregimes voor civiel gebruik van onbemande vliegtuigsystemen boeken progressie, maar verkeren nog in een pril stadium. Er is nog veel werk te doen. Deze aspecten rechtvaardigen meer diepgravend onderzoek op het gebied van luchtrecht, op terreinen als financiering van onbemande vliegtuigsystemen, burgerlijke aansprakelijkheid bij schade toegebracht door civiele onbemande vliegtuigsystemen en de opkomst van autonome vliegtuigsystemen met kunstmatige intelligentie in civiel gebruik bijvoorbeeld.
Fascinerend en veelbelovend
De auteur hoopt met zijn onderzoek bij te dragen aan het juridische denken en de voortgaande progressie van de luchtwetgeving. 'De luchtvaartwetgeving is, samen met de luchtvaartindustrie, ontwikkeld en gegroeid en heeft door de jaren heen gelijke tred gehouden met de evolutie van de luchtvaarttechnologie. Ongetwijfeld zal de luchtwet verder ontwikkelen naarmate meer technologische innovaties opkomen.'
Omdat de ontwikkeling van de regelgeving voor onbemande luchtvaart zich in een vroeg stadium bevindt, is er nog steeds ruimte voor debat en juridische overwegingen. 'Daarom is de toekomst van dit fascinerende en veelbelovende nieuwe veld in de burgerluchtvaart afhankelijk van voortdurende analyse en diepgaand onderzoek, dat een belangrijke rol zal spelen bij het bepalen van het verloop van de onbemande luchtvaartindustrie.'
Promotor prof.dr. P.M.J. Mendes de Leon over het onderzoek van Fernando Fiallos:
'Het onderwerp 'drones' beheerst nogal wat conferenties en publicaties. Drones worden vaak in verband gebracht met militaire operaties maar ze kunnen, en dat gebeurt steeds meer, voor civiele doeleinden worden gebruikt.
Fernando Fiallos heeft naar deze laatste dimensie een diepgaande studie verricht waarin hij een blik vooruitwerpt op grensoverschrijdend gebruik van onbemande vliegtuigen, die commercieel vervoer verrichten. In de eerste plaats voorziet hij dat vracht maar op den duur ook passagiers aldus kunnen worden vervoerd. Dat perspectief roept allerlei rechtsvragen op die hij nauwgezet in zijn studie behandeld. Hij geeft daarin vernieuwende inzichten op het bestaande regime betreffende de commerciële luchtvaart.'
Tekst: Floris van den Driesche
Mail de redactie