Studenti all’estero: Rachel en Daan over hun verblijf in Rome
Rachel en Daan, studenten Italiaanse taal en cultuur, studeren met een Erasmusbeurs een halfjaar in Rome. Hieronder vertellen ze over hun ervaringen.
Rachel: 'Ik geniet van de mentaliteit hier'
‘Ongeveer drie maanden geleden vertrok ik naar Rome om daar een halfjaar te wonen en te studeren. Aan de ene kant voelde het meteen als thuis, maar aan de andere kant raak ik nog steeds niet gewend aan de indrukwekkende opgravingen die je overal tegenkomt, die de Romeinen zelf niet eens meer lijken te zien. Ik geniet van de mentaliteit hier, gewoon wat minder gehaast en wat minder strikt. Ook geniet ik van het accent dat de Romeinen hebben in het Italiaans, wat ik vanzelf stukje bij beetje overneem en wat hun mentaliteit lijkt te weerspiegelen.’
Aardige en begripvolle docenten
‘Wat het studeren betreft, ben ik opgelucht dat ik de docenten bijna altijd goed versta en begrijp. Ze zijn ook erg aardig en begripvol wanneer je meedeelt dat je een Erasmusstudent bent. Dat is best een fijn steuntje in de rug voor die zenuwslopende mondelinge examens waar wij niet aan gewend zijn. De lessen die ik volg zijn erg interessant en maken veel los in mijn hoofd om verder over na te denken. Minpuntje is misschien wel dat je voor een examen een hoop moet lezen, maar er zijn dan weer geen tussentijdse opdrachten.’
Als een ware Romein genieten van de thermen
‘En wanneer er geen les is, zijn er altijd genoeg leuke evenementen gaande. Ik ga graag de minder toeristische delen van Rome ontdekken of mee met tours in de bergen buiten de stad. Afgelopen maand ben ik zelfs op een tour geweest waar je als ware Romein van thermen kon genieten. In de avond kun je vaak bij ESN terecht, de organisatie voor Erasmusstudenten. Zij organiseren gezellige avonden met verschillende thema’s en voor een leuk prijsje.
Kortom, ik kan eigenlijk niks negatiefs vertellen over mijn ervaringen hier (behalve dan misschien dat je altijd een half uur extra reistijd moet rekenen, aangezien niemand weet wanneer de bus of tram komt). Ik heb zelfs ontdekt wat ik verder wil doen qua opleiding en carrière en ben weer veel bezig met mijn creatievere kant. Ik raad het echt iedereen aan om op Erasmusuitwisseling te gaan, en als het aan mij ligt: kies Rome!’
Daan: 'Dag 1 op de uni: geen woord Italiaans gesproken'
“Hi, my name is Daan!”
“Hey Daan, nice to meet you! What do you study?”
“I study Italian.”
“Italian?!”
‘In de drie maanden die ik hier nu zit heb ik al heel veel mensen ontmoet en elke keer begon het gesprek met deze zinnen. Maar laat ik teruggaan naar het begin van dit avontuur.’
‘Op vrijdag 1 februari ben ik in Rome aangekomen. Na een weekend wennen in m’n appartement begon de introductieweek van Sapienza. Voor degenen die dit nog niet weten, Sapienza heeft een grote campus genaamd città universitaria, wat daadwerkelijk een soort dorp is binnen de stad met op het terrein meerdere gebouwen van allerlei faculteiten. Het is dan ook de grootste universiteit van Rome en zelfs de grootste van Europa. Ik kwam als een van de eersten de zaal binnenlopen en ik kende nog niemand. In mijn onzekerheid ben ik afwachtend maar op een stoel in het midden gaan zitten. Ik dacht, ik zie wel wat er gebeurt.’
Naar het buitenland om nieuwe ervaringen op te doen
‘In eerste instantie ben ik niet trots op deze tactiek. Je gaat immers naar het buitenland om nieuwe ervaringen op te doen en ik vind zelf een afwachtende houding daar niet bij passen. Gelukkig was het deze keer geen verkeerde keuze, want de stoelen om mij heen raakten steeds verder gevuld. Ik raakte in gesprek met mensen uit Frankrijk, België, Finland en iemand anders uit Nederland. Voor ik het wist liep ik buiten de universiteit met een groep Erasmusstudenten richting een pizzeria om met z’n allen wat te gaan lunchen. Dag 1 op de uni: geen woord Italiaans gesproken, maar wel met zeker 15 potentiële nieuwe vrienden op pad geweest.’
Stiekem de Romeinen afluisteren
‘Dag 2 op de uni: de introductie van de faculteit. Degene die ons toespreekt besluit zijn verhaal in het Italiaans te doen. Om mij heen een flink aantal geschokte gezichten, maar niet bij mij. Ik studeer Italiaans, dit is mijn vakgebied! Ik bespot een vreemde uitspraak van het woord corso bij de spreker. Waar komt deze meneer vandaan? Corso wordt meer corzo, een typisch fenomeen van het Romeinse dialect. Ik zei het toch, mijn vakgebied. De rest van de week waren er wat minder activiteiten, maar het ontmoeten van nieuwe mensen bleef maar doorgaan. Praat ik veel Italiaans met hen? Nee. Sterker nog, enkelen kunnen geen woord Italiaans en zijn ook niet van plan het te leren. Vandaar ook de verbazing als ik zeg dat ik deze taal studeer. Nou ja, in elk geval wordt mijn Engels een stuk beter en kan ik stiekem de Romeinen afluisteren en nieuwe woorden leren, nieuwe uitdrukkingen, nieuwe zinsconstructies. Van che figo! tot annamo a magna’.’
Nog lang niet klaar
‘Nu ik dit schrijf ben ik over de helft van m’n Erasmusperiode. Ik heb al veel dingen gedaan, veel mensen leren kennen, veel geleerd, maar ik ben nog niet klaar. Ik wil meer typisch Romeinse gerechten leren maken, ik wil zoveel mogelijk zien van Rome en de omgeving, ik wil de tentamens halen. En ik wil Italiaans spreken, want I study Italian.’